Geen compassie na de fusie
Autoproducent Chrysler mag dan wel fuseren met Daimler-Benz, met zijn 300M treedt de Amerikaanse autoproducent regelrecht in concurrentie met de Mercedes E-klasse. Als dat maar goed afloopt.
Herinnert u zich nog de jaren 50? Het was de tijd van de rock ‘n’ roll, de tijd ook dat Amerikaanse auto’s er nog echt bedreigend uitzagen. In die jaren – 1955 om precies te zijn -, waagde Chrysler zich aan de lancering van de 300. De wagen werd in de VS een echte hit. Chrysler ontwierp zelfs een super-300, die werd uitgerust met een 6,4 liter sterke krachtbron. Maar die motor was zelfs voor Amerikanen van het goede te veel: van de super-300 werden amper vijftig exemplaren geproduceerd.
Vandaag, anno 1998, maakt de nieuwe generatie van de Chrysler 300 haar opwachting: de Chrysler 300M. De nieuwe 300M werd een bijna vijf meter lange, statige sedan waarmee het merk duidelijk een knipoogje naar de Europese chauffeurs werpt. Vooral bestuurders die houden van comfort en prestatiegericht rijgedrag – zeg maar Audi A6-, BMW 5- en Mercedes E-rijders – worden door Chrysler geviseerd. Inderdaad, Chrysler wil met zijn 300M af van zijn imago als producent van de Voyager-monovolumes.
Trends kon in de Verenigde Staten een proefrit maken met de nieuwe 300M, een wagen die in september in België verkrijgbaar moet zijn. De eerste modellen zullen worden aangedreven door een 3.5 liter V6; later volgt de iets meer op de Europese brandstofprijzen afgestemde 2.7 liter V6 van 200 pk.
De 3.5 is, net zoals de 2.7-versie, een ruime vierzitter met een royale standaarduitrusting. Inzake rijgedrag kan de 300M 3.5 worden vergeleken met sommige E-klasse-modellen. De 300M voelt zich dankzij het uitstekende onderstel even goed in zijn sas op bochtige rijkswegen als op Europese autowegen. De overbrenging via de soepele automatische versnellingsbak – die dankzij het Autostick-systeem ook manueel kan worden bediend – waarborgt een uitstekend rijgedrag en veel rijplezier. De 300M is dan ook een prima zaken- en reiswagen met rijveiligheid, prestaties en comfort om u tegen te zeggen.
Toch zitten de Chrysler-dealers met een probleempje: ondanks de uitstekende rijprestaties, bezit Chrysler niet de uitstraling van een BMW of Mercedes-Benz. De Chrysler heeft wel zijn prijskaartje mee: terwijl de prijzen van Duitse klassewagens nagenoeg altijd verwijzen naar “naakte” versies, is de kostprijs van de 300M goed voor een compleet uitgeruste auto – alleen het open dak is in optie – met een lederen binnenbekleding, een uitstekende airconditioning, airbags, tractiecontrole en ABS, houten inlegpanelen op het instrumentenbord, de middenconsole en in de deuren, en een audio-installatie van 320 watt met elf luidsprekers. Het enige designfoutje is de relatief kleine kofferopening en de vrij hoge laaddrempel van de koffer.
PATRICK OP DE BEECK
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier