De bedrijfswagen trotseert de crisis

De fiscale maatregelen van de regering-Di Rupo hebben de bedrijfswagen niet klein gekregen. De premiummerken zagen hun verkoop in 2012 zelfs stijgen in een krimpende markt.

De regering-Di Rupo pakte kort na haar aantreden de fiscale behandeling van de bedrijfswagens aan, met de bedoeling meer geld in de staatskas te krijgen. Voortaan wordt bij de bepaling van het belastbare voordeel in natura ook rekening gehouden met de prijs van het voertuig. Dat zou vooral een klap zijn voor de duurdere modellen. De invoerders van bijvoorbeeld BMW, Mercedes en Audi vreesden voor een terugval van de verkoop of ten minste een verschuiving naar goedkopere modellen. De moeizame invoering van de nieuwe regels, die ook verschillende keren aangepast werden, wakkerde het pessimisme nog aan.

Uiteindelijk blijkt het allemaal wel mee te vallen. In een jaar waarin onze economie niet groeide en de autoverkoop aan particulieren met een kwart daalde, hielden de bedrijfswagens stand. Er werden zelfs 2 procent meer leasingwagens verkocht, weliswaar deels een gevolg van de grote contracten die KBC en BNP Paribas Fortis voor hun personeel afsloten (8000 wagens over een periode van twee jaar). Zonder de inkomsten uit bedrijfswagens zouden de invoerders en concessiehouders pas écht een zwart jaar beleefd hebben. Nu bleef de daling van het aantal ‘beperkt’ tot 15 procent.

Geen verrassing “Voor mij is die stabiele markt geen verrassing”, zegt fiscalist Emmanuel Degrève, een van de partners bij DEG & Partners. “Fiscaal blijft de bedrijfswagen onklopbaar, zelfs de wagens met een grote cilinderinhoud.” De perceptie was erger dan de realiteit, “omdat de bedragen van de voordelen in natura verward werden met de belasting die werkelijk betaald wordt.” Een toename met 1200 euro per jaar voor een grote vierdeurs komt neer op een verhoging van de belasting met 600 euro, of 50 euro per maand.

De fiscale aanpassingen hebben ook alleen maar de echt dure wagens zwaar getroffen, genre Aston Martin en Ferrari. Die maken slechts een marginaal deel uit van het Belgische bedrijfswagenpark. “In een doorsnee fleet zitten vooral modellen als Volkswagen Golf, Renault Mégane, Audi A4 of BMW 3”, zegt Stéphane Verwilghen, de voorzitter van Renta, de Belgische Federatie van Voertuigen Verhuurders. En die worden door de nieuwe belastingberekening niet al te zwaar geraakt.

“Voor een kleine auto als de Smart, is het voordeel in natura zelfs gedaald”, benadrukt Séverine Segier, advocate-fiscaliste bij het kantoor Afschrift. Zij zag het aantal vragen over bedrijfswagens vorig jaar wel fors toenemen.

“Zowel voor onze juniors als voor onze seniors, die met modellen als een Audi A1 of A3, of een BMW Serie 1 rijden, was de impact beperkt”, bevestigt Christophe Van Obergen, manager Compensations & Benefits bij PwC België, met een fleet van 1100 wagens. “In sommige gevallen viel het voordeel in natura zelfs lager uit, in het bijzonder voor wie veraf woont.” Voor de auto’s van middenkaderleden en managers bedroeg de belastingtoename tussen 30 en 40 euro per maand voor modellen als de BMW 3 of de Audi A4, en van 80 à 90 euro voor het hogere gamma (A6, BMW 5,…).

“De impact is vooral voelbaar voor eenmansbedrijven”, zegt Segier. Sommige fiscale maatregelen raken immers de gebruiker en andere de vennootschap (zoals de aftrekbaarheid van de btw, waarin in 2013 verandering komt). Als die dezelfde zijn, zoals in een eenmanszaak, dan wegen die wél zwaar. “Ik heb vijf of zes mensen gehad die hun wagen verkocht hebben.”

Verschuivingen

Maar al bij al hebben de grote premiummerken weinig geleden onder de fiscale maatregelen. BMW en Mercedes zagen hun verkoop zelfs stijgen, Audi ging licht achteruit. “We stelden zelfs een lichte verhoging vast van de verkoop van de BMW 5”, geeft BMW-woordvoerder Christophe Weerts aan. Dat model valt nochtans in de categorie waar het voordeel in natura vervaarlijk begint te stijgen. De 7-serie kreeg het dan weer zwaar te verduren. Veel zelfstandigen hadden dat soort auto’s, en precies in die categorie is het aantal inschrijvingen gedaald.

Bij een ‘generalist’ als Renault, die een terugval van de inschrijvingen met 25 procent moest incasseren, speelde de bedrijfswagen de rol van sterkhouder. “Onze achteruitgang komt volledig op rekening van de particulierenmarkt, de bedrijfswagen heeft ons in zekere zin gered”, zegt woordvoerder Karl Schuybrouck. In 2011 vertegenwoordigden de particulieren 57 procent van het aantal inschrijvingen, de fleets 43 procent. In 2012 lagen die percentages bijna gelijk (51 procent tegenover 49 procent). Een op de twee Renaults is dus nu een bedrijfswagen.

De motoren in de bedrijfswagens zijn wel minder krachtig geworden. “Onze klanten bestellen nog altijd dezelfde modellen, maar met minder krachtige en schonere motoren om het voordeel in natura te verlagen”, onderlijnt Philippe Simonart, manager van Volkswagen D’Ieteren Finances. “Ze nemen er dan wel meer opties bij. En soms wordt voor een ‘lager’ model gekozen, een Audi Q5 in plaats van Q7 bijvoorbeeld, omdat voor die categorie de prijs een grote fiscale impact heeft.”

BMW ziet dezelfde evolutie. “Klanten die een Serie 5 mogen kiezen, opteren vaak voor een 520d in plaats van een 525d en nemen dan wat meer opties.”

Slim kiezen Wie in deze nieuwe fiscale context weinig wil betalen, kiest het beste voor een model waarvoor de prijs geen zware impact heeft. Het nieuwe stelsel is vooral nadelig voor dieselwagens van meer dan 25.000 euro, btw inbegrepen. Voor de kleinere modellen speelt de prijs niet echt een rol. Het bodemtarief voor het voordeel in natura is 1200 euro en dat geldt voor bijna alle courante modellen uit het A-segment (Nissan Pixo, Fiat 500,…) en het B-segment (Opel Corsa, Ford Fiesta,…).

De verschillen zijn groter bij de grote wagens. Leaseplan berekende dat het voordeel in natura voor een Ford S-Max gemiddeld 2942 euro is. Voor een Lancia Voyager, een omgedoopte Chrysler Voyager, is dat al 7077 euro. In het luxesegment varieert het voordeel in natura van 5939 euro voor een Audi A7 Sportback tot 11.636 euro voor een Porsche Panamera, met daartussen 9528 euro voor een BMW Serie 7 en 11.392 euro voor een Mercedes S.

Verschillende gesprekspartners wijzen erop dat hybride wagens door hun hogere prijs (een Toyota Prius kost gemakkelijk 35.000 euro) vaak benadeeld worden in de nieuwe fiscale regeling. Toyota ontkent dat. “De Grand Prius+ (een hybride monovolume) doet het goed in de fleets”, geeft woordvoerder Koen Dekoning aan. Bovendien kunnen bedrijven profiteren van een hogere kostenaftrek.

Btw-aftrek Wat brengt de toekomst? In de begroting van 2013 wordt niet gerept over de bedrijfswagens, maar dat is geen garantie.

“Ik verwacht geen nieuwe maatregelen die de bedrijfswagens treffen”, zegt Emmanuel Degrève van DEG & Partners. “In de federale regering zitten partijen die vinden dat het nu wel genoeg is geweest.” Misschien komt er nog een bijsturing van de CO2-niveaus voor de berekening van het voordeel in natura of voor de kostenaftrek van de bedrijven, maar ingrijpend zal die niet zijn.

De nieuwe regels voor btw-aftrek zullen echter wel een invloed hebben. Tot nu werd een forfaitaire regeling gehanteerd: 50 procent van de btw was aftrekbaar, de rest werd geacht het privégebruik van het voertuig te vertegenwoordigen. Vanaf dit jaar kan een onderneming kiezen uit drie mogelijkheden. De meest eenvoudige is zuiver forfaitair, maar gaat slechts uit van 35 procent gebruik voor beroepsdoeleinden. Als men vindt dat het professionele gebruik hoger ligt, zijn er twee mogelijkheden. De eerste bestaat erin dat percentage te berekenen met een formule waarbij de afstand huis-werk en het aantal afgelegde kilometers in aanmerking genomen worden. Bij de tweede wordt het werkelijke gebruik vastgesteld aan de hand van een rittenregistratie. In alle gevallen is de aftrek geplafonneerd op 50 procent van de gestorte btw.

“Tot nu toe hebben we de fiscale maatregelen altijd intern kunnen opvangen”, zegt Etienne Verhelst van Belgacom. “Maar dat zal niet meer lukken voor de verminderde btw-aftrek. “We bekijken hoe we die kosten kunnen doorrekenen naar de gebruikers. Ik denk dat iedere onderneming daarmee bezig is.”

Robert van Apeldoorn

Partner Content