Er komt compensatie voor afschaffing terugdraaiende teller (video)
De Vlaamse regering heeft een akkoord bereikt over een nieuw compensatiemechanisme voor zonnepanelen. Er komt een eenmalige compensatie voor eigenaars die financieel getroffen worden door het verdwijnen van de digitale terugdraaiende teller, op voorwaarde dat ze hun investering tot op heden nog onvoldoende konden terugverdienen.
Dat kondigde minister van Energie Zuhal Demir aan na afloop van de ministerraad.
Het Grondwettelijk Hof vernietigde donderdag de Vlaamse regeling rond de virtueel terugdraaiende teller van de digitale elektriciteitsmeter. Gebruikers mogen wel de voordelen behouden die ze tot op vandaag hebben genoten.
De 101.000 rechtstreeks getroffen eigenaars met een digitale meter krijgen nog in 2021 een eenmalige compensatie die voor een gemiddeld project een rendement van 5 procent garandeert. Dat is vergelijkbaar met het nieuwe subsidiesysteem vanaf 1 januari 2021, meldt Demir.
Lees verder onder de video
Eenmalige compensatie
Daarbij wordt rekening gehouden met alle steun die een installatie in het verleden reeds kreeg en het rendement dat de eigenaars al hebben kunnen genieten in de periode met terugdraaiende teller. Tegen eind volgende week zal voor ieder installatiejaar berekend worden wat de concrete ondersteuning in euro per kW geïnstalleerd vermogen is.
In ‘De wereld vandaag’ had Zuhal Demir het over een bedrag van ‘1200 tot 1500 euro voor een gemiddelde installatie van 4kW’.
De regering bekijkt nog de mogelijkheid om die eenmalige investeringssteun nog met 30 procent te verhogen als gezinnen ervoor kiezen om de komende twee jaar te investeren in een batterij of warmtepompboiler. In dat geval kunnen ze rekenen op een bijkomende batterijpremie of warmtepompboilerpremie bovenop de bestaande. Ook de bijna 470.000 gezinnen met zonnepanelen die nog over een analoge terugdraaiende teller beschikken en nog niet over een digitale, krijgen tussen nu en 2029 de mogelijkheid om te kiezen voor een eenmalige compensatie.
Digitalisering
De regering ambieert een uitrol van digitale meters van 80 procent tegen eind 2024 en 100 procent tegen 1 juli 2029. Ze stapt wel af van de voorgenomen versnelde uitrol van de digitale meter voor zonnepaneleneigenaars. Initieel was het de bedoeling dat die allemaal tegen eind 2022 zouden beschikken over een digitale meter. De uitrol gebeurt nu straat per straat.
Door het arrest van het Grondwettelijk Hof en omdat er nog geen bekabelde in plaats van een draadloze digitale meter bestaat tot begin 2023, kan iedereen tot dan weigeren om een digitale meter te plaatsen. Vanaf 2023 kan men in principe de digitale meter niet meer weigeren.
Demir benadrukt dat de compensatieregeling niet in de energiefactuur wordt verrekend, maar met de algemene middelen en het Energiefonds wordt gefinancierd. Daardoor kan de energiefactuur de komende jaren verder dalen, stelt ze.
Reacties: ‘Huzarenstukje’
Consumentenorganisatie Test Aankoop reageert gematigd positief op de compensatie en spreekt van een ‘behoorlijke compensatie’. ‘Tegen eind volgende week zou steun voor ieder installatiejaar duidelijk moeten zijn. Wat op het eerste gezicht positief lijkt, is dat de compensatieregeling die tussen de 400 en de 550 miljoen euro zal kosten, niet via de elektriciteitsfactuur zal verrekend worden vermits deze al kreunt onder talrijke heffingen en openbaredienstverplichtingen’, zegt woordvoerder Simon November van Test Aankoop.
Energiespecialist André Jurres vindt het ‘indrukwekkend’ hoe snel de Vlaamse regering met een oplossing is gekomen nadat het Grondwettelijk Hof de regeling van de terugdraaiende teller had vernietigd. Toch stelt hij zich vragen of de regeling dit keer wel zal standhouden. De belangrijkste vraag is met name of de regeling dit keer wel een juridische toets doorstaat. ‘Je geeft nu een soort belastingvoordeel aan eigenaren van zonnepanelen. De vraag is dan ook of dat niet discriminerend is ten opzichte van wie geen panelen heeft liggen’, vraagt hij zich luidop af. Bovendien benadrukt de energiespecialist dat het een ‘waar huzarenstukje’ zal worden. De overheid zal namelijk geval per geval moeten berekenen hoeveel rendement een bepaalde installatie tot op heden reeds heeft opgeleverd. En dat zowel voor de bijna 470.000 eigenaars die nog over een analoge terugdraaiende teller beschikken, als voor de 101.000 rechtstreeks getroffen eigenaars die recentelijk panelen lieten installeren. ‘Sowieso hebben we het laatste er nog niet over gehoord’, concludeert Jurres. ‘Het zal waarschijnlijk wel nog even een heet hangijzer blijven.’