‘Het stelsel van de wachtuitkeringen blijft kaduuk’

Alain Mouton
Alain Mouton Journalist

Meer dan de helft van de wachtuitkeringstrekkers is tussen 25 en 50 jaar. Niet echt schoolverlaters, terwijl dat de doelgroep is. Het stelsel wordt bijgestuurd maar het duurt nog drie jaar voor de effecten van de hervorming echt worden gevoeld.

Het thema raakte de voorbije weken wat ondergesneeuwd door het vaak emotionele pensioendebat. Toch is de hervorming van het stelsel van de wachtuitkeringen een van de belangrijkste maatregelen van het regeerakkoord die meer mensen naar de arbeidsmarkt moet lokken. Het stelsel wordt strenger en voortaan wordt niet meer gesproken van wachtuitkering, maar van inschakelingsuitkering.

België telde in november 111.267 wachtuitkeringstrekkers. Dat is een kwart van alle werkzoekenden die van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) een uitkering ontvangen. Iemand kan een wachtuitkering krijgen na beëindiging van zijn studies of een opleiding. Opvallend daarbij is dat 62.154 (56 %) vorig jaar tussen 25 en 50 jaar waren (zie tabel Wachtuitkering wordt inschakelingsuitkering: het stelsel in cijfers).

De instroom in het stelsel is beperkt tot 30 jaar, maar je kan tot je pensioen in het systeem blijven en daarna een pensioen ontvangen. Er bevinden zich heel wat langdurig werklozen in het stelsel. Van de 765 miljoen euro die het stelsel opslokt, zijn er 491 miljoen bestemd voor langdurig werklozen. 929 wachtuitkeringstrekkers zijn ouder dan 50, 663 van hen wonen in Wallonië. Dat zijn mensen die nooit gewerkt hebben of niet voldoende gewerkt hebben om een beroep te kunnen doen op een klassieke werkloosheidsuitkering.

Het systeem is een aberratie in ons socialezekerheidssysteem. Iedereen heeft louter op basis van gevolgde studies recht op zo’n uitkering. De klassieke werkloosheidsuitkering is gebaseerd op het verzekeringsprincipe: je betaalt bijdragen en bouwt rechten op op basis van het aantal gepresteerde arbeidsdagen. Bij een wachtuitkering is er geen verband met werk.

Dat wil niet zeggen dat de mensen die in het stelsel zitten nooit gewerkt hebben. Om recht te hebben op een klassieke werkloosheidsuitkering moet iemand twaalf maanden gewerkt hebben in de achttien maanden die voorafgaan aan de aanvraag. Mensen die jaren halftijds werkten, hebben dus geen recht op een werkloosheidsuitkering. Zij vallen terug op een wachtuitkering. Vakbonden benadrukken dat de overgrote meerderheid van de wachtuitkeringstrekkers wel degelijk al gewerkt heeft. Slechts zeven onder hen zouden heel hun leven inactief zijn.

Beperkt in de tijd

Toch besloten de regeringspartijen om het stelsel bij te sturen omdat het om passief uitkeringsgeld gaat. Opvallend is dat het een van de regeringsmaatregelen is die al sinds 1 januari 2012 in voege zijn. Het eerste luik van het nieuwe stelsel verlengt de wachttijd. Na zijn studies moet een werkzoekende een wachttijd doorlopen voor hij recht heeft op een inschakelingsuitkering. Tot eind vorig jaar bedroeg die wachttijd negen maanden voor 18- tot 25-jarigen. Wie tussen 25 en 30 jaar was, moest een jaar wachten.

Sinds 1 januari bedraagt de wachttijd voor iedereen een jaar. Bovendien wordt die periode voortaan de beroepsinschakelingstijd genoemd. Dat betekent dat de regionale tewerkstellingsdiensten zoals de VDAB om de vier maanden van nabij opvolgen of de werkzoekende wel degelijk op zoek is naar een job. Slechts wie drie keer een positieve evaluatie krijgt, heeft recht op een inschakelingsuitkering. Voortaan is actief zoeken nodig om recht te hebben op een uitkering, vroeger was het zoekgedrag een voorwaarde om die rechten te behouden.

Voorts is de inschakelingsuitkering beperkt in de tijd. Samenwonenden hebben vanaf nu gedurende drie jaar recht op een uitkering. Gezinshoofden en alleenstaanden eveneens, maar vanaf hun 30ste kunnen ze blijven rekenen op die uitkering indien ze de jongste twee jaar minstens een halfjaar hebben gewerkt. Met het nieuwe systeem hoopt de federale regering dit jaar 131 miljoen euro te besparen.

Geen diploma nodig

“Het is de eerste hervorming van het systeem, maar ze blijft kaduuk”, zegt Gianni Duvillier van het Voka-kenniscentrum. “Het was beter geweest als het stelsel gewoon was afgeschaft. Mijn eerste grote kritiek is dat het verzekeringsprincipe nog altijd niet van toepassing is zoals in het gewone werkloosheidsstelsel. Vaak wordt ook vergeten dat je nog altijd geen diploma moet hebben om van een uitkering te genieten. Het beëindigen van de studies als voorwaarde staat niet gelijk met geslaagd zijn. Vergeet niet dat het een tijdje duurt voor er geschorst wordt. De beperking van de uitkering in de tijd is beginnen te tellen op 1 januari 2012.” Het is dus wachten tot 2015 voor er concrete voorbeelden zijn van werkzoekenden die uit het stelsel worden geduwd en geen uitkering meer ontvangen.

De socialistische vakbond ABVV berekende dat er 24.000 samenwonenden (17.000 Walen, 4.500 Vlamingen en 2.500 Brusselaars) vandaag al meer dan drie jaar van een wachtuitkering genieten. Daarnaast zijn er 30.000 gezinshoofden en alleenstaanden van meer dan 30 jaar die zich in dezelfde situatie bevinden. De socialistische vakbond waarschuwt dat die op termijn uitgesloten kunnen worden en dus in de armoede terecht dreigen te komen.

“Dat klopt niet”, zegt Duvillier. “Critici vergeten wel eens dat je een inschakelingsuitkering behoudt als je in twee jaar een halfjaar hebt gewerkt. Dat wordt om de zes maanden gecontroleerd. In de toekomst zijn er bijvoorbeeld wel minder 50-plussers die van een inschakelingsuitkering genieten. Maar het klopt niet dat ze allemaal uit het stelsel verdwijnen. Ik vergelijk de maatregelen met de aanpassingen van de opzegvergoedingen voor arbeiders en bedienden. In plaats van het stelsel fundamenteel te herdenken, geeft men er de voorkeur aan het links en rechts bij te schaven.”

“Het nieuwe systeem heeft veel gebreken, maar er moest natuurlijk iets gebeuren. Zeker met het oog op de krappe arbeidsmarkt. Op jaarbasis komen alleen al in Vlaanderen 60.000 vervangings-vacatures vrij. Dat de activering van de inschakelingsuitkeringstrekkers nog een versnelling hoger schakelt, is meer dan nodig. Daar situeert zich nog een groep werkzoekenden die de arbeidsmarkt goed kan gebruiken.”

ALAIN MOUTON

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content