Verliezen bij kledingwinkels lopen nu al op tot 1,2 miljard euro
De modeketens hebben door de coronacrisis al 1,2 miljard euro omzet niet gerealiseerd. Dat blijkt uit de Fashionbarometer van de Belgische federatie voor handel en diensten Comeos, die de evolutie van de omzet van de kledingketens in België meet.
Volgens Comeos kelderde de omzet voor de maand maart met 63 procent ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar, of met omgerekend 373 miljoen euro. In april bedroeg de daling zelfs 90 procent ten opzichte van april vorig jaar, of 591 miljoen euro.
In mei was er een licht herstel, aangezien de winkels op 11 mei weer open mochten, maar toch was er nog een omzetdaling van 241 miljoen (-35 procent). De cijfers zijn afkomstig van de leden van Comeos, waaronder H&M, Zara, C&A, Zeb en Footlocker.
Dominique Michel, afgevaardigd bestuurder van Comeos: ‘In totaal gaat het om 1,2 miljard euro dat de kledingwinkels tot eind mei hebben gemist omwille van corona. Als we een balans maken van de eerste vijf maanden van dit jaar, zitten we bijna 40 procent lager dan dezelfde periode vorig jaar. De handelaars doen nu wat ze kunnen maar dat is niet meer recht te trekken dit jaar.’
Tijdens de eerste twee maanden van de lockdown waren de verliezen ongeveer gelijk in de drie gewesten. Bij het herstel in de maand mei valt wel op dat Vlaanderen het relatief beter doet. Daar bleef de omzetdaling beperkt tot -38 procent, in Wallonië was dat -40 procent, in Brussel liep dat op tot -50 procent.
Dominique Michel geeft aan dat er maatregelen nodig zijn om uit de impasse te geraken. ‘De fiscale lastenverlaging in het derde kwartaal zal heel wat bedrijven ondersteunen. Op korte termijn vragen we echter ook een verlenging van de tijdelijke werkloosheid wegens corona-overmacht tot eind dit jaar en dat de vrijetijdscheque van 300 euro ook besteed zou kunnen worden in de kledingwinkels’, zegt hij. ‘In de komende legislatuur moet dan verder werk gemaakt worden van een betere competitiviteit van de handel, door onder meer een gerichte lastenverlaging voor de lage lonen.’