Overstromingen in Wallonië: een stresstest voor de Belgische verzekeringssector
De overstromingen in de Vesdervallei zijn een herculesarbeid voor de Belgische verzekeraars. Ondanks al hun inspanningen zal het nog een hele tijd duren eer ook zij die ramp achter zich kunnen laten.
De gigantische omvang van de schade door de overstromingen van juli heeft een zware impact op de Belgische verzekeringssector. “Dit is de grootste ramp die België is overkomen tijdens mijn leven. Je moet al bijna terug naar de middeleeuwen om iets van deze omvang tegen te komen. Een hele vallei van Eupen tot Luik is weggeveegd”, zegt Philippe Lallemand, de CEO van de verzekeraar Ethias.
“Volgens de historische modellen van de herverzekeraars was dit een ramp die één keer om de 300 tot 500 jaar voorkomt”, voegt Luc Kranzen, lid van het directiecomité van Ethias en verantwoordelijk voor claims, eraan toe.
Hogere tussenkomst
Dat vertaalt zich ook in de cijfers. Er zijn van 14 tot 16 juli ruim 60.000 schadedossiers geopend voor de overstromingen. De verzekerde schade aan woningen van particulieren kan oplopen tot 1,6 miljard euro, enkel in Wallonië. Dat is twee derde van wat de Belgische verzekeraars jaarlijks innen aan premies voor de zogenoemde brandverzekering eenvoudige risico’s.
Daar komen de schade aan de infrastructuur en de niet-verzekerde schade bovenop. In België is gemiddeld 5 à 10 procent van de woningen niet verzekerd, maar in de getroffen wijken, waar vooral armere mensen wonen, is gevoelig hoger. Volgens de jongste ramingen van staatssecretaris Thomas Dermine kan de schade oplopen tot 3,9 miljard euro. Daarmee zag Wallonië in één nacht het equivalent van 4 procent van zijn jaarlijkse bbp weggespoeld.
De Belgische verzekeringssector botste al snel op de wettelijke limiet die hij aan schadeloosstellingen mag uitkeren voor een natuurramp. Die wordt berekend op basis van de premies voor brandverzekering eenvoudige risico’s van het voorgaande jaar. Onder die bepaling zouden de verzekeraars deze keer maximaal 320 miljoen euro voor de ramp in Wallonië mogen uitkeren.
In een protocol met de Waalse regering is dat plafond opgetrokken naar 590 miljoen. Het voorziet ook in een renteloze lening van de verzekeraars aan de Waalse regering, om de schade boven die 590 miljoen te vergoeden. Dat moet vermijden dat slachtoffers een deel moeten terugvorderen van hun verzekering en een ander deel van het Waals Gewest.
De verzekeraars in ons land zetten alle zeilen bij om de toestroom aan dossiers te kunnen behandelen. Bij AXA Verzekeringen stond de teller midden september op 13.000, bij Belfius op 6000 en bij Ethias op 8700, waarvan 1500 voor openbare besturen (zie De overheid is ook zwaar getroffen). En de toevloed is nog niet gestopt. “Er komen nog elke dag nieuwe claims binnen”, zegt Roel Soetens, claimsverantwoordelijke van AXA Verzekeringen.
Begin van afronding
Het was voor verzekeraars onmogelijk om voorbereid te zijn op een ramp van die omvang. De eerste dagen was het improviseren om de lawine aan dossiers en informatie aan te kunnen. Eerst moesten ze de acute noden van de slachtoffers lenigen.
“Voor mensen die zonder woning vielen en nergens terecht konden, hebben we een onderkomen gezocht in een hotel of een appartement. We hebben ook meteen voorschotten uitgekeerd, zodat de mensen voeding en kleding konden kopen”, vertelt Dirk Vanderschrick, de CEO van Belfius Insurance. “Sommige van onze agenten hebben meer dan 48 uur niet geslapen na de overstromingen.”
Hetzelfde horen we bij Ethias, waar ook eigen medewerkers met een woning in de Vesdervallei of het Luikse getroffen werden. “Wij hebben meteen 1500 euro voor de eerste noodhulp uitgekeerd”, vertelt Kranzen. “En we voorzagen in psychologische bijstand. Mensen uit andere afdelingen en provincies kwamen helpen, en medewerkers zijn spontaan uit vakantie teruggekomen.”
De volgende stap was zo snel mogelijk de schadeaangiftes binnen te krijgen. “Een derde van de slachtoffers heeft digitaal een aangifte gedaan”, zegt Marc Vandeborne, head of claims bij Ethias. “We hebben ook bussen naar de regio gestuurd, waar iedereen, ook niet-klanten, terechtkon voor advies over de procedures en hoe ze hun aangiftes konden indienen.” Ook Belfius deed dat.
Zodra de dossiers ontvangen waren, moesten zo snel mogelijk de expertises gebeuren, om de schade per dossier en in zijn totaliteit in te schatten en om de voorschotten voor herstellingen te kunnen uitkeren. Ruim twee maanden na de ramp hebben de meeste verzekeraars 20 tot 25 procent van de dossiers afgerond. Dat betekent dat de verzekerden een volledige schadevergoeding hebben gekregen of dat alle herstellingen zijn uitgevoerd. “Dat zijn veelal de eenvoudige dossiers”, zeggen de verzekeraars.
Lange staart
Die expertises waren een van de knelpunten die de afhandeling van de dossiers vertraagden. Van meet af aan was er een tekort aan verzekeringsexperts om de schade op te meten. De complexiteit van de dossiers zorgt ook voor vertraging. “Experts moeten voor veel verschillende posten de schade opmeten, zoals elektriciteit, sanitair, verwarming, pleisterwerk enzovoort”, stelt Vanderschrick.
“Het duurt langer om overstromingsschade af te handelen dan bijvoorbeeld stormschade, omdat de woningen eerst helemaal moeten uitdrogen”, voegt Vandeborne eraan toe. “Het is een werk van lange adem.” De meeste verzekeraars hebben de ambitie om de meerderheid van de dossiers nog dit jaar af te ronden. “Daarvoor moet er een versnelling komen in de expertises en herstellingen”, klinkt het. Ethias zet daarvoor bijvoorbeeld in op een ‘offertenfabriek’. “Daarmee willen we verzekerden die voor een herstelling geen offerte vinden in contact brengen met aannemers en vakmensen in ons netwerk”, legt Marc Vandeborne uit. De Luikse verzekeraar zet ook zijn medewerkers in om expertisekantoren administratief te ondersteunen. Daarnaast poolt Ethias dossiers van klanten, zodat experts sneller hun rapporten kunnen afleveren.
Toch verwachten alle verzekeraars nog een lange staart van complexe grote dossiers, waarvan de afwikkeling langer zal duren. “We doen er alles aan om onze klanten zo snel mogelijk te helpen, maar in 10 tot 15 procent van de gevallen kan het langer dan een jaar duren. Het heropbouwen van huizen neemt veel tijd in beslag”, zegt Dirk Vanderschrick. Ondertussen hoopt de sector collectief dat er geen koude winter voor de deur staat, die het drogingsproces en de herstellingen nog verder kunnen vertragen.
Openbare sector en infrastructuur zwaar getroffen
Ook voor de openbare sector zijn de overstromingen een zware opdoffer. Gemeentes, scholen, sporthallen, overheidsgebouwen en socialehuisvestingsmaatschappijen zijn zwaar getroffen. “1500 van onze 8700 dossiers zijn voor openbare besturen”, zegt Marc Vandeborne, head of claims van Ethias.
“Gemeentes voerden op verschillende fronten strijd. Ze moesten hun burgers voorthelpen, maar ook de eigen schade opmeten”, aldus Luc Kranzen. Vaak ligt het schadebedrag voor die dossiers aanzienlijk hoger. “Het verrast hoe groot het patrimonium van sommige van de getroffen gemeentes is. Bovendien zijn de gebouwen groter en de materialen duurder.”
Behalve aan openbare gebouwen is er ook een ravage aangericht aan de infrastructuur, zoals wegen, bruggen en rivierbermen. De belangrijkste schade is die aan het gasnet. Tientallen kilometers gasleiding zijn beschadigd, waardoor veel huizen in de getroffen gebieden zonder verwarming zitten. Het zal nog maanden duren voor die zaken allemaal hersteld zijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier