Europa moet weer werken aan een échte unie en groei-initiatieven weer omarmen.
Donald Trump blijft zeer gedreven en gaat er ten volle voor. De Amerikaanse president is op missie. Op vredesmissie deze keer, want hij heeft zich ook in het hoofd gehaald dat hij de Nobelprijs voor de Vrede verdient. En dus wil hij dé vredestichter zijn tussen Oekraïne en Rusland. Bovendien doen de gigantische Russische grondstoffenvoorraden hem watertanden. Rusland, een ideale partij om deals mee te maken.
Om weer in zijn gratie te komen, deed de Europese Unie recentelijk heel wat toegevingen aan Trump. Maar hij blijft meer sympathie koesteren voor Rusland dan voor Europa. We zijn plat op de buik gegaan, om de 5 procentnorm van het bruto binnenlands product (bbp) voor defensie te aanvaarden, we betalen Amerikaanse wapens en munitie voor Oekraïne, en we hebben een importtarief van 15 procent geslikt op veel Europese producten die we naar de Verenigde Staten exporteren. Toch zitten we steeds weer in het defensief bij dit conflict aan onze grenzen.
De zoveelste schop van Trump tegen het achterwerk moet Europa doen beseffen dat we het geweer drastisch van schouder moeten veranderen. We zijn een groep van 500 miljoen burgers met een mondiaal gezien meer dan gemiddelde koopkracht, maar op het wereldtoneel hebben we nog weinig in de pap te brokken. Of we nu boos zijn op Trump, Poetin, Netanyahu… het maakt weinig indruk.
Dat doet ons denken aan China tijdens het grootste deel van de vorige eeuw: een grote bevolking, een hoogstaande beschaving, maar geen noemenswaardige macht op het wereldtoneel. Het gevolg is dat het land regelmatig vernederingen moest slikken, bekend als de Century of Humiliation. De Europese Unie dreigt nu in dat tijdperk te sukkelen. Eens het centrum van de wereld, wordt het nu steeds vaker over het hoofd gezien. Zoals China dat haast een eeuw heeft meegemaakt.
De grootste twee fouten van Europa in de voorbije twintig jaar waren ongetwijfeld de Europese Unie niet verder uit te bouwen en niet te blijven inzetten op groei. De Unie is eigenlijk geen ‘unie’: niet politiek, niet economisch, niet financieel, niet militair. De besluitvorming wordt meer dan ooit gehinderd door de belangen van de lidstaten. Daarnaast lag de klemtoon op de overheid boven het ondernemerschap; op consumptie boven productie, verteren boven investeren. De Europese overheden moeten terugplooien op hun kerntaken, inclusief defensie, en niet langer vooral bezig zijn met overbodige reguleringen en reglementeringen die nieuwe initiatieven in de kiem smoren en de kosten nodeloos hoger jagen. Dat heeft onze groei gefnuikt, en onze competitieve positie doen afbrokkelen.
Zo is China er ook uitgeraakt sinds Deng Xiaoping aan het einde van de jaren zeventig de macht overnam. De essentie van zijn vele economische hervormingen was: groeien, groeien, groeien. China is intussen helemaal terug op het wereldtoneel.
Trump zal zijn ambitie – Make America Great Again – niet kunnen waarmaken. Een politiek van isolationisme en handelsbelemmeringen kan op de korte termijn enig effect hebben, maar leidt tot steeds meer vijandschappen en maakt zijn economie op de lange termijn alleen maar zwakker. In 2040 of 2050 zal blijken dat Trump de achteruitgang van de VS op het internationale niveau alleen maar heeft versneld.
Europa dreigt in 2050 niet meer 50 procent – zoals in de vorige eeuw – maar nog slechts 5 procent van het wereld-bbp te vertegenwoordigen. Dan zullen we helemaal een voetnoot zijn in de wereldpolitiek. Tenzij we onze fouten rechtzetten. Kijk naar wat afgelopen maandag in het Witte Huis gebeurde: daar zaten alle belangrijke Europese leiders wél eendrachtig aan dezelfde tafel. Europa moet weer werken aan een échte unie en groei-initiatieven weer omarmen. Dan heeft het presidentschap van Trump ons iets wezenlijks opgebracht.