Alain Mouton

Extra fiscale last op bedrijfswagens is ongepast

Alain Mouton Redacteur bij Trends

Fiscaal aantrekkelijke bedrijfswagens zijn een indirecte compensatie voor hoge loonlasten. Als ze zwaarder belast worden, moeten de loonkosten lineair omlaag.

Een nieuwe richtlijn van de btw-administratie maakt de bedrijfs-wagens duurder voor de werkgever. De btw-aftrek voor een bedrijfswagen wordt nu nog berekend op basis van een forfaitaire 5000 of 7500 privékilometers per jaar. De administratie wil die aftrek voortaan berekenen op basis van de werkelijk gereden privékilometers. Een maatregel die de werkgever al snel een paar honderd euro per bedrijfswagen per jaar kan kosten. Voor de schatkist een goede zaak, want in ons land rijden ongeveer 750.000 bedrijfswagens rond.

De werkgeversorganisaties VBO en VOKA vragen een herziening van de nieuwe maatregel, want die jaagt de lasten op arbeid opnieuw de hoogte in. Hun analyse klopt. De fiscaal relatief aantrekkelijke bedrijfswagen is een van de vele systemen die de voorbije jaren werden ingevoerd om de hoge Belgische loonkosten op arbeid binnen de perken te houden en indirect te compenseren.

Het is een van de typische gevolgen van het Belgische sociaal overlegmodel. De vakbonden zijn koele minnaars van lagere loonkosten, want dat betekent dat de voor hen heilige sociale zekerheid minder wordt gefinancierd. Werkgevers wijzen bij elke sociale onderhandeling op de hoge Belgische loonkosten die de concurrentiepositie van de ondernemingen aantasten. Naar goede Belgische gewoonte werden de voorbije jaren dus compromissen uitgedokterd. Geen lineaire loonkostenverlaging, maar wel allerlei extralegale voordelen die de totale loonkosten niet te veel bijkomend bezwaren. Denken we maar aan maaltijdcheques, onkostenvergoedingen of een bedrijfspensioenplan.

Bedrijfswagens vallen ook onder die categorie. België telt 82 alternatieve vormen van fiscaal interessante of belastingvrije verloning. Daarmee zijn we wereld-recordhouder. Als een of meerdere van die loonvoordelen wordt afgeschaft of aangetast, dan is een compensatie via een klassieke lineaire loonkostenverlaging een must.

Daar hoort men de tegenstanders van bedrijfswagens – vaak in vakbondskringen te vinden – echter niet voor pleiten. Integendeel, zij halen steevast nieuwe argumenten aan om de fiscaliteit op bedrijfswagens te verzwaren, zonder compensaties. Die argumenten overtuigen niet. Zoals de stelling dat een firmawagen vooral kaderleden ten goede komt. Dat klopt niet. Steeds meer bedienden hebben een bedrijfswagen, net als een kwart van de arbeiders met buitendienst. Dat bedrijfswagens voor extra vervuiling zorgen, is ook een zwak argument. De 750.000 bedrijfswagens maken slechts een beperkt deel uit van het totale wagenpark van 5 miljoen. Bovendien is de fiscaliteit van firma-wagens milieuvriendelijk gestuurd. Zo betaalt de werkgever een solidariteitsbijdrage in functie van de CO2-uitstoot van de wagen. Ook het fileprobleem is een fout argument. In Nederland zijn bedrijfswagens zwaarder belast – en dus minder aantrekkelijk als looncomponent – dan in België. Het fileprobleem is er veel erger dan bij ons.

Partner Content