Marc Buelens
‘Waarom laten we zoveel schrijvend talent verloren gaan?’
Uitgevers werden enkele weken na de corona-uitbraken overspoeld met manuscripten, stelt professor-emeritus aan de Vlerick Business School Marc Buelens vast.
Clifton Leaf, de hoofdredacteur van het zakenblad Fortune, nam onlangs afscheid van zijn blad met een boeiend artikel over wat hij zoal geleerd had in al die jaren filosoferen over wat een bedrijf succesvol maakt. Hij vatte zijn inzichten samen in vier regels: maak je klanten sterker, behandel mensen op een faire manier, zoek een behoefte die nog niet goed ingevuld wordt, en maak de wereld beter. Voor een business is vooral het eerste principe belangrijk. Wil je meer verkopen? Maak het je klant zo eenvoudig mogelijk om je product te kopen. Clifton Leaf heeft bij dat laatste vooral Amazon voor ogen: hét succes van de laatste decennia, groot geworden in boeken.
Laten we eerst focussen op de niet-vervulde behoeften. Volgens moeilijk te controleren cijfers zou ongeveer 1 miljoen Nederlanders er stiekem van dromen een boek te schrijven. Het ene artikel na het andere beschrijft hoe uitgevers enkele maanden na de corona-uitbraak overspoeld werden met manuscripten. We spreken in Europa zeker over enkele tienduizenden spookboeken ¬ boeken die wel zijn geschreven, maar nooit door iemand zijn gelezen, behalve door de auteur en misschien zijn familie. Die schrijvers zijn klanten. Niet van de uitgevers. Die lezen hun slush pile al lang niet meer. Integendeel: zij verspreiden – al dan niet via tussenpersonen zoals literaire agenten – verontrustende berichten: de kwaliteit van de manuscripten is dramatisch slecht. Omdat potentiële schrijvers alleen pulp hebben gelezen, schrijven ze ook pulp ¬ als je niets te vertellen hebt, schrijf dan niet. Tegelijk neemt het aantal cursussen creatief schrijven toe. Helaas kun je talent niet aanleren, techniek wel. De kwaliteit van vele cursussen is bovendien ontzettend laag – genre: hoe schrijf ik mijn verhaal in vijf eenvoudige stappen? De betere cursussen leveren hoogstens enkele sterke afgestudeerden per jaar op, enkele schaarse druppels op de eindeloos hete plaat van tienduizenden gefrustreerden.
Waarom laten we zoveel schrijvend talent verloren gaan?
De vraag naar een betere wereld dan. Al die verloren inspanningen, zonder resultaat aan de kant van de auteurs en met aan de andere kant lezers die nooit zullen kennismaken met de betere manuscripten uit de slush pile. Het kan niet anders of er schuilen ruwe diamanten tussen al die glasscherven. Die gaan verloren, niemand kent ze. In zo’n situatie floreert de zogenaamde Vanity Press, of Uitgeverij IJdeltuit ¬ uitgeverijen die meedelen dat elke schrijver recht heeft op een uitgeverij. Zij zullen dat voor jou doen. Het enige wat jij moet doen, is een boek schrijven, dat zij automatisch en onvoorwaardelijk goed zullen vinden. Je moet nog wel een tweede dingetje doen: betalen. Wie ooit Lijmen van Willem Elsschot heeft gelezen, weet wat er gebeurt als je met enkele duizenden onverkochte exemplaren in je gang, je garage en je slaapkamer opgescheept zit.
Maak je klanten sterker. Sommige succesvolle schrijvers nemen die zin letterlijk. Pieter Aspe zaliger richtte dan maar een eigen uitgeverij op. Hoe kun je die tienduizenden naarstige schrijvers sterker maken? De ondernemer die het antwoord op die vraag vindt, verdient een standbeeld naast Hendrik Conscience. Die laatste leerde zijn volk lezen, het andere standbeeld is voor de persoon (M/V/X) die zijn volk boeken leerde schrijven. Dan moeten we wel even afkicken van hun stijl op Facebook of Twitter. Waarom laten we zoveel talent verloren gaan? Waarom wordt die behoefte toch zo slecht ingevuld? Iemand zou daar eens een boek over moeten schrijven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier