De kruistocht van een voedingsridder
Slapeloze nachten. Obsessionele waakzaamheid. IJver tot in het waanzinnige. Met dergelijke termen definieert Michel Delbaere de zorg om voedselveiligheid. “Dat wordt mijn kruistocht de volgende drie jaar,” duidt de kersverse voorzitter van Fevia zijn kerntaak als topman van de federatie van de voedingsnijverheid.
Het is geen peptalk. Het handvol insiders dat Delbaere kent – zijn laatste interview leverde de uiterst discrete zakenman aan Trends in 1985 – schetst een portret van een bekwaam, gedreven man die uitermate bezorgd is om naspeurbaarheid en voedselveiligheid. De volledige voedingsketen moet worden gecontroleerd van riek tot bord. “Ik ben bijzonder gedreven en wil bewijzen dat de Belgische voedingsindustrie in Europa tot het allerhoogste niveau behoort. Te veel bedrijven werden getroffen door de dioxinecrisis, terwijl ze daar niets mee te maken hadden. De prioriteit is ons imago bij de consument.”
Het eigen parcours is het levende bewijs hoe de nieuwe voorzitter van Fevia zijn klanten kon overtuigen. Michel Delbaere timmerde in een kwarteeuw aan een voedingsconglomeraat dat in 2001 een geconsolideerde omzet haalde van 110 miljoen euro. Vier poten stutten het imperium van de West-Vlaamse ondernemer, waar alles draait rond diepgevroren voeding. Hesbayefrost uit Geer, een joint venture met Ardo, verwerkt groenten. En Michel Delbaere heeft nog meer banden met de Europese marktleider in diepvriesgroenten uit Ardooie. In Portugal teelt de tweede joint venture, Monliz SA, zuiderse groenten. Nummer drie in het kwartet heet Pittman Seafoods uit Brugge, een belangrijke Europese speler in diepgevroren kreeften en andere zeevruchten.
Maar hét spilbedrijf is Crop’s uit Ooigem, waar het allemaal begon in 1981. Natuurlijk, West-Vlaming Delbaere had de nodige adelbrieven, het ondernemersbloed stroomde van kindsbeen in de aderen. Grootvader Pieter-Jan leidde het Vlaams Economisch Verbond van 1945 tot 1952. Michel kreeg een opleiding tot jurist ( KU Leuven) en econoom ( UCL, voor een perfecte tweetaligheid), en startte zijn loopbaan als bankier in Brussel en New York. Maar dat hield hij al snel voor bekeken, en als 28-jarige vestigde hij zich definitief als entrepreneur. “Ik ben en blijf een ondernemer van de eerste generatie, van een KMO’tje dat van nul startte. Ik doe wat ik goed ken, ik doe niet mee aan diversificatie. Bij mij is alles gebonden aan grond en landbouw.”
Op drie productielijnen maakt Crop’s diepvriesgroenten, diepvriesfruit en diepvriesmaaltijden. De 77 werknemers nemen jaarlijks 30.000 ton voedsel onder handen. Tijdens het bedrijfsbezoek wordt net kip in zoetzure saus bereid. Per minuut worden tachtig porties afgehaspeld. Het voedsel vertrekt naar 42 warenhuizen in de Europese Unie. Goed voor een plaats in de topvijf in het Europese universum van de kant-en-klare diepvriesmaaltijden.
In dit kwartet bedrijven is de voorzitter van Fevia operationeel actief. Daarnaast bekleedt Michel Delbaere een indrukwekkende reeks mandaten. Net als grootvader Pieter-Jan heeft hij sterke Vlaamse wortels, wat zich vertaalt in een bestuurderszitje bij het VEV. Maar Delbaere nestelt zich ook in het bestuurderspluche bij het federale Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO). Daarnaast werd hij onlangs voorzitter van de raad van bestuur van Mondi Foods, de verwerker van diepvriesfruit uit Rijkevorsel.
Maar de meest markante mandaten worden ingevuld bij Vanden Avenne Ooigem en Vanden Avenne Vrieshuis. Want Michel Delbaere is nauw verwant met de West-Vlaamse dynastie van veevoederfabrikanten. Hij is immers getrouwd met Caroline Vanden Avenne, een dochter van Walter Vanden Avenne, voorzitter van het VEV van 1984 tot 1988. Het bedrijf Crop’s bevindt zich op dezelfde plek als Vanden Avenne Ooigem. Het levert Michel Delbaere een meer dan eervolle vermelding op in het naslagwerk De Ridders van de West-Vlaamse Tafel, waarin journalist Jan Puype de relaties tussen de West-Vlaamse ondernemers blootlegt.
Ook het netwerk rond Vlerick speelt volop. De zwagers Harold en Patrick VandenAvenne zijn immers allebei getrouwd met een dochter van wijlen Lucien Vlerick, broer van de voormalige minister André Vlerick. Vandaar ook de link naar de beursgenoteerde distributieholding Mitiska, waar Delbaere als onafhankelijk bestuurder fungeert. Een functie waarover hij uiterst discreet blijft. ” Luc Geuten en Léon Seynave zijn al jarenlang zeer goede vrienden,” verklapt hij over het topduo van Mitiska.
Daarmee houdt de merkwaardige lijst van mandaten niet op. Via een klein beetje hulp van Mieke Offeciers belandde Michel Delbaere tot vorig jaar in het bestuurderspluche bij de Vlaamse Opera. Voor dat zitje moest hij kleur bekennen, want éénzelfde partijkaart – CD&V – was een conditio sine qua non. “Ja, het is wel en ook weer niet politiek. Maar gelukkig ben ik een operaliefhebber! Een ondernemer moet het micro-economische van zijn bedrijf overstijgen.”
In de concertzaal doet Michel Delbaere dat het liefst met de drama’s over macht, Boris Godounov ( Moussorgsky) of Don Carlos ( Verdi). En ook het mandaat bij Fevia overstijgt het micro-economische. Kandidaten voor de voorzittersfunctie dringen zich trouwens niet op, ze worden meestal gevraagd. Delbaere is al zes jaar actief binnen Fevia. Eerst als bestuurder, later als voorzitter van Fevia Vlaanderen. En sinds woensdag 6 november prijkt hij op het hoogste schavot.
Worden dat niet te veel mandaten? “Dat gaat natuurlijk ten koste van je vrije tijd. Maar het is vooral een kwestie van goed organiseren. Trouwens, die mandaten zijn geen operationele functies. Bij Fevia én bij het VEV vervullen ze veel meer de rol van klankbord.” Zal de uiterst discrete ondernemer uit Ooigem zijn stem voortaan meer laten klinken? Waarschuwt Delbaere: “Openheid is niet echt noodzakelijk, we zijn geen beursgenoteerd bedrijf.”
Zelfs als voorzitter van Fevia blijft dus het oude vertrouwde adagium van ontelbare (West-)Vlaamse KMO’s overeind: bene qui latuit, bene vixit.
Wolfgang Riepl
“Ik ben en blijf een ondernemer van de eerste generatie, van een KMO’tje dat van nul startte. Ik doe wat ik goed ken, bij mij is alles gebonden aan grond en landbouw.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier