Beursblog: Belgische aandelen onder de loep

Jef Poortmans
Jef Poortmans redacteur bij Trends

Een aandelenscreener is een goed vertrekpunt in de zoektocht naar nieuwe beleggingskansen. We laten er eentje los op het Belgische aandelenuniversum.

Beleggen is een zoektocht naar – in het geval van aandelenbeleggers – het beste aandeel waar ze op dat moment hun kapitaal aan kunnen toevertrouwen. Maar de uitdaging begint al bij het woordje ‘beste’. Dat is een waardeoordeel dat elke belegger voor zichzelf invult.

Het beste aandeel voor de ene belegger is misschien een beginnend biotechbedrijf dat net naar de beurs is gekomen om de ontwikkeling te financieren van een baanbrekend geneesmiddel voor een kwaal waar nog niets voor bestaat. Terwijl het voor een ander misschien een aandeel is van een gevestigd bedrijf met hoge kasstromen, een stevige dividendreputatie maar niet per se veel vooruitzichten op bovengemiddelde groei.

Taak nummer een voor elk belegger is dus voor zichzelf uit te maken wat dat ‘beste’ voor haar of hem betekent. Wat voor belegger ben ik? Hoe ziet mijn aandelenportefeuille er momenteel uit? Welk type aandelen zou daar op dit moment een meerwaarde voor kunnen betekenen? Pas daarna kan de zoektocht beginnen en moeten de ideeën beginnen op te borrelen.

In het dagelijkse leven zijn er talloze bronnen om beleggingsideeën op te doen. In ons dagelijkse leven worden we omgeven door merken, producten, goederen en diensten waar vaak een beursgenoteerd bedrijf achter zit. Die onmiddellijke omgeving is dus al meteen een eerste belangrijke bron. Daarnaast kan het nieuws dat ook zijn.

Een aandelenscreener is een ander manier om het jachtterrein te verkennen. Daarmee baken je het aandelenuniversum af, bijvoorbeeld door op regio te zoeken, en door een aantal criteria in te geven die je belangrijk vindt. Daar komen we weer bij dat waardeoordeel van ‘beste’. Die criteria zijn voor iedereen verschillend. Er zijn online voldoende gratis en betalende screeners waar beleggers mee aan de slag kunnen.

Winstgevend groeien is weinigen gegeven

Ondergetekende heeft bijvoorbeeld een snelle screener op de Belgische beurs losgelaten, en daar komen bij momenten verrassende resultaten uit. Zoals gezegd, iedereen screent op verschillende parameters. In dit geval zijn de rode lijnen in de screening: waardering, rendabiliteit en kwaliteit.

De kwaliteit van een bedrijf hangt onder meer af van het feit of het erin slaagt met zijn investeringen een hoger rendement neer te zetten dan de kapitaalkosten van die investeringen. Als een bedrijf voor een lening van een nieuwe fabriek 10 procent rente moet betalen, maar het voorziet dat die fabriek tegen volle capaciteit maar 7 procent winst kan opleveren, dan schiet het zichzelf in de voet. Als een investering in nieuwe groei meer kost dan opbrengt, dan vernietigt een bedrijf daarmee waarde, in plaats van waarde toe te voegen.

Het is alom bekend dat heel veel beursbedrijven, ruim de helft, niet in staat zijn om rendabele investeringen te doen. De waarderingsgoeroe Aswath Damodaran noemt dat de meest angstaanjagende statistiek van de beurs.

Ook de Brusselse beurs is in dat bedje ziek, zo blijkt. Als men kijkt naar de gemiddelde kapitaalkosten van de afgelopen tien jaar en die afzet tegen het gemiddelde rendement op dat geïnvesteerd kapitaal over diezelfde periode, dan slagen slechts 28 van de 75 Belgische beursbedrijven erin om dat structureel winstgevend te investeren. De andere 47 zou men structurele waardevernietigers kunnen noemen.

Bij die investeringskampioenen zitten beurssuccessen van het afgelopen decennium, zoals Melexis, Lotus, VGP en WDP, maar er zitten ook enkele verrassingen bij, zoals bpost, Telenet en Proximus. Die laatste drie liggen al enkele tijd onder beleggersvuur.

Een andere parameter is rendement. Hoeveel krijg je als belegger in de vorm van vrije kasstroom en winstuitkering tegen de huidige koersen? In de top tien zitten enkele onverwachte namen, waaronder Proximus, Telenet en bpost. Let wel, dat hoge rendement maakt er niet meteen koopjes van. Die rendementen liggen vaak hoog omdat de koers fel gezakt is, omdat de markt een aandeel voor allerlei redenen heeft afgestraft, zoals bij de drie genoemde. De markt zegt eigenlijk dat het niet meer gelooft dat die bedrijven nog zulke hoge winsten en vrije kasstromen kunnen blijven genereren in de toekomst.

Het lijstje toont ook aan dat screeners niet altijd foutloos zijn, zoals het ontbrekende dividend van Elia of het absurd hoge dividend van CFE.

Een andere populair criterium zijn waarderingsratio’s, zoals de koers-winstverhouding of de ondernemingswaarde op de bedrijfskasstroom (ev/ebitda). Die vertellen beleggers hoe de aandelen noteren ten opzichte van hun winsten. Een rangschikking volgens dat tweede criterium levert het volgende lijstje op.

Ook hier geldt dat de lage waardering, zoals de hoge rendementen hierboven, een gevolg zijn van koersafstraffingen. De kunst als belegger bestaat erin om in te schatten of de markt ernaast zit of niet. Als die bedrijven tegen de verwachtingen in toch hun winsten en kasstromen op peil kunnen houden, dan zijn de huidige koersen onterecht.

Let wel, zulke screeningsoefeningen moeten het beginpunt van een beleggingszoektocht zijn, nooit het eindpunt of de trigger voor een aankoop van een aandeel. Na zo’n screening begint pas het onderzoek naar waarom bepaalde aandelen zo laag gewaardeerd staan dan wel of zo goed scoren op investeringskwaliteit.

Partner Content