Thierry Geerts (topman Google België ) en MC Solaar over de muziekindustrie: ‘Jongeren willen niet meer alles bezitten’
De muziekindustrie is al sterk veranderd, en het einde is nog niet in zicht. De Franse rapper MC Solaar heeft er als gediplomeerde filosoof duidelijke meningen over. Dat levert een boeiend gesprek op met Thierry Geerts, directeur van Google België, over streaming, auteursrechten en artificiële intelligentie.
De Fransman MC Solaar, die bekendstaat om zijn gelaagde teksten vol woordspelingen, is een van de weinige Franstalige rappers die in de jaren negentig ook in de Angelsaksische hiphopwereld doorbrak. In 2007 begon een sabbatical die uiteindelijk tien jaar zou duren. Zijn vorig jaar verschenen achtste plaat Géopoétique, een eerbetoon aan de rebelse Franse zanger Serge Gainsbourg, viel meteen weer in de prijzen.
Ons Franstalige zusterblad Trends-Tendances bracht de 49-jarige rapper, die vanaf juli een paar keer in België optreedt, samen met generatiegenoot Thierry Geerts voor een exclusief gesprek. Al snel blijkt dat de Belgische handelsingenieur, die sinds 2011 countrymanager is van Google België, net als MC Solaar een Gainsbourg-fan is.
Artificiële intelligentie is een kans om muziek te voeden
De voorbije 25 jaar werd muziek losgemaakt van materiële dragers als de cd, kwamen YouTube en Spotify opduiken en raakten de platenmaatschappijen hun monopolie kwijt. Hoe heb u die omwentelingen beleefd?
MC SOLAAR. “Ik herinner me dat, toen Napster opkwam (in 1999 gelanceerde downloaddienst voor muziekbestanden, gebaseerd op het peer-to-peerprincipe, nvdr) alles illegaal gekopieerd werd. Ik maakte toen een nummer over de piraterij in de muziekwereld. Ik ben toen ook naar België gekomen en ik ben Marka gaan opzoeken, een zanger die weliswaar niet veel had verkocht, maar wiens songs iedereen kende. Een maand na het uitkomen van zijn album was hij tevreden dat de mensen zijn teksten zongen, maar ik vond dat er iets niet klopte. Maar ik kan niet ontkennen dat Napster wel cool was. Denk maar aan tieners die bijvoorbeeld ergens in de bergen woonden en niet langer naar een grote stad moesten afzakken om een cd te kopen. Zij hadden veel aan Napster en deden er ook niet echt iemand kwaad mee.”
THIERRY GEERTS. “Ik weet niet hoe actief jij bent op YouTube (de videosite is een dochterbedrijf van Google, nvdr), maar zo kan een artiest nu ook een miljard mensen bereiken, zonder dat hij een beroep moet doen op een platenmaatschappij die als filter fungeert. Het klopt natuurlijk dat je het publiek moet zien te vinden, maar toen Stromae zijn muziek op YouTube begon te zetten, ontdekte hij nieuwe markten waar de cd vervolgens werd uitgebracht. Als mijn geheugen mij niet in de steek laat, was hij bijvoorbeeld niet van plan de plaat uit te brengen in Guadeloupe. Dankzij YouTube, waar hij kon zien dat zijn muziek er populair was, gebeurde dat uiteindelijk toch.”
Denk je als artiest dat door al die streaming het businessmodel wankelt en je minder geld zal verdienen?
MC SOLAAR. “Zeker, maar dat betekent nog niet dat er paniek heerst. In Frankrijk onderhandelen de auteursrechtenverenigingen met deze nieuwe spelers. Al heb ik de echte omwenteling persoonlijk nog niet ervaren. In 2007, toen ik mijn album Chapitre 7 uitbracht, was de cd nog goed voor 92 procent van de verkoop op de Franse markt. Nu is dat nog 51 procent. Dus, ja, het model is veranderd, maar anderzijds zijn er enorm veel abonnementen op Deezer en Spotify. Mijn percentage materiële verkoop is nog hoog in vergelijking met dat van andere artiesten, maar het klopt dat velen zich vragen stellen.”
GEERTS. “Vroeger moest je doorheen de filter van een platenmaatschappij zien te geraken. Zelfs wie ergens diep in Afrika woont, kan nu een song verspreiden, een clipje opnemen en een publiek bereiken. Veel van de vroegere structurele kosten heb je nu niet meer. Aangezien we van een model komen dat voor een aantal mensen zeer winstgevend was, is het natuurlijk moeilijk om over te schakelen naar een model dat minder winstgevend is, maar dat veel mensen in staat stelt van hun muziek te leven. We zitten in een overgangsfase. Het geld dat jongeren vroeger spendeerden aan cd’s, geven ze nu uit om de artiesten live aan het werk te zien. Daarom zijn alle festivals succesvoller dan vroeger. Jongeren ontdekken artiesten via YouTube, maar leggen honderden kilometers af om die te zien optreden. Wij zijn nog opgegroeid in een maatschappij waarin je alles moest bezitten. Een auto, cd’s, je moest het allemaal kopen. De jongeren van vandaag volgen die logica niet meer. Ze hebben geen cd’s meer en een eigen wagen vinden ze niet nodig. Ze gebruiken Uber of Zipcar.”
Is het bijna-monopolie van een almachtige speler zoals Google als toegangspoort tot informatie een zorg?
MC SOLAAR. “Ik bekijk dat zoals een 100 meter met Usain Bolt. Er doen ook anderen mee. Vroeger had je AltaVista, Lycos en nog een aantal andere spelers. Hoe is Google, dat pas nadien is gekomen, erin geslaagd de overhand te halen? Wat heeft Google dat de rest niet heeft?”
GEERTS. “De kracht van Google is dat we echt aan de gebruiker denken. We spreken dus niet over een businessmodel, maar echt over de drang om informatie te verspreiden. Google heeft met PageRank (het algoritme dat de webpagina’s rangschikt, nvdr) een systeem ontwikkeld dat slimmer is dan de andere. Het is heel goed mogelijk dat iemand anders het ooit nog beter doet. Bovendien is er veel meer concurrentie dan je zou denken. We hebben helemaal geen monopolistische ingesteldheid. Vergeet ook de Chinezen niet. Er zijn daar 181 bedrijven waarvan de waarde op meer dan een miljard wordt geschat. Misschien worden we morgen wel afgemaakt door Baidu.”
MC SOLAAR. “Maar zijn jullie een instrument of hebben jullie waarden? Ik heb de indruk dat velen denken ‘Ik wil iets, hop, googelen!'”
GEERTS. “Het is ook een instrument. Wij willen iedereen toegang geven tot informatie, onze tool moet nuttig zijn. We krijgen soms kritiek, maar het is met Google een beetje zoals met artificiële intelligentie. Die wordt ook zwartgemaakt, terwijl ze ook een kans is om muziek te voeden. De Belgische artiest Ozark Henry werkt aan een album met behulp van artificiële intelligentie. Vaak voelen de artiesten als eersten wat er aan het gebeuren is. Er is voor hen een essentiële rol weggelegd.”
MC SOLAAR. “Ik heb ook een voorstel gekregen om te componeren met artificiële intelligentie. Dan Levy van de groep The Dø kwam met dat idee. Hij heeft me vorig jaar een project voorgesteld met data, maar ik weet niet hoe het er nu mee staat.”
GEERTS. “Je kunt bijvoorbeeld alle songs, teksten en partituren van MC Solaar en van Mylène Farmer in een machine stoppen en vervolgens zien wat de artificiële intelligentie zou voorstellen als nieuwe song.” ( lacht)
MC SOLAAR. “Dat zou problemen opleveren met de rechten! Wie zou dan de auteur zijn: Mylène Farmer, de eigenaar van de software of ik?” ( lacht)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
Google Belgium
-
Maatschappelijke zetel:
Brussel
-
Sector:
Internetsoftware en webdesign