Een speeltuin voor politici

Alain Mouton
Alain Mouton Journalist

Na de heisa over het loon van voormalig bpost-CEO Johnny Thijs en de vaudeville over de benoeming van een nieuwe topman van de NMBS zullen managers in de privésector weinig zin hebben om nog in een overheidsbedrijf aan de slag te gaan. Een CEO die toch nog twijfelt, moet Dwarsligger van voormalig spoorbaas Marc Descheemaecker lezen. Het boek toont haarfijn aan hoe de Belgische spoorwegen de speeltuin van politici zijn. Met een raad van bestuur en een directiecomité die volledig politiek benoemd zijn, kan het moeilijk anders. Descheemaecker, die in 2002 bij de NMBS terechtkwam en in 2005 CEO werd, vertelt hoe hij zijn weg probeert te vinden in een omgeving waar politiek gelobby dagelijkse kost is. Politici hangen aan de lijn voor jobs en bevorderingen van vrienden, voor investeringen in grote stationsprojecten in hun kieskring, enzovoort.

In de aanloop naar de publicatie werd de indruk gewekt dat Descheemaecker Dwarsligger had geschreven om af te rekenen met zijn voormalige voogdijminister Johan Vande Lanotte. Maar het boek is veel meer dan dat, en ook andere figuren krijgen ervan langs. Descheemaecker is bijvoorbeeld zeer scherp voor de voormalige topman van NMBS Holding, Jannie Haek. Die wordt afgeschilderd als een — weliswaar briljante — bullebak met een drankprobleem. Ook de liberaal Jean-Claude Fontinoy, een vertrouweling van Didier Reynders, krijgt slechte punten.

Het klopt dat Descheemaecker een hoofdstuk wijdt aan de socialist uit Oostende. Beiden zaten geregeld op ramkoers. Over de door Descheemaecker geweigerde sponsoring van de Oostendse basketbalploeg. Over de lege Thalys die vanuit Oostende vertrekt (kostprijs 1,9 miljoen euro per jaar). Het meest ontluisterende verhaal is misschien wel de overdracht van het niet-bestaande pensioenfonds van de NMBS naar de regering om voor een sluitende begroting te zorgen. Dat was paarse politieke cultuur ten top. In 2005 wou premier Guy Verhofstadt uitpakken met een begroting in evenwicht. Om dat te realiseren, sloeg de regering onder meer de facto de miljoenen van het pensioenfonds van Belgacom aan. Ze wou hetzelfde doen met de NMBS, maar daar was geen pensioenfonds. Uiteindelijk werd een nep-pensioenfonds opgericht nadat de NMBS Holding 300 miljoen euro had geleend op de financiële markten. Dat geld werd gebruikt om de begroting uit het rood te halen.

Ook de vakbonden krijgen ervan langs. Zij zijn volgens Descheemaecker verantwoordelijk voor de logge structuur van de NMBS, die geen modern personeelsbeleid toelaat. Het is een oude administratie met een ambtenarenstatuut dat nog van de jaren twintig dateert. Het aantal vakantiedagen is ontstellend hoog (minimaal 54) en de productiviteit laag. Al geeft Descheemaecker ook een pluim aan de NMBS-medewerkers die wel gemotiveerd zijn.

Descheemaecker kijkt ook vooruit. Hij waarschuwt dat de NMBS tussen 2019 en 2029 geconfronteerd wordt met de vrijmaking van de Europese binnenlandse passagiersmarkt. De spoorwegmaatschappij kan zich daar enkel op voorbereiden indien zwaar wordt bespaard (nu krijgt de NMBS jaarlijks 3 miljard euro subsidie uit de federale pot) en de NMBS Groep 5000 medewerkers minder telt, tot ongeveer 29.500. Het lijkt een onmogelijke opdracht.

Marc Descheemaecker, Dwarsligger. Achter de schermen van de NMBS, Van Halewyck, 2014, 304 blz., 19,95 euro

ALAIN MOUTON

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content