Nederlandse crowdlender Lendahand komt naar België
Het Nederlandse crowdlendingplatform Lendahand wil Belgische investeerders warm maken voor leningen aan kmo’s in ontwikkelingslanden. “Maatschappelijk en financieel rendement gaan bij ons hand in hand”, zegt oprichter en CEO Peter Heijen.
” Lisa heeft mijn leven veranderd”, vertelt Peter Heijen (40). “Lisa is een vrouw die kinderen van straat haalt in Dhaka (Bangladesh) en hun een onderkomen biedt. In 2009 heb ik haar ontmoet toen ik door India en Bangladesh trok. Zij heeft mij doen inzien hoe vreselijk veel armoede er nog is in deze wereld, hoe onrechtvaardig dat is, en hoe iedereen die dat wil er iets aan kan doen.”
Heijen keerde nog even terug naar zijn goedbetaalde baan van aandelenanalist bij de vermogensbank Theodoor Gilissen in Amsterdam, maar gaf er al snel de brui aan. “Ik wilde meer dan alleen maar geld verdienen. Bovendien geloof ik heel sterk dat er een schaalbare oplossing voor armoede bestaat: de creatie van banen”, zegt de ex-bankier. “In landen als België en Nederland komt twee derde van de jobcreatie van kmo’s, in opkomende landen is dat amper 30 procent. Kmo’s vinden er nauwelijks betaalbaar krediet. Ze vallen tussen twee stoelen: ze zijn te klein voor een bankkrediet en te groot voor een microkrediet.”
Om daar iets aan te doen richtte Heijen in 2013 het crowdlendingplatform Lendahand op. Dat verzamelt geld bij particuliere beleggers en investeert dat in lokale kredietinstellingen die leningen toekennen aan kmo’s in landen als Kenia, Oeganda, Zambia, Ghana, Colombia, Mongolië, Cambodja, India en de Filipijnen. Voorwaarde is dat die kmo’s jobs creëren.
Lendahand is een van de snelste groeiers op de Nederlandse markt voor crowdfunding. Vorig jaar werd via de website lendahand.com 8 miljoen euro opgehaald. Dat is bijna evenveel als de hele Belgische markt voor crowdlending (zie kader). In totaal heeft de onderneming al ruim 14 miljoen euro uitgeleend aan meer dan 1500 projecten. 8 miljoen euro is nog in omloop, 6 miljoen werd integraal (inclusief rente) en op tijd terugbetaald.
De interesse voor Lendahand steunt op twee pijlers. Investeerders kunnen al met kleine bedragen (vanaf 50 euro) bijdragen tot de strijd tegen armoede in de wereld. Tegelijk genieten ze een jaarlijkse rente tussen 3 en 6 procent op hun lening. Dat is een pak meer dan wat spaargeld bij de bank oplevert.
“Mensen willen steeds meer zelf bepalen wat met hun geld gebeurt”, oordeelt Heijen. “Bij de bank krijgen ze nul procent terwijl die hun geld gebruikt voor weinig transparante en vaak onethische investeringen, die dan ook nog eens een pak winst opleveren. De meeste investeerders die bij Lendahand terechtkomen, worden aangetrokken door de combinatie van maatschappelijk en financieel rendement. Vaak zijn het wat oudere mensen, goed opgeleid en met een bepaald vermogen.”
Voorlopige verliezen
Nu de onderneming vorig jaar een Europese MiFID-licentie heeft gekregen, verstrekt door de Nederlandse Autoriteit Financiële Markten (AFM), kan Lendahand de stap naar het buitenland zetten. En dan ligt België voor de hand, vindt Heijen: “Taal en cultuur liggen dicht bij elkaar. Crowdfunding loopt hier misschien nog achter op Nederland, maar het is niet verkeerd om vroeg in de markt te stappen. Dan kun je ook profiteren van de groei.”
Naast België gaat Lendahand binnenkort ook van start in het Verenigd Koninkrijk. “Dat is gewoon de grootste markt voor crowdfunding in Europa”, aldus Heijen. “De 170 miljoen euro die vorig jaar in Nederland opgehaald werd, verdwijnt in het niets bij de 3 miljard die de Britten investeerden in crowdfundingprojecten.”
Dankzij de internationalisering hoopt Lendahand dit jaar voor 25 miljoen euro leningen te verstrekken. Volgend jaar kan dat oplopen tot 100 miljoen euro. Die schaalvergroting is ook nodig om Lendahand winstgevend te maken. “Terwijl onze investeerders gemiddeld 4 procent rente op jaarbasis krijgen, bedraagt onze marge 3 procent”, zegt Heijen. “Bij de huidige bedragen is dat ruim onvoldoende om de kosten te dekken. We werken met negen personen en hebben vooral hoge IT-kosten.”
De verliezen worden voorlopig weggewerkt met kapitaalverhogingen. Al drie keer haalde Lendahand geld op, uiteraard via crowdfunding, bij externe investeerders. Daardoor is al meer dan 40 procent van de onderneming niet meer in handen van de oprichters. Zopas startte Lendahand een nieuwe kapitaalronde, die het eigen vermogen met anderhalf miljoen euro moet versterken. “Dat moet volstaan om de komende twee jaar te overbruggen”, zegt Heijen. “Het businessplan voorziet dat we vanaf 2019 winstgevend zijn.”
Zonnepanelen in Afrika
Lendahand wil vooral sociaal bewogen aandeelhouders aantrekken. “Het is niet de bedoeling dat wij onze marge optrekken, of dat de lokale kmo’s een hogere rente krijgen aangerekend”, zegt Heijen. “Dat zou haaks staan op ons doel van armoedebestrijding. Hoe hoger de rentelasten, hoe minder ruimte de kmo’s hebben om mensen aan te werven.” Nu al loopt de rente voor die kmo’s op tot een minimum van 15 procent, en vaak hoger.
Daar is een verklaring voor, beklemtoont Heijen: “De kredietinstellingen die wij als tussenpartij kiezen, en die ook een sociale doelstelling moeten nastreven, hebben relatief hoge operationele kosten voor het screenen, monitoren en beheren van de vele leningen. Ook moeten ze voldoende kapitaal aanhouden voor als iets mis gaat. Zij dragen het risico op wanbetaling én op valutaschommelingen, en dekken zo de belangrijkste risico’s af. Pas als de kredietinstelling zelf in de problemen komt, dreigt er verlies voor onze investeerders. Vandaar dat wij veel belang hechten aan de selectie van de partners-tussenpartijen en dat we hun kapitaalbuffers goed tegen het licht houden.”
Naast kmo’s die werkgelegenheid creëren, financiert Lendahand ook lokale bedrijven die zonnepanelen of waterpompen plaatsen. Heijen: “Toegang tot propere energie zien wij eveneens als een manier om mensen uit de armoede te helpen. In Afrika is een zonnepaneel veel efficiënter en minder vervuilend dan de kerosinelampjes die vaak gebruikt worden. Maar niemand kan dat betalen. Wij financieren de installateurs, die heel veel werkkapitaal moeten aanhouden omdat iedereen de aankoop op afbetaling doet.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier