Het grote probleem met spaarboekjes: er is geen concurrentie van andere producten

Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

De meerderheid en de oppositie broeden op plannen om de banken te dwingen meer rente te geven op spaarboekjes. Ze willen de minimumrente verhogen, de winst die de banken maken op spaarboekjes beperken en/of extra concurrentie creëren door de rente op de e-DEPO-rekening weer vrij te laten. Het zijn maatregelen die het symptoom bestrijden, maar niet de ziekte.

Waarom trekken de Belgische banken de spaarrente niet op? Omdat ze meer dan voldoende spaargeld op hun balans hebben, in verhouding tot de kredieten die ze verstrekken. De alternatieven voor de spaarders zijn weinig aantrekkelijk, omdat het spaarboekje door de wetgever té aantrekkelijk is gemaakt.

De Belgische ‘gereglementeerde’ spaarrekeningen hebben een unieke combinatie van voordelen:

  • een unieke belastingvrijstelling voor de intresten tot 980 euro en een gunsttarief van 15 procent roerende voorheffing (in plaats van 30%) op de intresten boven dat plafond
  • een dekking door de depositogarantie tot 100.000 euro per persoon en per bank, die ook voor zicht- en termijnrekeningen geldt (en zelfs voor Belgische tak21-levensverzekeringen)
  • geld is altijd onmiddellijk beschikbaar
  • niets is zo eenvoudig als het openen van een gereglementeerde spaarrekening

Nauwelijks concurrentie uit het buitenland

De Belgische staat is al verschillende keren veroordeeld door Europa, wegens de belastingvrijstelling. Europa vindt dat België de concurrentie uit het buitenland zo fnuikt. Ons land zou moeten toelaten dat Belgen die geld op een buitenlandse (niet-gereglementeerde) spaarrekening zetten dezelfde vrijstelling genieten. Daar komt nog bij dat Belgen bij buitenlandse banken altijd moeten nagaan of alle Belgische belastingen worden ingehouden of ze die zelf nog moeten aangeven.

Er is een tijd geweest dat meer buitenlandse banken in de Belgische vijver kwamen vissen, met een Belgische gereglementeerd spaarboekje als aas aan hun haak. De voorbije jaren zijn er behoorlijk wat banken die zich hebben teruggetrokken uit de Belgische spaarmarkt. Het bekendste voorbeeld is Rabobank.be, maar ook minder bekende prijsbrekers als Credit Europe Bank en DHB Bank hebben de handdoek in de ring gegooid.

Nauwelijks concurrentie van andere producten

De concurrentie in eigen land wordt ook gefnuikt. Banken moeten op niet-gereglementeerde spaarrekeningen en termijnrekeningen bijna 3 procent rente geven, opdat de spaarder evenveel zou overhouden als er overblijft van 2 procent op een gereglementeerde spaarrekening. Op een levensverzekering moeten verzekeraars ongeveer 2,5 procent geven om de belasting van 2 procent op de storting van elke premie te compenseren. Daarbij houden we nog geen rekening met de instap- en beheerskosten op het niveau van het levensverzekeringscontract.

Door een gelijk fiscaal speelveld te creëren voor alle spaar- en beleggingsproducten zou de drempel voor spaarders verlaagd worden. Nu moeten die spaarders bij elke stap weg van het spaarboekje zich afvragen of ze na aftrek van alle belastingen wel evenveel of meer rendement zullen overhouden.

Het ongelijke speelveld is er niet enkel op fiscaal niveau, maar ook op de manier waarop rendementen worden geafficheerd. Een nettorente is iets anders dan een brutorente. Een rente op de inleg is iets anders dan een rente op wat er overblijft na een heleboel kosten en belastingen. Een rente die van dag één pro rata begint aan te tikken, is iets anders dan een rente die pas na meer dan een jaar begint door te sijpelen.

Meer concreet. Een rente van 2 procent op een gereglementeerde spaarrekening is eigenlijk iets minder dan 2 procent, want die 2 procent bestaat voor een deel uit een basisrente en voor een deel uit een getrouwheidspremie. Die premie verwerven spaarders enkel en alleen als ze hun geld een jaar laten staan bij de bank. Ze krijgen die premie ook met wat vertraging op de rekening. Na twaalf maanden is de premie verworven, maar pas na het eindigen van het kwartaal komt het op de rekening.

Op de rente die mensen op een e-DEPO-rekening van de overheid krijgen, kan overigens nog veel meer vertraging zitten. Een rente van 2 procent op een levensverzekering is ook minder dan 2 procent. Het rendement geldt op het bedrag dat in het contract terechtkomt, na aftrek van allerlei kosten en belastingen. De ene rente is de andere niet en dat maakt vergelijken extra moeilijk.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content