Erotisch design
De lusten in het object
Zit de erotiek van een object in het voorwerp zelf verborgen ? Of is het het oog dat er een erotische dimensie aan geeft ? Erotiek is sluimerend aanwezig in de objecten die ons omringen. De tentoonstelling die in Londen aan dit thema gewijd wordt, kent een enorm succes. Geef gerust je ogen de kost.
TEKST : SERGE VANMAERCKE
Het prestigieuze Designmuseum, waar de tentoonstelling The Power of Erotic Design nog tot 12 oktober loopt, is voor één keer en gezien het bijzondere thema van de expositie, afgestapt van een enge architecturale interpretatie van het woord ‘design’. Design wordt dit keer in zijn brede Engelse betekenis opgevat en slaat zowel op object als architectuur, mode en publiciteit, auto en televisie. In het Designmuseum vind je niet alle dagen een bustier van Viviane Westwood, de divan in de vorm van de lippen van Mae West door Salvador Dali, de architectuur van Antonio Gaudi en reclame voor Levi’s-jeans en de Jaguar Type E naast elkaar.
Met de medewerking van Sony Playstation en het bekende restaurant Mezzo van designpaus Sir Terrence Conran, geeft het Designmuseum een merkwaardig overzicht van al die dingen die door hun vormgeving of hun inspiratie, in mindere of meerdere mate, soms met een knipoog maar vaak ook ernstig, ons hoofd op hol brengen. Om ons in de sfeer te brengen, heeft architect Nigel Coates, professor aan het Royal College of Art in Londen, het museum voor de gelegenheid in zwarte voile en gekleurde neons gehuld. Hij bracht, in chronologische volgorde, alle aspecten van de erotiek in het design van de twintigste eeuw in beeld, die tegelijk de culturele en/of sexuele geneugten van het individu blootleggen.
Bij het betreden
van de verdieping waar de tentoonstelling plaats heeft, dringen de figuren van de Belgische modeontwerper Walter Van Beirendonck sexy modepoppen hoewel geslachtsloos zich als het ware aan de bezoeker op, maar in feite flankeren ze de uitgang en vormen een slotakkoord van de expositie. De tentoonstelling begint immers in een klein hoekje met het thema : Erotic City 1900. Hier wordt een beeld geschetst van de grote steden van plezier aan het einde van vorige eeuw, Wenen, Parijs, Barcelona, Londen, waar cultuur en erotiek sterk met elkaar verbonden waren. Werken van Aubrey Beardsley, illustrator van Oscar Wilde, Tiffany-vazen, een reconstructie van het kabinet van Sigmund Freud en andere verwijzingen naar lust en plezier uit die tijd vormen de introductie van de tentoonstelling.
De afdeling surrealisme mag uiteraard niet ontbreken en geeft vooral een beeld van de erotische aspecten in de kunst van de jaren dertig. De geschriften van George Bataille staan borg voor de ernst van het geheel. Soms vraag je je wel af hoe de aanwezigheid van een of ander object in de tentoonstelling kan verantwoord worden. Bij het aanschouwen van een moderne tafel van de Italiaanse architect Carlo Molino, moet je bijvoorbeeld weten dat het onderstel ervan een gestileerde constructie is die rug en billen van een vrouw uitbeeldt.
Explicieter
gaat het eraan toe op de afdeling ‘Pop en seksuele Revolutie’. Vooral de hyperrealistische werken van Allen Jones, kunstenaar die ook de muren van het restaurant Mezzo toevallig sponsor van deze tentoonstelling voor zijn rekening nam, laten niets aan de verbeelding over.
De popperiode wordt gekenmerkt door een zekere ambiguïteit, een erotische onschuld als het ware, gesymboliseerd door de minirok. De ontwerpers creëerden een wisselwerking tussen aërodynamica en erotiek. Zo koppelt men de sexy pin-up aan het vervoermiddel, terwijl de fallus symbool staat voor alles wat met snelheid te maken heeft. Het podium Speed, Power & Fast verwijst dan ook naar de relatie bolide-erotiek, wat betrekking heeft op snelheid, seks en macht.
Om deze macho visie op het erotisch design enigszins af te zwakken, stelt John Maybury naast deze afdeling de video Separate Spheres voor waarin hij op listige wijze aternatieven suggereert op deze heterosexuele, viriele visie van het design.
Seks is op marketinggebied altijd al een verkoopargument geweest. Deze tentoonstelling is daar trouwens het beste bewijs van. Het Londense designmuseum heeft immers nog nooit zoveel volk over de vloer gehad. Seks verkoopt : theateraffiches uit de jaren ’80 en ’90, affiches voor jeans of ijsroom illustreren ten volle deze tendens. Maar elk object laat zich niet zo maar in een bepaald thema inpassen.
Daarom hebben de organisatoren van de tentoonstelling aan personen als de modeontwerpers Alexander McQueen en Jean Paul Gaultier of designer Marc Newson, voorgesteld om een bijdrage te leveren voor één grote stand, onder de noemer Individual Responses, waar objecten in ondergebracht zijn die gerealiseerd of gekozen werden door personaliteiten uit verschillende disciplines.
Tenslotte, alvorens terug te komen bij de in het zwart gehulde mannequins van ‘onze’ Walter Van Beirendonck, wordt de bezoeker uitgenodigd zich te storten in hét spel bij uitstek van dit fin-de-siècle, een realisatie van Antirom voor Sony Playstation. Vraag is natuurlijk of u dit computerspel zal kunnen bedienen zonder een woordje tekst en uitleg of een helpende hand, gesteld dat u dit durft vragen. Erotiek is niet meer wat het geweest is in dit fin-de-siècle. Toch niet op een tentoonstelling. Thuis is het hopelijk anders.
De Britse dramaturg Joe Orton imiteert een beroemde scène van de even beroemde Christine Keeler uit het begin van de jaren zestig : stoel huwt menselijk lichaam.
Teneride Office Chair van Mario Bellini. Een project uit 1970 : veel comfortabeler om te zitten, dan op het psychologische vlak… naar het schijnt.
Sella door Achille Castiglioni (1957).
Bridge City Model : een brugproject over de Theems, vorig jaar voorgesteld door Nigel Coates.
De affiche van de tentoonstelling.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier