Stijn Fockedey
‘Zelfmedelijden over verloren e-commercejobs is het laatste wat België nodig heeft’
Coolblue, bol.com en andere buitenlandse webshops hebben voor de doorbraak gezorgd van e-commerce in België. Belgische bedrijven hebben te laat het licht gezien en dat kost ons nu jobs.
De Nederlandse webwinkel Coolblue maakte woensdag bekend dat de omzet vorig jaar met 55 procent is gestegen naar 857 miljoen euro. Ook bol.com en Zalando hebben de voorbije maanden groeicijfers voorgelegd waar de meeste Belgische retailers enkel van kunnen dromen. In het debat over de Belgische achterstand in e-commerce wordt nog al te gemakkelijk naar de stereotiepe boemannen gewezen. De overheid zou alles kapot reguleren. En anders liggen de vakbonden wel dwars, als over meer nachtwerk voor e-commerce gepraat moet worden. Dat soort zelfmedelijden blokkeert de Belgische economie evenzeer als de hoge loonkosten en de verouderde regels.
Markt creëren
De belangrijkste verklaring voor het succes van Coolblue en co is heel eenvoudig. Ze zijn veel vroeger in actie geschoten en sneller slimmer geworden. Rond 2013, wanneer klassieke elektroketens in België bijvoorbeeld echt werk maakten van hun onlinekanaal, had Coolblue al meer dan tien jaar ervaring opgebouwd in e-commerce en al lang het onvermijdelijke leergeld betaald. Wie in digitale economie de markt creëert, zet zijn concurrenten op een bijna onoverbrugbare achterstand.
De digitale economie in België kan daarom pas van de grond komen als ook bedrijven vroeg en oprecht in nieuwe technologie geloven. België is geen bananenrepubliek. Het investeert veel – maar niet genoeg – in innovatie. Het onderwijssysteem behoort tot het beste van de wereld en onze hoge levensstandaard is aantrekkelijk voor buitenlands talent. Door de kleine en conservatieve thuismarkt zullen Belgische techbedrijven het bijvoorbeeld altijd moeilijker hebben om te concurreren met grotere landen, maar aansluiting vinden met kleinere digitale pioniers als Zweden of Ierland moet kunnen. Beleid, talent of toegang tot geld zijn niet de voornaamste hinderpalen.
Zelfmedelijden over verloren e-commercejobs is het laatste wat België nodig heeft
Succes begint al bij het idee, het correct inschatten van de commerciële waarde van een technologie. Snap, het bedrijf achter de chat-app Snapchat, is daar nog een mooie illustratie van. Terwijl critici zich vrolijk maakten over de onnozele selfies en filmpjes op Snapchat, kroonde de 26-jarige medeoprichter en CEO Evan Spiegel zich tot selfie-miljardair. Snap trekt vandaag naar de beurs met een waardering van 24 miljard dollar, en Spiegels aandeel in het bedrijf is daardoor meer dan 4,5 miljard waard. Hij zag eerder en beter dan de concurrentie dat we de wereld steeds meer door onze smartphonecamera bekijken. Hij maakt er nu een miljardenbusiness rond met een nieuwe vorm van advertenties waar de tv-industrie zich grote zorgen moet over maken. Facebook voelt zich zo bedreigd dat het in al zijn producten functionaliteiten van Snapchat kopieert.
Speelgoed
We vergeten ook te gemakkelijk dat achter niemendalletjes, zoals fotofilters met hondengezichtjes, steeds goedkopere en krachtigere software zit waarmee smartphones de omgeving kunnen interpreteren zoals de mens dat doet. Nu is het nog een speeltje, maar straks zullen slimme modemerken die foto’s en beelden efficiënt kunnen analyseren en zo veel sneller inspelen op modetrends. Laat ons nieuwe technologie dus niet te snel afserveren. De iPhone leek een stuk duur speelgoed, maar het werd de beste winstmachine uit de geschiedenis.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier