Wat artificiële intelligentie met banen en lonen zal doen: ‘Elk bedrijf wordt een AI-bedrijf’
Computers en robots hadden de routinebanen al geautomatiseerd, nu neemt artificiële intelligentie ook complexe taken over. Welke gevolgen dat zal hebben voor de banen en de lonen, valt voorlopig moeilijk uit te maken. “Laaggeschoolden zullen banen kunnen uitoefenen die voorheen te complex waren voor hen. Voor het eerst krijgen ze de kans om hun productiviteit te verhogen.”
Brengt artificiële intelligentie (AI) ook uw baan in gevaar? Generatieve AI, met ChatGPT als het bekendste voorbeeld, is een manusje-van-alles die niet alleen kookrecepten bedenkt, maar ook slaagt voor universitaire examens, software schrijft en zakelijke contracten opstelt. De voorbije decennia hebben de digitalisering en de automatisering veel banen van de midden- en laaggeschoolden ingepalmd, nu lijken ook financiële traders, softwareontwikkelaars, advocaten, journalisten en andere hooggeschoolden voor een kaalslag te staan.
Bekijk het studiogesprek met Trends-journalist Stijn Fockedey en lees verder onder de video
Uiteraard waren bedrijven al langer bezig met AI. Vaak ging het om zelflerende software die bijvoorbeeld robots slim maakt. Generatieve AI gaat een flinke stap verder: die kan eigenhandig content creëren, zoals teksten en beelden. Daar zullen weinigen aan ontsnappen. “Elk bedrijf wordt een AI-bedrijf”, aldus Arvind Krishna, de CEO van de IT-reus IBM. Vorige maand publiceerden OpenAI, het bedrijf achter ChatGPT, de universiteit van Pennsylviana en de onderzoeksorganisatie OpenResearch een studie over het effect van ChatGPT en andere AI-taalmodellen. Daaruit blijkt dat die minstens een tiende van de werktaken van zowat 80 procent van de Amerikaanse werknemers zullen automatiseren. Voor 19 procent van de werknemers is dat minstens de helft van hun werktaken. In een studie van eind vorig jaar voorspelde de OESO dat AI en andere technologie 28 procent van de banen zeer kwetsbaar maken voor automatisering. Wat nog niet betekent dat die daadwerkelijk zullen verdwijnen. Want zelfs de kwetsbaarste jobs bestaan nog altijd uit 5 procent taken die nauwelijks te automatiseren vallen, zoals actief luisteren en sociale interactie.
Bedrijven die geavanceerde technologie als 3D-printing en augmented reality invoerden, groeiden sneller, met meer banencreatie en betere lonen tot gevolg’ SABRINA GENZ, UNIVERSITEIT UTRECHT
De ommekeer zal er ook niet plotseling komen. Bedrijven moeten eerst nog uitvissen wat ze kunnen aanvangen met AI en of ze daarna investeringsbudgetten willen vrijmaken om de nodige hard- en software te ontwikkelen. Het vergt ook opleiding van de werknemers, die digitaal niet allemaal even vaardig zijn. De weg is nog lang, blijkt ook uit een overzicht van de Nationale Bank. In 2021 maakte slechts 10 procent van de Belgische bedrijven met minstens tien werknemers gebruik van een vorm van AI. Dat is beter dan het gemiddelde van 8 procent in de Europese Unie, maar ver achter de beste leerling van de klas, Denemarken, met 24 procent.
Lessen uit het verleden
Nieuwe technologieën verhogen de productiviteit en zo ook de welvaart. De vraag is wie van die welvaartswinsten profiteert. In het tijdperk van de computerrevolutie waren dat toch vooral de grootverdieners, stellen onderzoekers van de universiteiten van Stanford en Chicago in een paper van eind vorig jaar. In 1980 was het loon van de 10 procent Amerikaanse topverdieners twee keer zo hoog als het mediane loon in de Verenigde Staten. Tegen 2015 was dat 2,4 keer zo hoog. Het loon van de Europese topverdieners kende een vergelijkbare, maar minder uitgesproken stijging: van 1,8 naar bijna twee keer het mediane loon, weliswaar gemeten over een kortere periode, van 1997 tot 2015.
Waarom steeg het loon van de topverdieners sneller? Omdat ook hun productiviteit sneller is gestegen, aldus de onderzoekers. Tussen 1989 en 2017 steeg de productiviteit van de hooggeschoolden zelfs sterker dan hun lonen. Bij de laaggeschoolden was dat omgekeerd. Allicht konden hooggeschoolden beter overweg met computers en haalden ze er zo meer voordeel uit, hoewel ook andere effecten spelen, zoals de globalisering, waarvan vooral laaggeschoolden het slachtoffer waren.
Jobkiller, of juist niet?
Wordt AI een jobkiller, of juist niet? Misschien wordt generatieve AI wel een handig hulpmiddel, zodat alle werknemers – zowel hoog- als laaggeschoolden – productiever worden en meer verdienen? Met wat geluk wordt de loonkloof niet breder, maar smaller. “Het is te vroeg om dat te weten. De data ontbreken nog”, zegt Sabrina Genz, universitair docent aan de Universiteit Utrecht, gespecialiseerd in het effect van technologie op de arbeidsmarkt. Toch leverde haar onderzoek van de Duitse arbeidsmarkt enkele aanwijzingen op. Bedrijven die geavanceerde technologie als 3D-printing en augmented reality invoerden, groeiden sneller, met meer banencreatie en betere lonen tot gevolg. De grootste winnaars waren uitgerekend de werkplekleerlingen. “Zij verdienden veel meer dan hun evenknieën in bedrijven zonder geavanceerde technologie”, zegt Genz. “Dat wijst er niet bepaald op dat nieuwe technologie de loonkloof groter maakt.”
Een AI-procedé om het risico op woningbranden beter in te schatten leidde niet tot werkloze, maar tot efficiëntere verzekeringsinspecteurs.
Allicht zal AI ook taken automatiseren in veel beroepen, of laaggeschoolden in laagwaardige restbaantjes duwen. “Daar staat tegenover dat AI banen zal creëren die voordien niet bestonden”, zegt Genz. “Bedrijven kunnen AI-software niet zomaar van het winkelrek halen en downloaden. Je hebt specialisten nodig die de software aanpassen aan het bedrijfsproces, het onderhouden en voort ontwikkelen. Die specialisten zullen gewild zijn en goed verdienen.”
Zo lijkt AI dan toch de loonkloof te verbreden, maar opnieuw is dat niet zeker, volgens Genz. “Laaggeschoolden zullen banen kunnen uitoefenen die voorheen te complex waren voor hen. Of ze zullen hun werk sneller, efficiënter en met meer precisie kunnen uitvoeren. Voor het eerst krijgen laaggeschoolden de kans om hun productiviteit te verhogen. Maar nogmaals: we hebben nog te weinig gegevens om dat echt zeker te weten.”
Betere kwaliteit en productiviteit
De onderzoekers van Stanford en Chicago geven alvast enkele hoopgevende voorbeelden. Hoewel een AI-algoritme beter was in het ontdekken van verboden producten in de bagage van passagiers, leidde dat niet tot banenverlies bij de bagagecontroleurs op de luchthaven. Ze waren nog altijd nodig voor het persoonlijk contact met de reizigers en het openen van de bagage. Een AI-algoritme voor een efficiëntere bevoorrading van winkelrekken leidde evenmin tot ontslagen bij de magazijniers in de supermarkt, maar maakte meer tijd vrij om hulp te bieden aan de klanten. Ook de hooggeschoolde zijde van de arbeidsmarkt laat gunstige tekenen zien, zoals in de advocatenkantoren. Jonge advocaten belanden niet op straat, maar krijgen dankzij AI meer tijd om complexe rechtszaken te bestuderen. Een AI-procedé om het risico op woningbranden beter in te schatten leidde niet tot werkloze, maar tot efficiëntere verzekeringsinspecteurs, en tot lagere verzekeringspremies voor de klanten.
Het lijkt erop, aldus de onderzoekers, dat we niet afstevenen op massale ontslagen, maar eerder op een betere productkwaliteit en een verhoogde productiviteit. Dat leidt dan weer tot meer productie en een hogere vraag naar arbeid. Over het effect op de loonkloof zijn de onderzoekers dan weer voorzichtig. Een nieuwe polarisatie begint zich af te tekenen, concluderen ze, maar het grotere belang van sociale vaardigheden in het AI-tijdperk geeft kansen aan de middengeschoolden.
In het voordeel van grote bedrijven
Zo blijft het onzeker wie het meest zal krijgen van die grotere taart. Dat de taart groter zal worden, lijkt wel zeker. AI wordt een zogenoemde general purpose technology (GPT), zoals ook de stoommachine, elektriciteit en de computer dat geweest zijn. Allerlei voorspellingen doen de ronde over het effect van AI op de welvaart. Het wereldwijde bruto binnenlands product van zowat 100 biljoen dollar zou 3 à 7 biljoen dollar groter kunnen worden. Hoeveel van die winst naar de werknemers zal vloeien, is het voorwerp van veel onderzoek, aldus Genz. “Zullen de aandeelhouders de winsten willen delen met de werknemers? Ook de arbeidsmarkt speelt een rol. Denk aan collectieve arbeidsovereenkomsten, bijstandsuitkeringen, immigratie, handelsovereenkomsten met andere landen, en uiteraard de arbeidskrapte. Als bedrijven moeten concurreren om werknemers te vinden, zullen ze de winsten gemakkelijker delen.” Dat punt maken ook andere onderzoekers. De vergrijzing grijpt snel om zich heen. Veel landen zien hun bevolking op beroepsactieve leeftijd dalen, met arbeidsmarktkrapte en gemiste groei tot gevolg. In die zin zou AI net op tijd komen om de krapte op te vangen en de groei intact te houden.
AI vergt hoge investeringskosten. Je hebt dus diepe zakken nodig. Vervolgens kun je in geen tijd grote marktaandelen veroveren. The winner takes it all’ JAN EECKHOUT, UNIVERSITAT POMPEU FABRA
Minder goed nieuws voor de werknemers is dat bedrijven dankzij AI heel machtig kunnen worden of hun bestaande macht nog kunnen versterken. De karakteristieken van AI spelen in het voordeel van grote bedrijven, volgens Jan Eeckhout, professor economie aan de Universitat Pompeu Fabra in Barcelona. “AI vergt hoge investeringskosten. Je hebt dus diepe zakken nodig. Vervolgens kun je de technologie tegen lage kosten wereldwijd ontplooien en in geen tijd grote marktaandelen veroveren. The winner takes it all.” Vandaag is er nog hevige concurrentie tussen Bing en Bard, de AI-chatbots van respectievelijk Microsoft en Google. Maar Eeckhout vreest voor een afvallingskoers. “Stel dat Google verliest, dan kan de strijd tussen Microsoft en Apple losbarsten, en daarna die met Amazon, tot er nog één gigant overblijft.”
De OESO merkt op dat de overheid haar mededingingsbeleid op punt zal moeten zetten en voort zal moeten bekijken hoe ze de monopoliewinsten doelmatig kan belasten. Uitgerekend AI kan haar daartoe geschikte hulpmiddelen bieden. Allicht is het belastingsysteem aan een grondige hervorming toe. Arbeidsinkomen was tot nog toe dé kaskoe voor de overheid. Maar als AI dan toch uitdraait op grote arbeidsbesparingen, krijgt de overheid een serieus dilemma op haar bord. De belastinginkomsten zullen dan slinken, net op een moment dat de nood aan herverdeling groter wordt.
Op het terrein
Slechts een kwart van de ruim tweeduizend Europese, Amerikaanse en Canadese werkgevers uit de financiële en industriële sector rapporteerde in een OESO-enquête banenverlies als gevolg van de introductie van AI. Ook zowat drie kwart van de 5.300 ondervraagde werknemers had geen weet van ontslagen. Opvallend is hoe 40 procent van de werknemers een loondaling verwachtte als gevolg van AI, terwijl 80 procent vond dat AI hun prestaties had verbeterd. De werkgevers waren iets pessimistischer. Slechts 60 procent vond dat AI de arbeidsproductiviteit had verhoogd.
De stellingen in het herverdelingsdebat worden ingenomen. De OESO-enquête liep in januari en februari 2022, nog voor de doorbraak van ChatGPT. Wordt vervolgd.
10 procent van de Belgische bedrijven met minstens tien werknemers maakte in 2021 gebruik van AI.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier