De man van 600 miljard
Tegen 2030 kijken de VS tegen de bodem van de pensioenkas aan. Daarom wil president Bill Clinton 60% van de begrotingsoverschotten van de komende 15 jaar (2700 miljard dollar) doorsluizen naar de Sociale Zekerheid. Dat stelt het failliet van de pensioenkas alvast uit tot 2055. Dat Clinton een kwart van die som in aandelen wil beleggen deed het nodige stof opwaaien, maar globaal is iedereen het erover eens dat de vergrijzing dergelijke plannen noodzaakt. En als de VS werk maken van het nijpende pensioenvraagstuk, dan kan Europa met z’n nog diepere pensioenput – en niet gezegend met begrotingsoverschotten – niet achterblijven. “Vanaf 2005 zullen we in België in de problemen komen. Meer flexibiliteit tussen de actieve en gepensioneerde bevolking dringt zich daarom op. We moeten bijvoorbeeld de mensen de mogelijkheid bieden langer te werken. De verhouding tussen actieven en gepensioneerden moet beheersbaar blijven.” Aan het woord is Gabriël Perl (53 j.), de administrateur-generaal van de Rijksdienst voor Pensioenen ( RVP). Dat ambt geeft recht op het hoogst gelegen kantoor van Brussel. Vanop de 36ste verdieping van de Zuidertoren ziet Perl erop toe hoe de pensioenadministratie – waar een prijskaartje van 4 miljard frank per jaar aan kleeft – onder hem jaarlijks 480 miljard doorsluist naar de privé-pensioenen.
Perl nam er zijn intrek in ’94. De administrateur-generaal (van PS-signatuur) wil er zelf geen geheim van maken dat het om een louter politieke benoeming ging, die kadert binnen een strategie van de Waalse socialisten. In de volgende legislatuur moeten ze hoogstwaarschijnlijk Sociale Zaken uit handen geven; het kon dan geen kwaad iemand aan de top van de pensioenambtenarij te droppen. Of dat partijpolitiek gemanoeuvreer vandaag nog zou kunnen? Perl: “Men heeft het altijd over die nieuwe politieke cultuur. Wellicht zal men in de toekomst overschakelen naar een systeem met mandaten zoals in de Vlaamse administratie reeds het geval is.” Die politeke benoeming betekent evenwel niet dat Perl op basis van objectieve maatstaven niet op zijn stoel zou thuishoren.
De geboren en getogen Brusselaar – geboren in Ukkel, nu wonende in Schaarbeek – is perfect tweetalig: “Dat is een absolute must als leidende ambtenaar van 2000 mensen.” Na zijn middelbare studies aan het Athénée Adolphe Max studeerde Perl rechten aan de ULB. Niet met voorbedachten rade – z’n interesse ging eerder uit naar geschiedenis – maar het toeval en praktische overwegingen beslisten over de studiekeuze: “Ik trok met enkele vrienden naar de universiteit voor de inschrijving. Een van hen wees erop dat het lesprogramma rechten qua aantal uren niet zo zwaar was.”
Na zijn studies ging Perl drie jaar aan de slag als advocaat aan de Brusselse Balie. Maar zijn loon als stagiair bood, zeker toen zijn vrouw een eerste kindje verwachtte, onvoldoende financiële stabiliteit. Perl deed daarom mee aan de examens van het Vast Wervingssecretariaat en kon in ’73 aan de slag op het ministerie van Sociale Zaken. In ’88 ruilde hij de traagmalende administratie voor het meer stresserende en chaotische kabinetswerk. Eerst als adviseur op het kabinet Sociale Zaken van zijn mentor Philippe Busquin, later als adjunct-kabinetschef en kabinetschef onder Philippe Moureaux,BernardAnselme en Magda De Galan. In ’94 werd Perl dan beloond voor bewezen diensten met de post van administrateur-generaal van de RVP.
Sinds 1 oktober 1998 is Perl ook voorzitter van de commissie artsen-ziekenfondsen, beter gekend als medicomut, een van de belangrijkste organen van het Riziv. In die commissie moeten de artsen en de ziekenfondsen elk jaar tot een tariefakkoord komen omtrent de honoraria van huisartsen en specialisten. Vorig jaar keerde het Riziv 158 miljard frank uit aan specialisten en huisartsen – die laatsten kregen daarvan slechts 25 miljard, hoewel ze met veel meer zijn. Vooral de technische prestaties als de medische beeldvorming of de klinische biologie maken de rekening peperduur. De commisie moet voor Perl “de tariefzekerheid waarborgen voor de mensen en een geneeskunde met twee snelheden vermijden.” En de filosofie die achter de akkoorden steekt beschermen: het systeem van de vrij begeleide geneeskunde, waarbij de sector, voor Perl liefst ook in de toekomst op federaal niveau, binnen de vastgestelde begroting vrij de middelen kan verdelen.
Zijn benoeming als voorzitter van medicomut was niet vanzelfsprekend. Perl is geen arts, was niet vertrouwd met de ingewikkelde Riziv-reglementering en relatief onbekend in de medische sector. Maar de hopeloze verdeeldheid tussen artsenbonden, mutualiteiten en politieke partijen over de geschikte kandidaat gaf minister van Sociale Zaken Magda De Galan het laatste woord. De Galan kende Perl trouwens al van op de universiteitsbanken. Voor de PS is hij nu ook een strategische pion in de ziekteverzekering.
Perl kon zich meteen op het terrein bewijzen door op zoek te gaan naar een nieuw tarievenakkoord. Het vorige was door de Belgische Vereniging van Artsensyndiscaten opgezegd uit protest tegen het door de ziekenfondsen geïnspireerde wetsontwerp van Ghislain Vermassen (SP) en Jan Lenssens (CVP, ondervoorzitter van de christelijke ziekenfondsen), dat een verbod oplegt op ereloonsupplementen in twee- en meerpersoonskamers. Na veel verdageren kwam er eind vorig jaar een vergelijk uit de bus: voor de wet van kracht wordt, is het advies van de medicomutcommissie nodig.
Dankzij een uitgekiende onderhandelingstechniek slaagde Perl in zijn eerste opdracht. Hij aarzelt niet lange dagen te kloppen om nog vóór de eigenlijke onderhandelingen starten contact te nemen met beide partijen en goede relaties uit te bouwen zonder de neutraliteit te verliezen. Dat is niet evident: het machtskluwen binnen de commissie wordt wel eens omschreven als een slangenkuil.
De NPC indachtig koos Perl er zelf voor zijn voorzitterschap te beperken tot zes jaar: “Dat levert een logisch evenwicht op tussen het opbouwen van de nodige ervaring voor deze job en het tijdig plaatsmaken voor mensen met frisse ideeën.” Daar heeft de ziekteverzekering net als de pensioenverzekering meer dan ooit nood aan. Perl: “De ziekteverzekering houdt met de vergrijzing van de bevolking nog onvoldoende rekening. Er ontbreekt een langetermijnvisie, deels omdat er onbekende parameters als de technologische evolutie in het spel zijn.”
Voor Gabriël Perl zelf ‘klant’ wordt van de Zuidertoren, wil de jonge grootvader er nog heel wat plannen verwezenlijken: “De kwaliteit van de diensten moet verder verbeteren.” En door te fitnessen draagt Perl zijn steentje bij tot een financierbare gezondheidszorg.
DAAN KILLEMAES
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier