Johan Bruyneel over een sterk team
In de aanloop naar de Ronde van Frankrijk kwam Johan Bruyneel, ploegleider van Radioshack-Nissan-Trek, al een paar keer in aanvaring met zijn kopmannen Andy en Fränk Schleck. Dit zijn enkele adviezen die Bruyneel begin dit jaar in Trends gaf over leiderschap en teamvorming.
Tegenpolen bij elkaar. “Ik geloof niet in teambuilding waarbij we allemaal samen een of andere activiteit doen. Je moet je tijd nemen en er constant op letten dat renners die elkaar niet kennen met elkaar omgaan.” Op de eerste trainingskampen bekijkt Johan Bruyneel welke mensen goed met elkaar overeenkomen en die groepjes haalt hij uit elkaar. Twee renners die het goed met elkaar kunnen vinden, laat hij niet op één kamer slapen.
De teamdoelen staan voorop. Hoe vermijdt u rivaliteit binnen het team? “Met het managen van de ego’s valt het wel mee,” zei Johan Bruyneel bij de ploegvoorstelling een paar maand geleden. “De teamdoelen staan altijd voorop en gedrag dat daartegen ingaat wordt niet getolereerd. Als twee renners van mijn ploeg aanspraak maken op de overwinning, voelen ze doorgaans zelf wie de beste is. Is dat niet het geval, dan beslist de ploegleiding.”
De ploegleider hakt de knoop door. “Een leider moet autoritair zijn. Daarmee bedoel ik niet dat hij zich dictatoriaal moet opstellen, maar wel dat het in een beslissingsproces dat suggesties toelaat, duidelijk moet zijn dat de ploegleider de eindbeslissing neemt.”
Zekerheid inbouwen om goed te presteren. “Ik probeer zoveel mogelijk onzekerheid te elimineren. Jonge mensen neem ik bijvoorbeeld niet mee naar de Tour omdat je niet weet of ze zullen presteren. Bij een meer ervaren renner die ouder is dan 26 weet je voor negentig procent zeker dat als hij een bepaalde wedstrijdvoorbereiding volgt, hij klaar zal zijn voor de Tour. Sommige renners die ik meeneem zijn al een eind in de dertig.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier