Dat de federale regering geen akkoord kan bereiken over een meerjarensanering van 10 miljard euro, komt doordat het mes nog niet op de keel staat. Ondertussen heeft niemand het over het echte begrotingsprobleem: de ontspoorde uitgaven.
De federale begrotingsgesprekken zitten nu al dagen muurvast. De Franstalige liberalen van MR verzetten zich tegen een btw-hervorming en een indexsprong. Bij Vooruit vragen ze zich of het de andere partijen wel ernst is om naar extra inkomsten te zoeken, bijvoorbeeld via een verhoogde effectentaks. De regeringspartijen verschansen zich in hun stellingen. Eerste minister Bart De Wever (N-VA) wil tot elke prijs een akkoord bereiken over een meerjarensanering van 10 miljard euro. Dat is de logica zelf, want volgens het Internationaal Monetair Fonds (IMF) loopt het Belgische begrotingstekort dit jaar op tot 5,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Dat is het hoogste deficit van de eurozone. Bij ongewijzigd beleid loopt dat tekort verder op tot 6,4 procent van het bbp in 2030.
Op weg naar een noodbegroting
Maar die cijfers maken geen indruk op MR en Vooruit. Ze zeggen het niet openlijk, maar voor hen is het opstellen van een begroting enkel voor 2026 geen probleem. Ze vinden dat momenteel voldoende. Daarmee zou België nog altijd de Europese uitgavennorm respecteren. Later kan dan jaar na jaar worden bekeken waar en hoeveel kan worden gesaneerd. Die manier van werken werd gisteren in De Afspraak op VRT Canvas ook aangeraden door voormalig Begrotingsminister Johan Vande Lanotte (Vooruit). De man zou zich in deze beter wat discreter opstellen. Toen hij kort na de eeuwwisseling achter de begrotingsknoppen zat, werd een primair saldo (ontvangsten min uitgaven zonder rentelasten) van 6 procent van het bbp, of 27 miljard euro, door de gootsteen gejaagd. De huidige precaire toestand is deels een gevolg van de cadeaupolitiek van de regeringen-Verhofstadt tussen 1999 en 2007.
Lees ook: De balans: Franse besparingslessen voor België
Het is niet omdat de Europese Commissie het mes nog niet op de keel zet dat men in de Wetstraat mag lanterfanten. Verontrustende economische signalen zoals de aanhoudende desindustrialisatie en te lage economische groei zouden net redenen moeten zijn om een versnelling hoger te schakelen. Maar dat lijken de politici niet te beseffen. Dus is de kans groot dat de regering-De Wever de komende maanden moet overschakelen naar een noodbegroting. Voor een beleidsploeg met volheid van bevoegdheden een politieke afgang.
Btw-hervorming niet revolutionair
De hele situatie is des te pijnlijker omdat de ingrepen die De Wever voorstelt niet zo revolutionair zijn. Een harmonisering van de btw-tarieven is een relatief eenvoudige operatie en is een onderdeel van een taxshift, waarbij de lasten op arbeid in 2026 dalen. Het aantal rapporten dat het IMF, de OESO en de Hoge Raad van Financiën de voorbije jaren heeft gepubliceerd waarin gepleit wordt voor een ruil tussen hogere consumptiebelastingen en een lagere fiscale druk op arbeid zijn niet bij te houden.
En de indexsprong die op tafel lag, was al een afgezwakte versie. Het zou de bedoeling zijn dat dat de lonen van ambtenaren en de uitkeringen slechts één keer per jaar worden aangepast aan de kosten van levensonderhoud. Dat is niet eens een zuivere besparing. Het zorgt ervoor dat de uitgaven minder snel stijgen.
Geen corona-effect meer in de uitgavenstijging
Dat is trouwens de blinde vlek bij de begrotingsbesprekingen: hoe pakken we de ontspoorde uitgaven aan? Daarover blijft het stil. Of de ernst van de situatie wordt gewoon ontkend. De onderhandelingen van de voorbije dagen gingen vrijwel uitsluitend over extra inkomsten via hogere belastingen.
Econoom Ivan Van de Cloot (Stichting Merito) kwam gisteren met cijfers over de budgettaire evoluties tussen 2019 (een normaal vergelijkingsjaar, net voor corona) en 2024. De verandering van het begrotingstekort werd volledig bepaald door uitgaventoename (+2.3% bbp). De overheidsuitgaven namen toe van 51,8 procent van het bbp in 2019 naar 54,1 procent in 2024. En daar zit geen corona-effect meer in. In het jaar van de pandemie, 2020, stegen de overheidsuitgaven tot 58,5 procent van het bbp, maar in 2022 waren ze al gezakt naar 52,5 procent. België was op weg naar het niveau van 2019, maar de regering-De Croo draaide de sluizen verder open.
Het is verbijsterend dat het probleem van de ontspoorde uitgaven zo weinig aandacht krijgt. Het verhaal van sommige economen dat de stabiele overheidsontvangsten (al jaren rond 49% van het bbp) het probleem zouden zijn, hebben het debat verziekt.
Lees ook: Geert Noels over het Vlaams begrotingsakkoord: ‘Dit is niet de laatste saneringsronde’