Lezersvragen

Ik ben aandeelhouder van Celyad. Wat moet ik nu doen, na de ontgoochelende resultaten van C-Cure?

Het was voor de aandeelhouders van Celyad, het vroegere Cardio3 BioSciences, met spanning uitkijken naar 28 juni. Op die dag maakte Celyad de resultaten bekend van de fase III-studie (CHART-1) met C-Cure tegen hartfalen. C-Cure is een stamcelproduct gebaseerd op beenmergstamcellen van de patiënt die omgevormd worden tot hartspiercellen om het falende hart te herstellen. Het primaire eindpunt van de Europese studie met 271 patiënten werd niet gehaald. Een algemene positieve evolutie tegenover placebo werd wel waargenomen, en in een subgroep (60% van de populatie) was er wel een statistisch relevant effect. Dat laatste element biedt nog hoop, en zal de komende maanden een basis zijn voor gesprekken met het Europese geneesmiddelenagentschap (EMA) over een mogelijke aanvraag tot commercialisatie. Meer duidelijkheid volgt daarover in het najaar.

Wel is het duidelijk dat Celyad zelf geen geld meer in C-Cure zal investeren, en parallel zal zoeken naar een partner die het product verder wil ontwikkelen. In de gegeven omstandigheden is dat uiteraard een lastig vooruitzicht. Dat is een enorme tegenvaller voor Celyad, want C-Cure was veruit het verst gevorderde product, dat bovendien een marktpotentieel van 1 miljard EUR werd toegedicht. Na de koershalvering resteert nog een beurskapitalisatie van 210 miljoen EUR (koers 22,5 EUR). Enerzijds beschikte Celyad eind maart over 46 miljoen EUR cash, maar vooral kocht het bedrijf begin 2015 een portefeuille in kankerimmunologie van het Amerikaanse Celdara Medical.

De portefeuille bestaat uit drie projecten, waarvan twee in preklinische fase, terwijl voor het derde sinds vorig jaar een fase I/IIa-doseringsstudie loopt. Daarin worden de veiligheid en toepasbaarheid van een intraveneus toegediende celtherapie (NKR-2) nagegaan bij twee soorten bloedkanker. Het gaat om een beloftevolle techniek die mogelijk ook toegepast kan worden bij andere kankerindicaties. Tegen eind 2016 worden de resultaten verwacht. Het kankeronderzoek bevindt zich nog in een vroeger stadium, en is dus risicovoller. Toch is er potentieel, en analisten kleven hierop gemiddeld tussen 30 en 40 EUR per aandeel waarde.

De markt rekent duidelijk niet meer op C-Cure, en we zouden bestaande posities aanhouden (rating 2C). De tegenvaller met C-Cure is een pijnlijke herinnering aan het bovengemiddelde risico van een biotechaandeel, en een belegging in dit type aandeel blijft enkel geschikt voor een beperkte positie in een gespreide portefeuille.


Lezersvragen

Hoe komt het dat het met schulden beladen ArcelorMittal, in een markt die gebukt gaat onder overcapaciteit, zich mengt in een overnamestrijd van de grootste Europese staalfabriek?

ArcelorMittal, ‘s werelds grootste staalfabrikant met een capaciteit van ongeveer 110 miljoen ton, bracht in een joint venture met het Italiaanse Marcegaglia een overnamebod uit op Ilva, de grootste Europese staalfabriek, gelegen in het Zuid-Italiaanse Taranto. De capaciteit van Ilva bedraagt 4,8 miljoen ton, en blijft dus nog relatief bescheiden in verhouding tot de groepscapaciteit van ArcelorMittal. Ilva is al jaren structureel verlieslatend en kent heel wat milieuproblemen, waarvoor het in 2013 werd aangeslagen door de Italiaanse overheid. ArcelorMittal dook in 2014 al op als mogelijke overnemer, maar deed nu pas een bod na een grondige studie die uitmondde in een herstelplan, inclusief de aanpak van de milieuproblemen. Er zijn nog minstens twee andere kandidaat-kopers, dus het is nog afwachten wie aan het langste eind zal trekken.

ArcelorMittal wil vooral extra marktaandeel in de tweede staalmarkt in Europa en kan daardoor tegelijk een grotere invloed uitoefenen op het beheer van de overcapaciteit. Het bedrijf gaf aan dat de eventuele transactie de balans niet zal bezwaren, wat erop kan wijzen dat de financiering – al dan niet gedeeltelijk – zal gebeuren met een nieuwe kapitaaluitgifte. In dat geval verwachten we wel een beperkt bedrag vergeleken met de forse kapitaalverhoging eerder dit jaar van 3,2 miljard USD (uitgifte van 1,26 miljard nieuwe aandelen tegen 2,2 EUR per aandeel, en een zware verwatering van 70%). De ontgoochelende vooruitzichten voor 2016 – een verwachte bedrijfskasstroom (ebitda) van minstens 4,5 miljard USD (5,23 miljard USD in 2015) en een groei van de wereldvraag tussen 0 en 0,5% – werden herbevestigd.

Door de sombere vooruitzichten voor de staalsector op korte termijn, zet het herstel van de staal- en ijzerertsprijzen van eerder dit jaar niet door. Bovendien zorgt de uitslag van het brexitreferendum voor bijkomende economische onzekerheden. Positiever is de mogelijke fusie in China tussen de nummers twee (Baosteel Group) en zes (Wuhan Iron & Steel Group) in de sector. Dat kan een eerste aanzet zijn om de structurele overcapaciteit in China een halt toe te roepen. Het aandeel is nog altijd te behouden (rating 2C).

Partner Content