‘De digitalisering is onze grote uitdaging’

MARC DIRCKX "Over vijf jaar zal het internet der dingen de industriële wereld hebben veroverd."
Xavier Beghin medewerker Trends-Tendances

Fabricom bestaat zeventig jaar en is in die tijd uitgegroeid tot een van de grote industriële spelers in ons land. De digitalisering en de nieuwe strategie van moederbedrijf Engie plaatsen Fabricom voor grote uitdagingen, stelt general manager Marc Dirckx.

Voor het grote publiek is Fabricom de onderneming die de voetpaden openbreekt om gasleidingen, elektriciteitskabels of glasvezelverbindingen te leggen. Het bedrijf staat ook in voor het onderhoud van de openbare verlichting of de installatie van nieuwe intelligente verkeersborden. Maar Fabricom, dat deel uitmaakt van de groep Engie, is veel meer dan dat.

Fabricom is opgericht in 1946 om deel te nemen aan de wederopbouw van België. In zijn 70-jarige bestaan heeft het bedrijf het Belgische hoogspanningsnetwerk uitgebouwd, deelgenomen aan de aanleg van de metro’s van Antwerpen, Brussel en Charleroi en de centrales van Doel en Tihange, zich beziggehouden met de elektrische installaties op de Expo van 1958 en de stabiliteitsstudies van het Atomium.

Vandaag staat het voor een andere uitdaging, door de veranderingen in zijn basisactiviteiten en door de nieuwe strategie van Isabelle Kocher, de CEO van moederbedrijf Engie. Fabricom is in heel wat sectoren actief. Het realiseerde in 2015 een omzet van 1,15 miljard euro. Met 6500 werknemers, van wie 5000 in België, is het ook een van de grootste werkgevers van het land. “In de loop van de jaren heeft Engie Fabricom zijn waaier van activiteiten uitgebreid, zodat het nu aanwezig is in alles wat met installatie te maken heeft”, schetst general manager Marc Dirckx. “Naast de activiteiten die zichtbaar zijn voor het grote publiek, zijn er nog veel andere zaken. We werken bijvoorbeeld veel voor Infrabel aan de modernisering van stations, de plaatsing van bovenleidingen enzovoort. En we werken ook voor onder meer industriële klanten en ziekenhuizen.”

Welke zijn op dit ogenblik de veelbelovende markten?

MARC DIRCKX. “In de eerste plaats de haven van Antwerpen. Daar worden honderden miljoenen geïnvesteerd, enerzijds omdat de haven groter wordt, maar ook omdat de ondernemingen die er zich gevestigd hebben, zoals Exxon of Total, zich verder ontwikkelen. We zijn zeer actief op het gebied van de opslag van petroleum en chemische producten. Ook de ziekenhuizen vormen een groeimarkt. We zijn aanwezig in vier grote ziekenhuizen in België: Chirec, Bordet, Mechelen en Knokke. In oktober zijn we begonnen met studies voor de uitbreiding van het Instituut Bordet. Engie Fabricom zal daar verantwoordelijk zijn voor de elektrische installaties in het nieuwe gebouw van 80.000 vierkante meter.”

Fabricom is dus eigenlijk niet zoveel meer betrokken bij openbare werken.

DIRCKX. “De jongste tijd zeer weinig, omdat daarin weinig geïnvesteerd wordt. De openbare verlichting is nog een veelbelovend domein. Het gaat dan vooral om relightingprojecten met led-lampen om energie te besparen. Engie Fabricom heeft voor de nieuwe verlichting op de Brusselse Grote Markt gezorgd. We hebben daar het elektriciteitsverbruik met 80 procent doen dalen. Hetzelfde deden we in een aantal tunnels, zoals de Craeybeckxtunnel in Antwerpen, waar het verbruik met 60 procent gedaald is. In Brussel, waar er heel wat te doen was over de tunnels, werken we aan de verlichting, de ventilatiesystemen en de brandmelding.”

De groep Engie heeft onder impuls van CEO Isabelle Kocher een nieuwe strategie ontwikkeld, die steunt op drie pijlers: de energietransitie, de decarbonisatie en de digitalisering. Wat is de impact daarvan op Fabricom?

DIRCKX. “Decarbonisatie of het stilleggen van de steenkoolcentrales raakt ons zeer weinig. De digitalisering heeft wel een belangrijke weerslag op onze activiteiten. Er is bij onze klanten duidelijk vraag naar meer automatisering en meer verwerking van big data. Almaar meer installaties hebben ook een digitaal aspect. Het is dus van fundamenteel belang dat we onze competenties aanpassen om de klant tevreden te stellen.

“De energietransitie vergt een grondige aanpassing van de industriële uitrusting. Omdat het onze specialisatie is, moeten we die verandering begeleiden. We spreken dan over zonnepanelen, biomassacentrales, windparken. In Hoboken ontwikkelen we bijvoorbeeld een internationale expertise op het gebied van elektrische onderstations voor offshorewindparken. We zijn Europees marktleider in die sector. Dat valt onder de internationale tak van Engie Fabricom.”

Is dat een belangrijke tak?

DIRCKX. “Nee, 85 procent van de omzet van Engie Fabricom wordt aangebracht door de Belgische en de Luxemburgse tak. De internationale activiteit is wel sterk geëvolueerd. Die afdeling was vooral actief in de gas- en petroleumsector, maar tegenwoordig is olie niet meer interessant.”

Engie is ook zeer actief in innovatie. Het heeft een incubator en een specifiek fonds om start-ups te ondersteunen.

DIRCKX. “De incubator komt alle bedrijven ten goede, dus ook het onze. We hebben enkele mooie innovatieve projecten lopen. Samen met EngieLab (het vroegere Laborelec, nvdr) en KU Leuven ontwikkelden we in Zwijndrecht een 3D-printer die bestemd is om vervangstukken te produceren voor industriële klanten. Op het gebied van het internet der dingen hebben we een fraai project in de wacht gesleept voor de installatie van slimme watermeters in Antwerpen. Daar maken we gebruik van het Sigfox-netwerk, dat helemaal gewijd is aan het internet der dingen en waarvan de operator in België Engie M2M is. Momenteel zitten we nog in een testfase. Na de studie en de aanpassingen zullen we 200.000 tellers in Antwerpen plaatsen. Het internet der dingen biedt mooie opportuniteiten. Over vijf jaar zal het de industriële wereld veroverd hebben. Wij onderzoeken of we via dat systeem ons materiaal op de werven kunnen opvolgen, want er wordt heel wat gestolen.”

Wat zijn de belangrijkste uitdagingen?

DIRCKX. “Er is de digitalisering waar we al over gesproken hebben. We moeten onze sterke positie op de markt bewaren en versterken door de technische evolutie te volgen. Daarnaast blijven de human resources een grote uitdaging. Het probleem is niet nieuw, maar het geraakt maar niet opgelost. We moeten gemotiveerde en bekwame mensen vinden. Er is veel vraag naar technische profielen en die liggen niet voor het rapen. We moeten dus creatief zijn om ze aan te trekken, op te leiden en vooral te behouden. We hebben een hele reeks programma’s lopen met de scholen. We zijn onlangs met een camper België beginnen rond te trekken om geschikte profielen te rekruteren. We organiseren ook schoolbezoeken op onze werven om onze activiteiten bekend te maken. We zijn niet zo sexy als Google, dus moeten we ons weren om bekend te raken.”

Xavier Beghin

“Rekrutering is een probleem. We zijn niet zo sexy als Google, dus moeten we ons weren om bekend te raken” – Marc Dirckx

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content