Wat gebeurt er na de grexit?
Stel, het gebeurt: Griekenland stapt uit de euro. Krijgen we dan een onbeheersbare kettingreactie? Neen, na de opschudding zal het stof gaan liggen. De echte problemen komen later, als een langzaam werkend gif. “Wat is de eenheidsmarkt en de bankenunie dan nog waard?”
Neen, er is geen ramp in de maak, klinkt het bij economen. Als de Grieken Europese hulp blijven weigeren, vervolgens in het bankroet glijden, en zo zichzelf uit de euro zetten, dan blijven de effecten voor de eurozone binnen de perken. “Er kan besmetting optreden in andere perifere eurolanden,” zegt Geert Gielens, hoofdeconoom van Belfius. “Maar minder dan bij de eerste eurocrisis vier jaar geleden, toen zowel Griekenland als Spanje in problemen kwamen. Economisch staan we vandaag verder, en de banken zijn gezonder. De overheden zitten nog met een hoop schulden, maar de besparingen beginnen te werken. Kijk naar Spanje. Daar is opnieuw groei, een groot verschil met vier jaar geleden.”
Maar niks is zeker. “Een grexit blijft een sprong in het ongewisse”, zegt Gielens. “Cruciaal is hoe de eurozone de boodschap zal verpakken, en hoe eendrachtig de eurozone haar munt zal verdedigen. Speculatie tegen perifere landen als Spanje en Portugal kan je moeilijk vermijden, en dan hangt veel af van communicatie. Ik heb de indruk dat Europa met één stem blijft spreken. Gisteren zijn de gesprekken tussen de eurogroep en Griekenland afgesprongen, en toch zijn de renteverschillen tussen de perifere en kernlanden van de euro niet veel gestegen. Dat is een goed teken. De markten interpreteren de situatie als een probleem voor Griekenland, en niet voor de euro. Zolang je dat kan volhouden, zal je geen speculatiegolven krijgen.”
Voor de belastingbetaler ligt het anders. Een grexit kan hem wel degelijk pijn doen. Het overgrote deel van de Griekse buitenlandse schuld zit bij de Europese overheden. Als Griekenland zijn schulden niet kan aflossen, kan dat uitmonden in nieuwe bezuinigingen voor de Europese burger, die al veel besparingen heeft moeten verduren. “Voor de Belgische overheid kan de factuur oplopen tot een kleine 7 miljard euro”, zegt Gielens. “Deels is dat rechtstreekse schuld aan België, deels gaat het om garanties van ons land aan het Europese hulpfonds EFSF. Is dat erg? Ik vermoed dat de Griekse schuld via de uitgifte van Belgische overheidsobligaties vervat zit in onze staatsschuld. De obligaties kunnen we doorrollen, dankzij herfinanciering op de kapitaalmarkten. Vandaag kan dat tegen een lage rente. Maar wie zegt dat de rente over drie of vier jaar even laag zal zijn?”
Lire
Op lange termijn liggen grotere gevaren op de loer. “Een grexit geeft het signaal van de euro als een vrijblijvend clubje, waaruit je zo weer weg kan”, zegt Anthony Baert, econoom van ING België. “Dat geeft wind in de zeilen van eurosceptici, zoals de voorstanders van een uitstap van Groot-Brittannië uit de EU, waarover de Britten een referendum zouden houden in 2017.”
‘Een grexit zal de geest uit de fles halen: de euro is niet langer onomkeerbaar’
Die fragmentatie heeft economische kosten. “In onze monetaire unie kan het kapitaal zich vrij bewegen, zodat de renteverschillen tussen euroleden uitvlakken”, zegt Baert. “Sedert de start van de eurocrisis in 2011 is die beweging aan het omkeren, en een grexit zal dat proces versnellen. De markten hebben weer oog voor economische verschillen tussen de euroleden, wat tot uiting komt in oplopende renteverschillen. Dat geldt niet alleen voor de rente op overheidsobligaties, ook voor de commerciële rentevoeten. Een krediet in Italië kost meer dan een krediet enkele kilometer verder in Oostenrijk.”
Een grexit zal de geest uit de fles halen: de euro is niet langer onomkeerbaar. “Wat is de eenheidsmarkt en de bankenunie dan nog waard?”, vraagt Peter Vanden Houte, hoofdeconoom van ING België, zich af. “Wegens het grote risico dat ook een ander land uit de euro zal stappen, zullen alle Europese banken per land hun activa en passiva in evenwicht brengen. Daardoor ontstaat opnieuw fragmentatie en wordt het monetair beleid bemoeilijkt.”
Ook de groeiende oppositie tegen de euro in een aantal zuidelijke landen heeft impact op de banken. “In Italië wil de voltallige oppositie de lire weer invoeren”, zegt Vanden Houte. “Kapitaalvlucht kan dus weer belangrijk worden. Bovendien zou in de kernlanden de langetermijnrente nog lager kunnen uitvallen, wat voor de financiële sector een almaar groter probleem aan het worden is. Voor de banken, en zeker voor de verzekeraars”.
Toerisme
Wellicht worden de grootste slachtoffers de Grieken zelf. “Zonder noodsteun zullen de Griekse banken omvallen”, zegt Baert. “Geen enkele geldschieter zal Griekenland nog een lening willen verschaffen. Het land zal in een enorme recessie terechtkomen, wat de sociale problemen alleen maar zal verergeren. Dan zwijg ik nog over het internationale isolement.”
Volgens sommige economen zou Griekenland beter kunnen worden van een grexit, althans op lange termijn. Gielens: “Wat is die lange termijn: vijf jaar, of een hele generatie? Het land zou zijn munt kunnen devalueren, wat het toerisme of de export zou stimuleren. Maar kan dat Griekenland uit de recessie halen? En wat met het manke overheidsbestuur en de economische oligarchieën? Daar kan de drachme niet tegenop.”
Dit artikel komt uit The Daily Trends
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier