Telenet moet kabel openstellen

© Image Globe

Telenet is er niet in geslaagd om de openstelling van de kabel te vertragen.

Eerste veldslag

De conferentie van regulatoren besloot op 1 juli 2011 dat Telenet, Numericable en Tecteo een dominante marktpositie hadden in de tv-distributie. Dat beperkte de concurrentie, vonden de regulatoren. Als remedie kregen kregen de kabeldistributeurs nieuwe verplichtingen opgelegd. In het Nederlandse taalgebied moest Telenet anderen in staat stellen om de analoge televisiedienst van Telenet te kunnen doorverkopen. Telenet moest anderen (behalve Belgacom) ook toegang geven tot zijn digitale televisieplatform, waardoor concurrenten via de kabel digitale televisiediensten zouden kunnen leveren. Tenslotte moest Telenet een doorverkoopaanbod formuleren zodat anderen via de kabel breedbandinternet zouden kunnen leveren.

Ook Belgacom kreeg een veeg uit de pan. De nationale operator moest eveneens een groothandelsaanbod voor televisiedistributie over zijn netwerk uitwerken.

Telenet ging tegen de beslissing in beroep. De eerste veldslag daarin is nu beslecht. De rechtbank weigert de beslissing van de regulatoren te schorsen. Telenet argumenteerde dat er onherstelbare schade zou ontstaan als de openstellingsbeslissing niet werd geschorst en later toch door het hof van beroep ten gronde ongeldig zou worden verklaard. De uitspraak ten gronde verwacht Telenet pas in het begin van 2013.

Dat de schorsing is afgewezen betekent dat Telenet nu volop door moet gaan met zijn voorbereidingen op de openstelling. Dat kost geld. “Nu begint de financiële teller te lopen. We moeten onze informaticasystemen klaarmaken, mensen detacheren naar de voorbereiding, ‘chinese muren’ optrekken (om het management van de groothandelsactiviteiten te scheiden van de eigen retaildivisie, nvdr)”, zei woordvoerder Stefan Coenjaerts ons eerder in een voorbereidend gesprek over de beslissing.

Reacties

Telenet ging in zijn reactie niet in op de inhoud van het vonnis. De operator beloofde de huidige “gunstige concurrentiële situatie voor de consument te vrijwaren”. Hij stipte aan dat “regulering niet in het voordeel van de consument (is)”. “Terwijl de prijs voor kabeltelevisie momenteel zeer laag is, zal innovatie door kabelmaatschappijen mogelijk onder druk komen”, heette het.

De Mechelaars wezen erop dat het ontwerp van groothandelsaanbod in de komende maanden nog door de regulatoren en de Europese Commissie moet worden goedgekeurd. Telenet herhaalde dat de uitspraak ten gronde pas in de loop van 2013 zal vallen.

Belgacom vond het vonnis goed nieuws voor de consument. “Het is positief dat het Hof deze eerste belangrijke stap naar een gelijke behandeling niet heeft tegen gehouden. Dit zal de concurrentie op de markt ten goede komen”, klonk het daar. “Het succes van de openstelling van de kabel hangt nu echter af van de snelheid waarmee de regulatoren haar implementeren. Wij verwachten nu dat zij een strakke timing aanhouden en het aanbod zo snel mogelijk beoordelen en operationeel maken”.

Mobistar, dat probeert om satelliettelevisie te verkopen, vindt dat de regulatoren nog veel werk voor de boeg hebben. “Er zijn nog geen referentie-aanbod en geen tarieven bekend voor de groothandelsdiensten die de kabeloperatoren moeten aanbieden”, schrijft de mobiele operator in een mededeling. “Wij rekenen erop dat de regulatoren vanaf nu volop verder gaan met het vastleggen van de praktische modaliteiten. De ervaring maakt immers duidelijk dat de kabeloperatoren, in tegenstelling tot de mobiele operatoren, géén commercieel groothandelsaanbod aan andere operatoren willen aanbieden. Elke vorm van vertraging versterkt de vorming van het duopolie tussen Belgacom en de kabeloperatoren”. (BL)

De uitspraak In zijn vonnis haalde het Hof van Beroep systematisch de 19 bezwaren die Telenet had ingediend onderuit. Onder meer dat de Conferentie van Regulatoren (CRC) zich in de plaats zou zetten van de Vlaamse Regulator voor de Media en andere regionale regulatoren (in het tegenovergestelde geval was de communicatiesector in België waarschijnlijk onreguleerbaar geworden), dat er onvoldoende raadpleging was (er hoeft geen raadpleging te gebeuren na elke beslissingswijziging die de EU zou induceren), dat de raad voor de mededinging niet opnieuw werd geraadpleegd na de lichte wijziging van de besluiten op aangeven van de Europese Commissie, dat de motivering van de beslissingen onvoldoende zou zijn, enzovoort, enzovoort.

Telkens besloot de rechtbank dat de opwerpingen van Telenet “niet ernstig” waren. Met andere woorden, dat ze onvoldoende gewicht hadden om de beslissing te schorsen.

Satelliet en ethertelevisie zijn geen concurrentie

Wat Telenet echt de das om deed was de verwerping van hun fundamentele argument. Volgens Telenet hoefden de regulatoren niet tussen te komen omdat de concurrentie in de toekomst zou toenemen, onder meer dankzij satelliettelevisie en digitale ethertelevisie. Tegenover Mobistar, dat in deze rechtszaak met cijfers kwam bewijzen dat hun satelliettelevisie-aanbod “geflopt” was, woog dat licht. Ook hielp het niet dat Telenet zelf zijn investering in digitale ethertelevisie heeft afgeschreven wegens hopeloos onrendabel.

Het argument dat interactiviteit niet van belang zou zijn – zoals Telenet beweerde (in strijd met zijn eigen argumentatie tot het tegendeel gedurende minstens tien jaar in de publieke opinie, nvdr) woog evenmin zwaar bij de rechtbank.

De rechtbank verwerpt tenslotte ook dat de voorgestelde maatregelen disproportioneel zijn, onder meer omdat Telenet de “technische beperkingen”, die de openstelling van haar netwerk zou meebrengen, niet of minstens te vaag heeft verduidelijkt.

“Elimineert handicap voor Belgacom”

Ook het argument dat Belgacom een onevenredig voordeel zou halen uit de voorziene mogelijkheid om de analoge tv-dienst van Telenet te mogen doorverkopen ging voor de bijl. De rechtbank zette de kwaliteiten van de Belgacom-infrastructuur tegenover die van Telenet en besloot dat deze verplichting integendeel “een handicap elimineert waarop Belgacom geen greep heeft”.

Omdat Telenet met al zijn opwerpingen niet geloofwaardig kon maken dat de beslissing ten gronde een andere richting zou uitgaan, besloot de rechtbank dat de mogelijkheid van “ernstige en moeilijk te herstellen gevolgen” niet hoefde te worden onderzocht.

Regulering brengt kosten, ook inkomsten

Telenet raamt op basis van een onderzoek van het bureau Van Dijk de kostprijs van de maatregelen op 38 miljoen euro aan niet-recupereerbare kosten. Maar Mechelen houdt daarbij wel geen rekening met de mogelijke inkomsten uit de doorverkoop en de mogelijke voordelen van vervroegde capaciteitsuitbreiding, noteert het Hof. Zelfs als de argumentatie van Telenet meer steek hield, zouden de gevolgen niet zo ernstig zijn dat een schorsing zich opdrong, aldus de rechtbank.

Telenet haalt dus nul over de hele lijn. Wordt in 2013 vervolgd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content