2013, het jaar van de economische heropleving

Het ergste economische leed is achter de rug in 2013, maar de risico’s blijven hoog. De conjunctuur lijkt zich te herstellen in de Verenigde Staten en China. De zwakke schakel in de wereldeconomie is Europa, dat nog geen oplossing voor zijn crisis heeft gevonden.

De economische toestand zal verbeteren in 2013 tegenover 2012, verwachten de analisten van AXA Investment Managers (IM), Delta Lloyd en Dexia Asset Management (AM). Maar de beterschap in 2013 zou weleens kwetsbaar kunnen zijn.

Een positieve evolutie is de relance van de economie in de Verenigde Staten, met de daling van het werkloosheidscijfer, het herstel van de vastgoedsector en de lagere schuldgraad van de gezinnen, die opnieuw meer kunnen consumeren. Ook de ondernemingen doen het goed. “De Amerikaanse bedrijven hebben de crisis goed doorstaan”, zegt Maxime Alimi van AXA IM. “Hun winstmarges zijn op peil gebleven en ze hebben getoond dat ze zich kunnen aanpassen aan de marktomstandigheden, hoe angstwekkend die soms ook zijn.” Ook in China lijkt een herstel in zicht, nadat de economie een gecontroleerde landing heeft gemaakt.

Zwakke schakel

Volgens de strategen van AXA IM, Delta Lloyd en Dexia AM blijft Europa de zwakke schakel in de wereldeconomie in 2013. Ze verwachten dat Europa in de eerste helft van het jaar wordt getroffen door een algemene recessie, met een licht herstel in het tweede halfjaar. “Het systemische risico is afgewend, maar de schuldencrisis is niet ten einde. Hervormingen zoals een bankenunie zijn essentieel om een sterk Europa uit te bouwen”, zegt Maxime Alimi.

“2013 wordt een overgangsjaar voor de Europese economie”, denkt Florence Pasini, econoom bij Dexia AM. “Hoewel het gevaar van een systeemcrisis is geweken, is de economische context verre van gunstig: de investeringen in residentieel vastgoed blijven achter, de bedrijfsinvesteringen werden sterk teruggeschroefd door de afgenomen vraag en de overheidsconsumptie gaat gebukt onder de zware budgettaire besparingen. De enige steun voor de Europese groei kan komen van de export.”

Vier sleutelfactoren

De meeste analisten die we hebben gesproken, zijn het erover eens dat vier factoren bepalend worden voor 2013.

1. Het Amerikaanse monetaire beleid

“De werkloosheidscijfers in de Verenigde Staten zijn verbeterd, de Amerikaanse consumenten hebben opnieuw meer vertrouwen en de ISM-index — de ‘index van de aankoopdirecteurs’ — is gestegen”, zegt William De Vijlder, CIO Strategie en Partners bij BNP Paribas Investment Partners. “Zelfs de vastgoedmarkt herstelt zich en de kredietstromen nemen weer toe. Bovendien lijken de Amerikaanse gezinnen hun schulden te hebben afgebouwd. Het monetaire beleid van de Federal Reserve (Fed), de Amerikaanse centrale bank, lijkt dus een positieve impact te hebben op de Amerikaanse economie. Zolang de werkloosheidsgraad hoog is, zullen die maatregelen wellicht van kracht blijven.”

Volgens Anton Brender, econoom bij Dexia AM, hoeft dat inschikkelijke monetaire beleid, net zoals dat van de Europese Centrale Bank (ECB), niet noodzakelijk te leiden tot een opstoot van de inflatie. “De Fed en de ECB doen eigenlijk niets anders dan de plaats van de marktspelers innemen die door de crisis verstek hebben laten gaan. Zodra die hun rol in de economie weer opnemen, kunnen de centrale banken zich terugtrekken. Ze injecteren dus niet rechtstreeks liquiditeiten in de reële economie. De ECB leent geld aan de banken omdat ze elkaar geen geld meer lenen, en de Fed vervangt de beleggers met zin voor risico die de markt hebben verlaten.”

2. Het Amerikaanse begrotingsbeleid

“Als de onderhandelingen over de begroting in de Verenigde Staten blijven aanslepen, kan dat een negatieve weerslag hebben en de nervositeit van de markten aanwakkeren”, verwacht William De Vijlder. “Een weinig geloofwaardig plan houdt het risico in dat de Amerikanen hun financiële rating zien dalen. Maar zolang de onzekerheid aanhoudt, zullen er zich veel koopkansen aandienen op de markten.” Als de Democraten en de Republikeinen in de Verenigde Staten tot een goed vergelijk kunnen komen, zullen de markten wellicht niet buitensporig reageren.

Jan Bronselaer, hoofdeconoom en hoofdstrateeg bij Delta Lloyd, denkt echter dat er nog even geduld nodig is. “We zullen tot in de lente op een akkoord moeten wachten. Maar de Amerikaanse consument zal daardoor wellicht niet te sterk gedestabiliseerd raken.”

Bart Van Craeynest, hoofdeconoom bij Petercam, verwacht een definitief compromis tegen februari 2013, dat wellicht met terugwerkende kracht wordt ingevoerd.

3. De crisis in de eurozone

Nadat veel Europese landen fors hebben gesnoeid in hun begroting, zullen de economieën in de eurozone het niet gemakkelijk krijgen in 2013. “De Europese crisis lijkt onder controle als we afgaan op de daling van de Europese spreads (de renteverschillen in de eurozone, nvdr)”, zegt William De Vijlder. “Maar als we kijken naar de toestand van de reële economie, blijft er nog wel een probleem. Er zijn nog grote verschillen in concurrentiekracht. Ook de hoge werkloosheid in sommige landen van de eurozone is een teken aan de wand.” De Vijlder denkt dat de Europese convergentie en de duurzame daling van de spreads een werk van lange adem zijn. In 2013 is de Europese crisis dus wellicht nog niet voorbij.

Bart Van Craeynest van Petercam is eveneens voorzichtig. Hij denkt dat de crisis in Europa op elk moment weer de kop op kan steken. “We hebben nog geen oplossing gevonden voor de Europese crisis. De verdragen zijn nog niet aangepast. De Europese integratie is een langzaam en pijnlijk politiek proces. De beurzen zien de oplossing van de Europese crisis op dit moment wellicht te rooskleurig in. Daarom blijven we op korte termijn voorzichtig met Europese aandelen.”

4. De economische relance van China

“Het ziet ernaar uit dat de Chinese economie aan een relance begint na haar gecontroleerde landing. Het land staat voor een nieuwe groeiversnelling, maar de agenda van de nieuwe machthebbers zal wellicht minder ambitieus zijn dan in het verleden”, denkt Maxime Alimi van AXA IM. “We moeten ook de Chinese consumptie goed in de gaten houden. China heeft zijn economische groei gebaseerd op investeringen en export, terwijl de binnenlandse consumptie nog altijd maar 30 procent van zijn bruto binnenlands product vertegenwoordigt, tegenover 55 procent in Europa en 70 procent in de Verenigde Staten. Als China een echte sociale zekerheid zou opbouwen, kan de binnenlandse consumptie haar achterstand in grote mate wegwerken. De Chinezen sparen op dit moment een groot deel van hun inkomen, aangezien ze in geval van tegenslag volledig op zichzelf zijn aangewezen.”

KARINE HUET

“De economische groei van China zal terugvallen tot 6 à 8 procent. Op lange termijn is dat veel gezonder”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content