Olivier Chapelle (CEO Recticel): ‘Ik roep vaker dan vroeger’
Olivier Chapelle heeft al bijna acht jaar hard getimmerd aan het vaak vermaledijde Recticel. Nu plukt hij er stilaan de vruchten van. “We zijn weer geloofwaardig”, stelt de Belgische CEO van Europa’s grootste verwerker van de polyvalente kunststof polyurethaan.
Recticel is in zijn lange bestaan al door erg diepe dalen gegaan, maar veerde telkens weer op. Een kat met negen levens, heette het. “Maar we zullen geen extra levens meer nodig hebben”, maakt Olivier Chapelle zich sterk. Een boude uitspraak voor de doorgaans ingetogen en bescheiden burgerlijk ingenieur, die zijn sporen verdiende in de autosector. Toen de 53-jarige Chapelle begin 2010 de teugels overnam van Luc Vansteenkiste, stond het beursgenoteerde bedrijf er nochtans niet bepaald rooskleurig voor. De investeringen in de Verenigde Staten, in de divisie die polyurethaan gebruikt voor interieurafdekking in auto’s, wogen loodzwaar, terwijl de crisis er hard had ingehakt. Bovendien bleek al snel dat het bedrijf was verwikkeld in twee kartelonderzoeken.
Maar na het sluiten of afstoten van veertig fabrieken, de halvering van het aantal joint ventures, een vernieuwing van het management, het vertrek van 2400 werknemers en een succesvolle kapitaalverhoging van 76 miljoen euro, heeft Chapelle Recticel grotendeels klaargestoomd voor de toekomst. Als volgend jaar de intussen ook stevig geherstructureerde en herstelde automobieldivisie de deur uit zal zijn, kan Recticel pronken met een vrijwel perfecte BMI.
Was Recticel er bij uw aantreden slechter aan toe dan u dacht?
OLIVIER CHAPELLE: “Ik wist dat er werk aan de winkel was, maar er waren verrassingen. Niemand wist over die kartelzaken, en de automobielafdeling was structureel in een slechtere situatie dan verwacht. En dan was er ook de industriële crisis. Recticel was in gevaar. We dachten daarom aan de kapitaalverhoging, maar toen kwamen die kartelonderzoeken. Uiteindelijk hebben we van Europa nog een ‘redelijke’ boete gekregen (van 27 miljoen euro, nvdr). Die had veel hoger kunnen uitvallen.”
Is Recticel nu lean and mean?
CHAPELLE: “We zijn er bijna. De industriële herstructurering is grotendeels gebeurd en we werken verder aan ons operationeel model. We zijn leniger, zitten in een veel positievere situatie tegenover onze concurrenten, en onze marktposities zijn sterker dan ooit. En dat terwijl de prijzen van grondstoffen sterk zijn gestegen. We hebben de jongste twee jaar ook veel onderzoek & ontwikkeling gedaan. Onze pijplijn zit vol met mooie dingen die we op beurzen zullen voorstellen.”
De automobielafdeling staat al vele jaren in de etalage, maar moet de deur nog uit.
CHAPELLE: “Het is een mooie afdeling, maar ze huist niet onder het juiste dak. Recticel is er niet het juiste huis voor. Al draait de business voor auto-interieuronderdelen zeer goed, heeft ze een perfecte footprint in China, Europa en Amerika, en heeft ze de mooiste klanten, zoals BMW, Mercedes, Porsche, Volvo, Audi en Peugeot, toch moeten we erin blijven innoveren. Zo hebben we nieuwe technologie voor huiden in polyurethaan al getest bij twee van de grootste producenten, Daimler en VW. Alle activiteiten gaan de deur uit, ook die nieuwe technologie (Colo-Sense X Light, nvdr). Voor de koper is die pijplijn in O&O uiteraard cruciaal. Als de pijplijn leeg is, weten we allemaal wat er zal gebeuren met die fabrieken. Dus is alles wat de business sterker maakt, nodig om een goede verkoop te realiseren voor onze mensen. Dat zijn collega’s van wie we houden, en voor wie we de best mogelijke toekomst willen. We maken de bruid zo mooi mogelijk om ze dan uit te huwelijken.”
Komt u, nu de business zo goed draait, niet in de verleiding ze toch te houden?
CHAPELLE:“Neen. Wij moeten dit bedrijf vereenvoudigen om meer focus te hebben. De automotive-afdeling vergt omvangrijke vaste kosten. Wij kunnen niet vier verschillende activiteiten ontwikkelen met dezelfde focus, prestaties en middelen als onze concurrenten, die dikwijls pure players zijn. Dit is een divisie die beter zal zitten in een groter automobielbedrijf.”
Hoe dicht staat u bij een verkoop?
CHAPELLE: “De ideale tijd is 2018. Er zijn contacten en er is interesse, maar meer kan ik niet zeggen. We hebben ook een bedrag in gedachten.”
Er was begin dit jaar een brand in uw automotivefabriek in het Tsjechische Most.
CHAPELLE: “Dat gaf bijkomende kosten van 25,9 miljoen euro, terwijl we 21 miljoen kregen van de verzekering. Dat betekent een negatief saldo van 4,9 miljoen euro in de eerste helft van 2017. Het heeft het verkoopproces vertraagd. De verkoop stond al gepland voor dit jaar.”
Wat betekent die verkoop?
CHAPELLE: “Dat het aantal werknemers in Recticel in de afdelingen auto-interieur en autozetelkussens met bijna 3000 zal verminderen, en de omzet met zowat 300 miljoen euro zal dalen.”
Verwacht u sociale problemen?
CHAPELLE: “Neen, omdat we transparant zijn. We hebben geen geheimen. We hebben een constructieve en betrouwbare relatie met de sociale partners. Dat betekent niet dat we het op alle gebieden eens zijn. maar er is wederzijds respect, denk ik toch. En ik verwacht niet dat dat zal veranderen.”
Waar zal het geld van de verkoop naartoe gaan?
CHAPELLE: “In eerste instantie naar projecten in isolatie. Meer geld betekent snellere expansie en mogelijke overnames. We hebben in 2016 de eerste twee overnames gedaan sinds ik hier ben, onder meer een Frans bedrijfje gespecialiseerd in thermische en akoestische isolatie op basis van productieafval. We focussen steeds meer op isolatie, het meest duurzame dat je kan doen.”
En misschien helpt een nieuwe kapitaalverhoging?
CHAPELLE: “Ja, maar dat staat niet op de agenda. Eerst de desinvestering van de automobielafdeling uitvoeren, en dan zullen we zien.”
U had het eerder al over vijf vette jaren die zijn aangebroken voor Recticel.
CHAPELLE: “Dat heb ik zelf niet gezegd, maar het klopt wel. Al zou ik liever zeggen dat we nu in een veel competitievere situatie zitten en kunnen profiteren van de marktopportuniteiten.”
Het is trouwens een gevaarlijke uitspraak. Het kan snel keren, kijk maar naar de grote prijsverhogingen, te wijten aan een acute schaarste aan grondstoffen bij uw grootste leveranciers, Covestro, BASF en Dow.
CHAPELLE: “Ja, maar we moeten het onderscheid maken tussen structurele en conjuncturele problemen. Onze concurrentiekracht was structureel slecht, en dat hebben we veel verbeterd. Nu worden we net als al onze concurrenten geconfronteerd met de marktomstandigheden, maar kunnen we het spel spelen vanuit een betere competitieve positie. Er is een level playing field, waar wij als grootste Europese consument van grondstoffen voor polyurethaan de leiding willen nemen in prijsverhogingen. Die zijn dit jaar opgelopen tot meer dan 30 procent, en allicht zullen die nog iets verder stijgen. Daar moeten we niet beschaamd over zijn. Als we dat niet doen, doen we onze job niet.”
Merkt u dat Recticel meer respect krijgt in de markt?
CHAPELLE: “Ik voel dat we meer geloofwaardigheid hebben, omdat we altijd zeggen wat we willen doen, en doen wat we gezegd hebben. Dat zie je ook in het aandeelhouderschap. Naast onze trouwe en stabiele aandeelhouder Bois Sauvage zijn nu ook belangrijke fondsen aandeelhouder, zoals van BNP Paribas, Bank Delen, AXA en ODDO. Zulke fondsen komen pas als je verhaal klopt en je geloofwaardigheid groot genoeg is. Je merkt het uiteraard ook aan de waarde van het bedrijf. De marktkapitalisatie is nu drie keer hoger dan zeven jaar geleden.”
Recticel ontwikkelde ook polyurethaanproducten voor de bh-markt en voor tuinbouw.
CHAPELLE: “Voor bh’s zit de productie in landen als China, India en Sri Lanka. Daar werd zwaar geïnvesteerd in lokale fabrieken, en wij zijn niet klaar om dat te doen. Daarom zijn we ermee gestopt, net als met ons product voor tuinbouw. De efficiëntieverbetering voor die sector was niet groot genoeg om onze hogere prijs te verantwoorden. We hebben ook enkele toepassingen in de medische sector. Die behouden we, maar ontwikkelen we niet verder. Er is namelijk enorm veel regulering in die zogenaamde medtechs, vooral van de Amerikaanse goedkeuringsautoriteit FDA, en daar hebben we geen kaas van gegeten. We hebben er ook niet de mensen voor. We hebben ook toepassingen ontwikkeld voor het coaten van textiel en hebben daarin licenties verkocht. Maar ook daarin zullen we niet zelf investeren, en ook niet in de productie van zolen of andere materialen in polyurethaan voor schoenen.
“Kijk, je kan met polyurethaan veel doen, maar niet alles, dus moet je kiezen. Vroeger was het hier de trend alles te proberen en moeilijke dingen te doen. De grootste verandering die wij twee jaar geleden hebben gebracht in onze innovatieafdeling, is focussen op vijf programma’s om veel efficiënter te zijn en meer impact te hebben. Al die programma’s leveren een positieve bijdrage aan duurzame ontwikkeling. Zo focust er een op isolatieproducten die vibraties en geluid verminderen. De behoefte daaraan wordt steeds groter, en niet alleen in huizen, auto’s en fabrieken. Neem bijvoorbeeld het akoestische isolatiemateriaal dat we leveren voor het ruimtetransportbedrijf SpaceX. In elke raket zit voor 250.000 dollar aan Recticel-materiaal, enkel en alleen om de peperdure satellieten te beschermen bij de lancering.”
De Duitse kunststoffengroep Covestro werkt al lang aan een project om het broeikasgas CO2 te capteren en te gebruiken voor de productie van polyurethaan, in eerste instantie voor matrassen en meubels.
CHAPELLE: “Wij waren daar als eersten bij betrokken en wilden ook absoluut de eersten zijn om die dingen te produceren. En dat doen we intussen, op basis van materiaal dat ongeveer 20 procent CO2 in plaats van aardolie bevat, wat de ecologische voetafdruk van het product aanzienlijk verlaagt.”
Er was deze lente opnieuw speculatie dat uw hoofdaandeelhouder, Bois Sauvage, zijn belang van 27,6 procent zou willen verkopen.
CHAPELLE: “Ik heb geen weet van plannen om eruit te stappen, en ik kan alleen vaststellen dat Bois Sauvage is gebleven in moeilijke tijden. Zij hebben ook een zeer goede zaak gedaan met onze kapitaalverhoging. Een uitstap is uiteraard niet onmogelijk, maar als het gebeurt, ben ik er zeker van dat wij dat wel kunnen regelen onder elkaar.”
Dan koopt Francis Van Eeckhout, de CEO van de pvc-raamprofielenproducent Deceuninck, dat pakket misschien wel? Hij verwierf 3 procent dankzij de kapitaalverhoging en is erg lovend over Recticel en over u.
: “De uitdagingen van Deceuninck en Recticel zijn niet helemaal verschillend, hoewel we absoluut geen concurrenten zijn. Maar het is altijd interessant om met Francis te spreken. We hadden trouwens een weddenschap afgesloten over wie de sterkste ebitda-groei zou realiseren. Ik heb dat nipt gewonnen. We hebben intussen samen met onze echtgenotes een fijn diner gehad. Hij heeft betaald. (lacht)”
U slaapt ongetwijfeld beter dan een handvol jaren geleden?
CHAPELLE: “Ik heb altijd goed geslapen. Ik heb het geluk dat ik stresserende situaties zonder problemen doorsta. Dat is uiteraard noodzakelijk om de stormen die er zijn geweest, goed door te komen. Al kan ik soms zeer ongeduldig zijn, en weten sommige collega’s en teams dat ik soms niet blij ben. Roepen? Dat doe ik niet gauw, maar het gebeurt vaker dan vroeger. Ze kunnen zich hier niet meer wegsteken achter de excuses van het verleden.”
U hebt lang in de autosector gewerkt, bij het Franse Faurecia en het Britse Wagon. Maar ook uw vader heeft lang in de autosector gewerkt, als algemeen directeur bij een grote autoverdeler. Bloedt uw hart dan dat net die afdeling wordt verkocht?
CHAPELLE: “Dat zijn twee totaal verschillende dingen. Ik heb altijd van auto’s gehouden, dat is echt een passie. Maar hier gaat het over wat juist is voor Recticel, en dat is verkopen.”
Olivier Chapelle
• Geboren in Brussel op 7 augustus 1964
• Gehuwd, drie kinderen
• Burgerlijk ingenieur UCL en MBA Solvay Business School
• Stage bij SmithKline RIT, Rixensart
• 1990-1992: eerste job als ingenieur bij Glaverbel
• 1992-1996: hoofd divisie proces engineering SmithKlineBeecham, Rixensart
• 1996-1997: technisch directeur fabriek Owens Corning in Battice, België
• 1997-1999: plantmanager Owens Corning, Wrexham, VK
• 1999-2002: sales- & marketingdirecteur EMEA, Owens Corning
• 2002-2004: VP Faurecia, Parijs
• 2004-2009: algemeen directeur Wagon Automotive SAS, Parijs
• Sinds december 2009: CEO Recticel
Olivier Chapelle over
· Duurzame ontwikkeling: “Een heel grote opportuniteit voor Recticel. Als wij daar niet op focussen, overleven we niet. We hebben daarvoor een reeks harde doelstellingen opgesteld. Zo willen we tegen 2020 het aantal producten die gebaseerd zijn op gerecycleerd materiaal, verdubbelen.”
· De polyurethaanmarkt: “In Europa zijn we de grootste verwerker van polyurethaan. Wereldwijd zijn we het nummer twee, na het Japanse Inoac. Dat is met een globaal marktaandeel van 5 à 6 procent drie keer groter dan wij. Maar we zijn beide klein, want het is een zeer gefragmenteerde markt.”
· De geografische expansie: “We realiseren 93 procent van onze omzet in Europa, maar hebben significante activiteiten in China, India, Turkije en de Verenigde Staten. We blijven wel voorzichtig met de bedragen die we daar investeren. Misschien dat we na de verkoop van de autoafdeling wat meer mikken op China. Maar vooral voor het Verenigd Koninkrijk is een capaciteitsverhoging een must. Volgend jaar openen we een isolatiefabriek nabij Helsinki. Daarmee zullen we naast Finland, Zweden, Noorwegen en deels Denemarken, ook de Baltische staten bestrijken. Bovendien zitten we op amper 300 kilometer van Sint-Petersburg. Dat wordt voor ons een groot strategisch gebied, omdat er in de winter behoefte is aan hoogperformante isolatieproducten.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier