Het nut van effectenleningen: de verscholen markt van 2000 miljard
Banken, brokers, vermogensbeheerders en andere financiële instellingen lenen aan de lopende band aandelen van fondsen en ETF’s onder elkaar uit. Verdienen de beleggers daar dan wat aan? Dat wisselt.
We leven steeds meer in een leen- en deeleconomie. Als u uw auto enkel in het weekend nodig hebt, waarom zou u die dan tijdens de week niet verhuren via een deelplatform? Op de financiële markten bestaat die praktijk al heel lang. De aandelen op uw effectenrekening en in uw pensioenfonds, beleggingsfonds of ETF blijven niet zomaar op de plank liggen. Banken, brokers, vermogensbeheerders en andere financiële instellingen lenen aan de lopende band aandelen en andere effecten onder elkaar uit. Effectenleningen of securities lending heet dat in jargon. “We weten dat het gebeurt en we zien dat financiële spelers er hoe langer hoe transparanter over zijn”, zegt Filip Perneel van Test-Aankoop.
De meest gehoorde reden om aandelen uit te lenen is het faciliteren van shortselling.
Wereldwijd gaat jaarlijks zo’n 2000 miljard euro aan effecten om op die markt, waarvan 500 miljard euro in Europese aandelen. In het eerste kwartaal van 2018 is voor 225 miljard euro aan Europese aandelen uitgeleend. Dat is maar 5 procent van het totale aantal uitleenbare effecten. Toch bracht dat voor de uitleners net geen 440 miljoen euro op. De Belgische financiële marktautoriteit FSMA meldt dat in België eind 2017 voor 1,1 miljard euro uitgeleende effecten zijn gerapporteerd.
Waarom lenen vermogensbeheerders, brokers en ETF’s hun aandelen uit? Om dezelfde reden als u uw auto tijdens de week zou verhuren: voor extra rendement. Voor elk aandeel dat ze uitlenen, ontvangen ze een bescheiden leenpremie, een soort huur. Oorspronkelijk leenden brokers vooral effecten aan elkaar om beursorders binnen dezelfde dag af te ronden en hun klanten op tijd de gevraagde aandelen te bezorgen. Nu is de meest gehoorde reden om aandelen uit te lenen het faciliteren van shortselling.
“Effectenleningen gebeuren vooral met heel liquide aandelen, waardoor die weinig effect hebben op de aandelenkoersen”, stelt Filip Perneel. “Een fonds met Amerikaanse aandelen heeft meer kans om zijn effecten uit te lenen dan een met Chinese aandelen”, verduidelijkt hij.
Wisselende opbrengsten
Delen particuliere beleggers in de extra opbrengsten die fondsen, ETF’s en brokers halen uit effectenleningen? Ja, maar uit de fondsjaarverslagen van de Belgische banken en vermogensbeheerders blijkt dat er heel wat verschillen zijn. KBC trekt van de opbrengsten uit effectenleningen forfaitair 35 procent af.
Die kosten gaan deels naar KBC, deels naar externe partijen. Belfius rekent 40 procent van de opbrengsten aan. Een deel gaat naar Candriam, dat als fondsbeheerder en uitleenagent optreedt; het andere deel is voor de effectenbewaarder. Bank Degroof-Petercam hanteert verschillende kostenpercentages. Bij sommige fondsen vloeit 64 procent van de opbrengsten terug naar het fonds, bij andere slechts 45 procent. Geen enkele vermogensbeheerder of bank wilde reageren op onze vragen over hun gebruik en het belang van effectenleningen.
Tijdens zijn controle vorig jaar stelde de Belgische waakhond FSMA vast dat niet alle fondsen die transparantierichtlijnen toepasten
Een koninklijk besluit uit 2006 bepaalt dat minstens de helft van de opbrengsten uit effectenleningen, na aftrek van de kosten voor de uitleenagent, weer naar het fonds moet vloeien. Als die opbrengst 100 euro bedraagt, en de kosten voor de uitleenagent 10 euro zijn, moet de helft van de 90 euro die overblijft terug naar het fonds gaan. De overige 50 procent mag de vermogensbeheerder aanrekenen als administratieve kosten.
Richtlijnen van de Europese financiële marktautoriteit ESMA stellen bovendien dat de fondsjaarverslagen en -prospectussen transparant moeten zijn over hun effectenleningen. Ze moeten melden hoeveel de kosten voor de uitlening bedragen, of die voor een externe of interne uitleenagent zijn, wat de exacte opbrengsten uit effectenleningen zijn en aan welke tegenpartijen is uitgeleend. Tijdens zijn controle vorig jaar stelde de Belgische waakhond FSMA vast dat niet alle fondsen die transparantierichtlijnen toepasten.
Nodeloos ingewikkeld
Een steeds belangrijkere speler op de securities-lendingmarkt zijn indexfondsen en ETF’s. Indexbeleggen neemt een hoge vlucht, waardoor ETF’s enorm veel effecten onder beheer hebben. Door die uit te lenen kunnen ze een aardig centje bijverdienen. “Onder ETF’s is de concurrentie op kosten bikkelhard”, legt Filip Perneel uit. “Enkele basispunten meer of minder in de kosten maken een groot verschil. In dat opzicht komen effectenleningen goed van pas.” Via zijn iShares-ETF’s rekent ‘s werelds grootste vermogensbeheerder Blackrock 37,5 à 40 procent kosten aan. De rest van de opbrengsten vloeit terug naar de ETF-beleggers.
‘Met effectenleningen maak je het nodeloos ingewikkeld.’
Ondanks die extra opbrengsten weigert Martijn Rozemuller eraan mee te doen. Hij is oprichter en hoofd van het Nederlandse Think ETF’s. “Wij hebben een beleid om de indexen met onze ETF’s fysiek te repliceren en de onderliggende effecten niet uit te lenen”, zegt hij stellig. “Ten eerste bedienen wij retailbeleggers, dus is het belangrijk dat onze producten transparant en begrijpelijk zijn. Met effectenleningen maak je het nodeloos ingewikkeld.”
Bovendien ben je op de uitleenmarkt enkel welkom als je je aan bepaalde geplogenheden houdt, blijkt uit Rozemullers ervaring. “Wij hebben weleens gekeken naar uitleenprogramma’s, maar toen bleek dat we geen effecten rond de dividenddatum wilden uitlenen, bleek er nog maar weinig markt over te blijven. Voor ons is dat dividend belangrijk, omdat we de bronbelasting erop terugvorderen en doorgeven aan onze beleggers.”
Dividend zonder belasting
Het volume van de effectenleningen stijgt vooral tijdens het dividendenseizoen. Dan worden massaal veel aandelen uitgeleend aan partijen in fiscaal gunstigere regimes, om de roerende voorheffing op dividenden te omzeilen. Die partijen incasseren het dividend zonder er belasting op te betalen. Dat storten ze door aan de oorspronkelijk eigenaars van de aandelen, min de kosten. De oorspronkelijke eigenaars houden er meer aan over dan als ze het dividend zouden ontvangen met de bijbehorende belasting. Een voormalig fondsbeheerder bij een grote Europese bank vertelde aan Trends dat hij van de uitleenagent regelmatig een lijst kreeg met aandelen, de dividenddatum en de tijdstippen waarop ze het beste werden uitgeleend, om zo optimaal het dividend te innen zonder er roerende voorheffing op af te dragen.
Effectenleningen gebeuren vooral met heel liquide aandelen, waardoor die weinig effect hebben op de aandelenkoersen
Daarnaast zinnen de risico’s die verbonden zijn aan effectenleningen Martijn Rozemuller niet. “Die risico’s zijn klein, ik wil ze zeker niet overdrijven, maar de opbrengst uit effectenleningen is ook zo klein. Waarom dan extra complexiteit en risico op je nek halen?” vraagt de topman van Think ETF zich af. “Slechts als securities lending echt aantoonbaar in het voordeel van onze klanten zou werken, zouden we het overwegen.”
Fiftyfifty delen
Niet enkel bij beleggingsfondsen, ook via brokers kunnen particuliere beleggers aandelen uitlenen. Beleggers met een effectenrekening bij Binck kunnen daarvoor kiezen. “We bieden de dienst nog maar enkele maanden aan, maar we zien het aantal activeringen dagelijks stijgen”, vertelt Fadwa Lahssine van Binck. “Momenteel doet 8 procent van onze klanten eraan mee.” Net zoals de beleggingsfondsen deelt de broker de opbrengsten met zijn beleggers. “De vergoeding die wij ervoor ontvangen, delen we fiftyfifty met onze klanten”, voegt ze nog toe. Binck houdt een lijst bij met de populairste aandelen om uit te lenen. Niet verwonderlijk staan daar vooral shortsellingdoelwitten op zoals Galapagos, Nyrstar, Fugro en Euronav.
Ook de lagekostenbroker DeGiro deelt de helft van zijn opbrengsten uit effectenleningen met zijn klanten. In tegenstelling tot Binck, waar klanten kiezen om mee te doen, moeten ze er bij DeGiro ervoor kiezen dat ze er niet aan meedoen. Dan wordt een aantal gratis diensten betalend, zoals de administratie om een dividend te ontvangen. Steven Van de Sype meldt dat Bolero, de broker gelinkt aan KBC, geen aandelen uitleent, omdat klanten daar niet naar vragen.
Eind 2013 diende Rik Daems in het federale parlement een wetsvoorstel in om effectenleningen in te perken. “Ik stelde geen algemeen verbod voor”, vertelt hij. “Met die beperking doelde ik vooral op pensioen- en andere langetermijnfondsen die bepaalde maatschappelijke en financiële verplichtingen hebben. Het is onbetamelijk dat die bijvoorbeeld hun aandelen uitlenen aan shortsellers en daarmee hun eigen verplichtingen ondergraven.” Over het wetsvoorstel is niet gestemd. “We waren aan het einde van de legislatuur. Daarna is het voorstel niet opnieuw opgepikt”, zegt Daems.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier