The Cookware Company: ‘Natuurlijk vinden we dat wij het beste alternatief voor PFAS hebben’

WIM DE VEIRMAN en JAN HELSKENS "Er zijn ijsberen en palingen met PFOS-waarden in hun bloed. Dat is toch niet meer normaal?" © EMY ELLEBOOG
Myrte De Decker
Myrte De Decker redacteur bij Trends

Een Belgisch bedrijf bindt de strijd aan met PFAS. Jan Helskens en Wim De Veirman van The Cookware Company, bekend van het potten- en pannenmerk Greenpan, pleiten voor een totaalverbod op de chemicaliën in niet-essentiële toepassingen. “Over vijf jaar koken we niet meer met klassieke antikleefpannen.”

Van de keuken van Jeroen Meus in Dagelijkse kost tot die van gezinnen wereldwijd: de potten en pannen van Greenpan zijn overal. Binnenkort wordt de productie door de overname van een Italiaanse sectorgenoot nog maar eens opgeschroefd en komen er allicht nog duizenden huishoudens bij (zie kader onderaanSteun van Waterland).

Jan Helskens en Wim De Veirman, de topmannen van het moederbedrijf The Cookware Company, praten niet vaak met de pers. Hun laatste interview dateert van enkele jaren geleden, want er is “te veel speculatie in de berichtgeving”. Maar ze willen een uitzondering maken als het gaat over hun grootste vijand: PFAS en de andere zogenoemde forever chemicals.

Die stoffen werden decennialang in allerlei producten gebruikt, omdat ze zowel water, vet als vuil afstoten. De toepassingen zijn wijdverspreid: van blusschuim over bouwmaterialen tot in de anti-aanbaklaag van kookmateriaal. Pas sinds het PFOS-schandaal rond de 3M-site in Zwijndrecht is losgebarsten, is de ernst van de situatie doorgedrongen in hogere politieke kringen.

Jan Helskens en Wim De Veirman zagen het al lang aankomen. Toen het duo zich in 2005 op de potten- en pannenindustrie stortte, bouwden ze een fabriek in Hongkong. Een jaar later ontdekten ze dat er heel wat schortte aan de klassieke anti-aanbaklaag. Die PTFE-coating, beter bekend als teflon, behoort tot de PFAS-familie en komt vrij als het kookmateriaal oververhit raakt.

Greenpan wilde het anders en beter doen. Helskens en De Veirman sloten een partnerschap met de Zuid-Koreaanse speler Thermolon, die een PFAS-vrije antikleefcoating produceert. Later hebben ze het bedrijf opgekocht. De technologie is intussen gepatenteerd en met verschillende groene certificaten beloond. Daarnaast gebruikt het waar mogelijk geüpcycled, roestvrij staal en aluminium. Tijdens de uithardingsfase van de Thermolon-lagen komt er bovendien 60 procent minder CO2 vrij dan bij vergelijkbare concurrerende producten.

PTFE werd jarenlang gezien als een kwaliteitsvolle coating. Er zijn echter meerdere problemen.

WIM DE VEIRMAN. “Op zich is PTFE een kwalitatieve coating. Die is door de jaren heen ook verbeterd, waardoor de pannen makkelijk vijf jaar meegaan. Die lange levensduur is lang de belangrijkste bekommernis van de consument geweest. Na verloop van tijd werden er vraagtekens geplaatst bij die coating. Allereerst is er de warmte. Vanaf 190 graden en zeker vanaf 240 graden begint de coating te smelten en komen er dampen vrij. Die kunnen vogels doen doodvallen. Als vroeger de kanarie in de koolmijn doodviel, rende iedereen de mijn uit. Gebeurt dat in onze keuken, dan lopen we niet weg. Nochtans staat dat op de verpakking: houd geen vogels in de keuken, bak met een open raam, gebruik altijd de dampkap.”

WIM DE VEIRMAN
WIM DE VEIRMAN “Wij zijn voor alle duidelijkheid geen extremisten. We zijn wel ethisch.”© EMY ELLEBOOG

JAN HELSKENS. “De verpakking waarschuwt zelfs voor het inademen van die dampen. Dat heet de teflonflu, de teflongriep. Na twee dagen zou je er vanaf moeten zijn. Smakelijk…”

DE VEIRMAN. “Het tweede probleem is dat er naast PTFE nog andere chemicaliën uit de PFAS-familie worden gebruikt. Die stoffen komen ook nog eens in ons bloed.

“Het derde punt: als je de pan heel erg oververhit, brandt de coating volledig af. Zo worden nog eens extra schadelijke stoffen gecreëerd, die we opnieuw inademen.”

We vergiftigen onszelf dus door te koken in potten en pannen met een klassieke anti-aanbaklaag?

DE VEIRMAN. “In de eerste plaats onszelf, maar ook onze omgeving. Als de chemicaliën verdampen, komen ze in de lucht terecht. Bij regenval stromen ze via rivieren naar zee. Die stoffen blijven honderden jaren aanwezig in het milieu. Er zijn ijsberen en palingen met PFOS-waarden in hun bloed. Dat is toch niet meer normaal? Maar het is dweilen met de kraan open, zolang die chemicaliën mogen worden gebruikt.”

U pleit voor een totaalverbod op de stoffen?

HELSKENS. “Toch in huishoudelijke artikelen. Voor bepaalde toepassingen is er nog geen alternatief, zoals in de ruimtevaart of de medische wereld. Voor een metalen katheter heb je bijvoorbeeld nog altijd PTFE nodig. Maar dan spreken we over een noodzakelijk gebruik, goed voor ongeveer 3 tot 4 procent van de wereldwijde PFAS-productie. Elders zijn die chemicaliën overbodig.”

Dat is makkelijk praten voor het bedrijf met een patent op een alternatief.

HELSKENS. “Wij bestaan omdat de consumenten zich beter informeren, het probleem beter begrijpen en een alternatief vragen. Ze stellen hun eigen gedrag ter discussie. Zeker als blijkt dat een product ook het leven van hun achterkleinkinderen beïnvloedt.”

DE VEIRMAN. “Wij zijn voor alle duidelijkheid geen extremisten. We zijn wel ethisch. Als er een waardig alternatief is voor PFAS, moet je die chemicaliën simpelweg bannen. Natuurlijk vinden we dat wij het beste alternatief hebben. Maar er zijn ook andere producenten. Die alternatieven juichen we evengoed toe.”

HELSKENS. “Zowel in Europa als in de Verenigde Staten ligt wetgeving op tafel om PFAS aan banden te leggen. Daarin staat dat de stoffen alleen nog voor essentiële toepassingen mogen worden gebruikt. Nu strijden alle sectoren om zich als essentieel te laten erkennen. Voor de potten- en pannenindustrie kun je zo’n erkenning niet meer rechtvaardigen.”

Hebt u contacten met de overheid over dit debat?

HELSKENS. “Ja, in verschillende Europese landen zelfs.”

DE VEIRMAN. “We hebben gemerkt dat het vooral draait om de kennis van overheden over het probleem. Het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) bijvoorbeeld buigt zich momenteel over de zaak. Verschillende wetenschappers hebben er al gezegd dat PFAS in potten en pannen niet essentieel is.

“Daarnaast heeft Scandinavië een voortrekkersrol. De retailers nemen er zelfs het voortouw. Cervera, een grote verdeler van keukenmateriaal, weert alle producten met PFAS uit het gamma tegen 2025. Ze geven alle producenten drie jaar om zich voor te bereiden. Het is een boude stelling, maar over vijf jaar koken we niet meer met klassieke antikleefpannen. Ik geloof dat alle potten en pannen dan PFAS-vrij zullen zijn.”

En België?

DE VEIRMAN. “We hebben al gesprekken gehad met kabinetten. Ik vind dat er op elke verpakking een waarschuwing moet staan: ‘Dit product bevat PFAS’.”

HELSKENS. “Je moet opletten met die gesprekken. Het is een dunne grens tussen een commercieel voordeel halen en goed doen voor de volksgezondheid en het milieu. Wij willen in dit debat vooral duidelijk maken dat er een alternatief is. Het is verder niet aan ons om te zeggen wat de overheid moet doen.”

Wat zijn uw plannen met de fabriek van het Italiaanse Lumenflon, dat u vorig jaar hebt overgenomen?

HELSKENS. “Op de site in de Italiaanse provincie Brescia worden al vijftig jaar lang potten en pannen met de klassieke PTFE-coating gemaakt. Binnen de twee jaar maken we de productie volledig PFAS-vrij. Parallel willen we ook een nieuwe Europese Thermolon-productievestiging oprichten, zodat de coatings voor de Europese productie ook in Europa worden gemaakt.”

DE VEIRMAN. “Ik wil benadrukken dat het mogelijk is binnen die termijn. Daarom begrijpen we ook al die langetermijnplannen van de regeringen niet. Volgens hen zal het tot tien jaar duren om tot een samenleving zonder PFAS te komen. Dat is héél genereus gerekend, als wij het veel sneller kunnen, zelfs als je de bestaande voorraad wilt wegwerken.”

Uw ondernemersverhaal leest nu als een sprookje, maar de eerste jaren verliepen veel moeizamer.

HELSKENS. “In 2008 en 2009 stonden we tot onze knieën in de modder.”

DE VEIRMAN. “We hebben toen getwijfeld om opnieuw voor een PTFE-coating te kiezen. Maar dat zouden we onszelf uiteindelijk nooit kunnen vergeven. Mocht Elon Musk zich met Tesla niet voor de volle 100 procent op elektrische wagens hebben gegooid, dan was hij nooit zo groot geworden als hij nu is. Een consument wil je waarden en normen kennen. Hij wil weten wat je missie is.”

HELSKENS. “De hele industrie boycotte ons toen. Grote PFAS-producenten, zoals de Amerikaanse chemiereus Dupont, hadden al veertig jaar lang banden met retailers. Toen wij als twee idiote Belgen de markt wilden openbreken, werden we serieus op onze plaats gezet. Retailers durfden ons niet op te nemen in hun gamma.”

Hebt u daarom de potten en pannen onder het eigen merk Greenpan op de markt gebracht?

DE VEIRMAN. “In de Verenigde Staten konden we klanten rechtstreeks bereiken via Home Shopping Network. Je kunt de teleshopping daar niet vergelijken met die in België. In Amerika zit er een hele strategie achter, inclusief live winkelen en een verkoper die de producten aanprijst. Voor Greenpan was het noodzakelijk het achterliggende verhaal te vertellen, anders is een pan ook maar een pan. We hebben er toen honderdduizend verkocht in vier uur tijd.

HELSKENS.Customers vote with their wallet. Maar omdat we zoveel pannen verkochten op korte termijn, werden er ook heel veel rechtszaken tegen ons aangespannen. Eerst in de Verenigde Staten, vervolgens in Europa.”

Een rechtszaak is vaak een teken dat anderen zich aangevallen voelen.

DE VEIRMAN. “Dat waren rechtszaken over technische details. We hadden op onze website bijvoorbeeld een link geplaatst naar een onderzoek van het World Wide Fund for Nature (WWF) over de PFAS-waarden die in het bloed van palingen waren gevonden. De vraag aan de rechtbank was: doet Greenpan dat om meer of minder pannen te verkopen? De voorzitter besloot dat we zo onze verkoop wilden opkrikken, waarna we vijf minuten later een nieuwe rechtszaak aan ons been hadden vanwege ‘vergelijkende reclame’.”

HELSKENS. “We dachten altijd dat één rechtszaak ons goed zou doen. Mocht er geen rechtszaken volgen, dan wil dat zeggen dat de concurrentie ons negeerde. Dat is ook geen goed teken. Bovendien zou het ons wat naamsbekendheid bezorgen. Toen het er zoveel werden, kregen we wel kopzorgen. Op een bepaald moment stonden hier deurwaarders om alle computers en documenten in beslag te nemen. Maar we hebben geen enkele rechtszaak verloren.

“Daarnaast werden we ook tegengewerkt door onze eigen sectorfederatie, The Federation of European Manufacturers of Cookware and Cutlery (FEC). Het debat wordt ook daar gedomineerd door lobbygroepen en grote spelers uit de chemiesector. Daarom is hun officiële standpunt nog altijd dat er niets fout is met PFAS, ondanks de honderden wetenschappelijke studies die het tegendeel bewijzen. We hebben dan ook ons ontslag ingediend bij het FEC. Dat standpunt kunnen we niet onderschrijven.”

Is de oorlog tegen forever chemicals door dat standpunt dan niet bij voorbaat verloren?

HELSKENS. “Europa moet een serieuze inhaalbeweging maken tegenover de rest van de wereld. In plaats van alternatieven te saboteren vanuit de sector, zou de hele industrie beter investeren in oplossingen.”

DE VEIRMAN. “De alternatieven zijn er. En innovatie brengt altijd meer business met zich mee. Het is geen lotje-trek. Het is kijken naar de problemen en de bedenkingen van de consumenten, en daar een oplossing voor vinden. Zo hebben wij altijd geïnnoveerd: kijk wat de consument mist en speel daarop in. In 2022 komen er geen producten meer op de markt waar klanten niet naar vragen.

“Dat wil niet zeggen dat we onze producten niet constant verbeteren. We hebben de handgrepen en inductiebodem al aangepast. De huidige Thermolon-coating is intussen al aan zijn achtste versie toe.”

U blijft investeren in de toekomst. Staan er nog fabrieken of overnames op de planning?

HELSKENS. “We blijven op zoek naar manieren op de productie te decentraliseren. We geloven niet meer in het businessmodel van één fabriek die de hele wereld belevert. We moeten dus ook uitkijken naar locaties aan de overkant van de plas. Maar meer details vrijgeven zouden nu te voorbarig zijn.”

DE VEIRMAN. “We breiden ons assortiment ook uit met ander PFAS-vrij kookmateriaal dan potten en pannen, zoals toasters en wafelijzers. Die bestaan al in de Verenigde Staten. Europa volgt in de loop van 2022.”

Tot slot moeten we u dit ook vragen: uw naam werd genoemd als geïnteresseerde partij om de voetbalclub KAA Gent te kopen. Hoe zit dat?

HELSKENS. “Geen commentaar. Ook dat was een voorbeeld van speculatieve en voorbarige berichtgeving.”

Steun van Waterland

Eind november raakte bekend dat The Cookware Company zijn Italiaanse sectorgenoot Lumenflon overneemt. Er werden geen financiële details vrijgegeven. Wel is bekend dat de investeringsmaatschappij Waterland kort daarvoor aan boord kwam. “De overname was al in afrondingsfase toen Waterland is toegetreden”, benadrukt Jan Helskens, topman van The Cookware Company.

Dat het investeringsbedrijf steun biedt, is eerder een bevestiging dat het Belgische bedrijf goed bezig is. In 2020 en 2021 zag het zijn omzet met respectievelijk 25 en 35 procent groeien, goed voor een geconsolideerde omzet van 420 miljoen euro. In de Verenigde Staten heeft de groep een marktaandeel rond 12 procent in de potten- en pannenbranche, in het keramische segment stijgt dat tot bijna 50 procent. Behalve in Italië en China zijn er nog fabrieken in Duitsland en Zuid-Korea. Ze tellen in totaal 3200 werknemers.

JAN HELSKENS
JAN HELSKENS “Retailers durfden ons niet op te nemen in hun gamma.”

Correctie: De cijfers uit de Trends Top die hier eerder verschenen, hadden alleen betrekking op het Belgische kantoor van The Cookware Company. Deze geven dus een vertekend beeld van de financiële status van het bedrijf. In 2021 heeft The Cookware Company een wereldwijde omzet van 420 miljoen euro gerealiseerd. Voor 2022 mikt het bedrijf om die te doen stijgen naar 550 miljoen euro.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content