Duurzaam en niet duur
Bedrijventerreinen zijn een noodzakelijk kwaad. Ze zijn economisch onmisbaar, maar vaak ook lelijk en hinderlijk. Het kan ook anders. Met steun van de drie gewesten is het duurzame bedrijventerrein in opmars.
De plannen voor Brussels International Logistic Center (BILC), een stedelijk logistiek platform, tussen het TIR-centrum en Tour & Taxis zijn al een tijdje netjes opgeborgen. Toch komt er nu op de site een ‘modelpool voor duurzame stadsdistributie’. Eind vorig jaar keurde de Brusselse regering de plannen goed voor de ontwikkeling van een duurzaam economisch havengebied op het terrein van 8 hectare. De Haven van Brussel en de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (GOMB) staan in voor de ontwikkeling. Een zone van zowat 53.500 vierkante meter wordt ontwikkeld en gecommercialiseerd als duurzaam bedrijventerrein. Het resterende terrein van 26.800 vierkante meter krijgt een logistieke functie met de focus op duurzame stadsdistributie. De belofte van duurzaamheid kan dus blijkbaar dossiers vlot trekken.
Duurzaam wordt de norm voor bedrijventerreinen. Ook de andere twee gewesten stimuleren de ontwikkeling van duurzame bedrijventerreinen. In Machelen bijvoorbeeld, op nog geen tien kilometer van Tour & Taxis, wil de Gentse projectontwikkelaar Re-Vive tegen het einde van de zomer beginnen aan de voorbereidende werken van het duurzame bedrijventerrein Brightpark. Vandaag staat de zone gecatalogeerd als brownfield. “De sanering wordt een zware klus”, zegt Jelle Vandendriessche van Re-Vive. “De vorige eigenaars, maar ook de gebruikers voor hen, hebben door en onder elkaar verontreinigd. Daarom was het ook noodzakelijk de drie terreinen te verwerven.” Re-Vive begroot de saneringskosten op 5 miljoen euro.
Na de reconversie moet het een groen bedrijvenpark worden met plaats voor een veertigtal bedrijven. Een optimaal ruimtegebruik, het delen van faciliteiten en een goede ontsluiting voor zacht verkeer onderstrepen de duurzame ambitie van het bedrijvenpark. Met een toekomstig GEN-station in de nabijheid zal Brightpark ook via het openbaar vervoer bereikbaar zijn. “Er komt ook een collectieve parking met twee laadpalen voor elektrische wagens”, vult Jelle Vandendriessche de ‘groene’ maatregelen aan. “En we ontwerpen de gebouwen ook zo dat er zonnepanelen op de daken kunnen.”
Subsidies
Met die laatste maatregel speelt Re-Vive ook in op de subsidieregeling van de Vlaamse overheid voor duurzame bedrijventerreinen. Een van de voorwaarden is dat de ontwikkelaar de CO2-neutraliteit van het park garandeert.
De Vlaamse steun voor de (her)aanleg van bedrijventerreinen bedraagt 30 procent van de investeringen in infrastructuur (wegen, fietspaden, groenzones…) en van investeringen ‘die bijdragen tot de verduurzaming van het terrein’ (intensief ruimtegebruik, energie- en waterbesparing…). Voor verouderde terreinen, brownfields, wetenschapsparken en erkende strategische bedrijventerreinen bedraagt de subsidie 60 procent.
Ook Wallonië zet via een subsidieregeling in op de ontwikkeling van duurzame bedrijventerreinen. De Waalse regering heeft 2,5 miljoen euro vrijgemaakt voor proefprojecten over eco-zonings, zones voor ‘economische activiteiten die in overeenstemming zijn met de principes van duurzame ontwikkeling’. Om ontvankelijk te zijn, moeten de projecten zeker vier van zes duurzaamheidscriteria dekken (gebruik en beheer van materiaal, water, energie, transport, beheer van de zone en uitrusting van de zone). Na een oproep in 2010 selecteerde een jury begin 2011 vijf projecten uit de dertien kandidaten.
In Wallonië zijn de intercommunales de trekkers en de regisseurs van de eco-zonings, al benadrukt Gaël Lambinon, woordvoerder van minister van Economie Jean-Claude Marcourt (PS), “dat ook een dertigtal bedrijven partner is in de vijf proefprojecten”. Volgens Freddy Hoorens, partner bij de vastgoedbeheerder Quares, is het nog interessanter als privéspelers het initiatief kunnen nemen.
“We zijn sinds 2004 actief in het management van duurzame bedrijventerreinen en stellen vast dat de ontwikkeling van duurzame bedrijventerreinen de jongste twee jaar vooral in Vlaanderen een hoge vlucht heeft gekend. De Vlaamse overheid heeft dat slim aangepakt. Door de CO2-neutraliteit te koppelen aan een subsidieregeling heeft ze er een positief verhaal van kunnen maken. We werken ook in Nederland en daar zijn ze stik-jaloers op de Vlaamse regeling.”
Stap terug
Hoorens maakt zich wel zorgen over het nieuwe Vlaamse subsidiebesluit, dat nu nog voor advies voorligt bij de Raad van State en dat binnenkort van kracht wordt. De nieuwe regeling concentreert en heroriënteert de middelen naar (her)ontwikkelingen die zonder subsidies onrendabel zijn. De facto betekent dat volgens Hoorens een verschuiving van de middelen naar gemeenten en intercommunales, ten nadele van private spelers.
Ook de steun voor beheer en park-management krijgt een andere invulling. Het nieuwe besluit wil het actieve beheer — bijvoorbeeld het toezicht op de bouw- en exploitatieverplichtingen verbonden aan bedrijfskavels — stimuleren. Opnieuw een maatregel die zich in eerste instantie richt naar publieke actoren zoals gemeenten en intercommunales. Voor het parkmanagement (zie kader Begin met P van Profit), zoals het organiseren van gezamenlijke afvalophaling of het onderhandelen over gezamenlijke aankopen (zaken die vooral door privéspelers zoals Quares worden getrokken), voorziet het nieuwe besluit in geen middelen. Freddy Hoorens: “Ik vrees dat het een stap achteruit is: met veel wimpels een bedrijventerrein openen, om na een paar jaar vast te stellen dat er van de uitstraling van het park niets meer overblijft, en dat bedrijven er nauwelijks samenwerken.”
In Antwerpen is het de bedoeling dat de private en publieke sector de handen in elkaar slaan. In het zuiden van Antwerpen, op de site van het vroegere Petroleum Zuid, komt een nieuw duurzaam bedrijventerrein van 113 hectare, dat de naam Blue Gate Antwerp krijgt. De ambities zijn niet min. Philip Heylen (CD&V), de Antwerpse schepen voor Economie en voorzitter van de nv Blue Gate, noemt het “een van de belangrijkste economische projecten in de Antwerpse regio en zelfs in Vlaanderen”.
Het nieuwe bedrijvenpark moet dé referentie worden voor duurzaamheid. “Duurzaamheid wordt de rode — of moet ik zeggen blauwe — draad op Blue Gate”, verklaart Heylen. “Op Blue Gate willen we de kringlopen sluiten: geen afval, maximaal hergebruik van water, materialen, energie enzovoort.”
Bij de invulling van het bedrijventerrein ligt de focus op vier economische activiteiten: slimme logistiek, ecoproductie, onderzoek & ontwikkeling en energie. De vraag is of die selectiviteit in de huidige economische situatie houdbaar is. Wat als een bedrijf dat niet tot de vier beoogde activiteiten behoort, maar wel nieuwe werkgelegenheid garandeert, zijn oog laat vallen op Blue Gate? “Past het niet in de uitgangspunten en de vier economische domeinen, dan zal het niet voor Blue Gate zijn”, antwoordt Heylen. “Blue Gate is een investering in ondernemerschap in Antwerpen, maar het mag de stad niet verstikken. Vergeet niet dat de site vlak bij de stad ligt en aan belangrijke woongebieden zoals het Kiel en het Zuid grenst.” Toch houdt de schepen een zekere onderhandelingsmarge open: “Niet alle bedrijven zullen op alle domeinen even hoog scoren. Soms zullen we afwegingen moeten maken. Maar nogmaals: bedrijven die zich op Blue Gate willen vestigen, zullen op een of andere manier mee in dat verhaal van duurzaamheid moeten stappen. Vervuilende industrie of een supermarkt is er uitgesloten.”
Druk neemt toe
Ook het bedrijventerrein Evolis in Kortrijk combineert grote duurzaamheidsinspanningen met ‘doordachte’ selectiecriteria. Tot nu toe hebben zich nog maar vier bedrijven gevestigd op het park (30 hectare), dat in 2008 openging. Toch staat de selectiviteit niet ter discussie, zegt Stijn Vannieuwenborg, projectmanager immobiliaire projectontwikkeling bij de intercommunale Leiedal, de initiatiefnemer en de beheerder van het park.
“Onze regio kampt met een braindrain naar steden als Gent en Antwerpen. Daar willen we onder meer met Evolis een antwoord op bieden. Belangrijke criteria bij de beoordeling van een dossier zijn de innovatiecapaciteit van het bedrijf en hoogwaardige tewerkstelling. Mochten we willen, dan was Evolis al lang ingevuld. Het ligt vlak bij de E17 en de Franse grens en is daardoor begeerd bij logistieke bedrijven. Maar daar hebben we andere terreinen voor. Al voelen we de druk wel toenemen. De bedrijfsruimte wordt schaarser. Daarom werken we heel actief aan de reconversie van verlaten sites.”
LAURENZ VERLEDENS
“Blue Gate is een investering in ondernemerschap in Antwerpen, maar het mag de stad niet verstikken” Philip Heylen, Antwerps schepen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier