John Dejaeger

‘Grijp de Nyrstar-case aan om onze industriële kroonjuwelen beter te bewaken’

‘De recente berichtgeving over het feit dat de operationele vennootschap Nyrstar de tweede grootste aandeelhouder is in de Ironbark Zinc-mijn in Groenland – naar verwachting in de toekomst een van de grootste mijnen voor zink en lood ter wereld – smaakt bijzonder bitter voor iedereen die begaan is met het industriële weefsel van dit land.’ Dat zegt John Dejaeger, ex-topman van BASF-Antwerpen.

Onderaan deze opinie vindt u een reactie van Trafigura. Volgens het bedrijf bevat het artikel ‘enkele flagrante onjuiste voorstellingen en vooringenomenheden ‘ die het wil weerleggen.

Nyrstar was de grootste zinkgroep ter wereld en een van onze kroonjuwelen, maar is nu volledig in handen van Trafigura , na een geënsceneerde herstructurering, waarbij talrijke Belgische investeerders buitenspel werden gezet en eigenlijk achterbleven met een lege schelp. Zoals genoegzaam bekend zijn de legeringen van zink wereldwijd van groot belang voor meerdere sectoren zoals de bouw, de chemie en de geneeskunde.

Dit land is altijd bijzonder onzorgvuldig omgegaan met zijn industriële kroonjuwelen: Electrabel, Fortis en Petrofina bijvoorbeeld waren ooit belangrijke spelers met hun hoofdzetel in dit land. Maar ze zijn bijna geruisloos en zonder slag of stoot volledig overgegaan in Franse handen.

Grijp de Nyrstar-case aan om onze industriële kroonjuwelen beter te bewaken.

Het is moeilijk uit te leggen dat de Belgische federale overheid vrijwel de hele elektriciteitssector heeft uitverkocht, inclusief alle kerncentrales die voor bijna de helft van de elektriciteitsproductie instaan. Niet te verwonderen dat ze nu met hangende pootjes moet terugkeren en zich moet inkopen, vanuit een zwakke onderhandelingspositie en tegen een hoge prijs, die uiteindelijk door de consument zal worden betaald.

Sterke ondernemingen met hoofdkwartieren in eigen land zijn belangrijk om het industriële weefsel te bestendigen. Het hemd is altijd nader dan de rok, zeker wanneer het gaat om strategische beslissingen. Denk maar aan de sluitingen van Renault Vilvoorde en Ford Genk. Buitenlandse investeringen zijn uiteraard welkom. Maar op cruciale momenten worden hun beslissingen niet hier genomen maar elders. Het toont het belang van eigen multinationale bedrijven. Een land dat onzorgvuldig omgaat met zijn eigen bedrijven en deze verkwanselt aan buitenlandse concerns, zet zijn toekomst op het spel.

Geen protectionisme

In de ons omringende landen wordt zeer assertief gekeken naar de multinationals en hun hoofdkwartieren. Toen begin dit jaar het gerucht liep dat Pepsico een overnamebod zou uitbrengen op Danone, stond Frankrijk op zijn kop. En de Franse regering liet expliciet weten dat het alles zou doen om zo’n “vijandig” overnamebod te blokkeren. In Duitsland ontstond commotie toen het Chinese Medea de industriëlerobotfabrikant Kuka overnam. De Duitse regering verscherpte het toezicht op buitenlandse overnames als de openbare veiligheid, infrastructuur of energievoorziening in het geding zijn. En we weten nog allemaal hoe de Nederlandse regering reageerde toen bpost zijn Nederlandse concurrent postNL wilde overnemen.

In dit land is er daarvoor weinig of geen aandacht. Het dossier Nyrstar/Trafigura is het zoveelste voorbeeld van een uitverkoop die niet alleen vele minderheidsaandeelhouders bekaaid achterlaat, maar ons ook op oneigenlijke wijze een multinational met zijn hoofdkwartier ontneemt. Voor wie het dossier niet kent: de grondstoffentrader Trafigura nam in 2015 een minderheidsaandeel in Nyrstar. In de daaropvolgende jaren gebruikte het zijn positie om het bedrijf van binnenuit te verzwakken. In 2019 volgde dan een liquiditeitscrisis omdat toegezegde kredietlijnen werden ingehouden. Zo kon Trafigura Nyrstar uiteindelijk voor een prijsje volledig inlijven en de operationele activiteiten overhevelen naar een nieuw bedrijf in het Verenigd Koninkrijk. De andere aandeelhouders bleven verweesd achter met een lege schelp.

Het dossier Nyrstar/Trafigura is het zoveelste voorbeeld van een uitverkoop die niet alleen vele minderheidsaandeelhouders bekaaid achterlaat, maar ons ook op oneigenlijke wijze een multinational met zijn hoofdkwartier ontneemt.

Het nieuws over de zinkmijn in Groenland toont opnieuw aan in welke mate de waardering van Nyrstar door Trafigura tijdens deze operatie gebaseerd was op zeer bedenkelijke rapporten, waarbij uitgegaan werd van de meest pessimistische veronderstellingen en waarbij geen enkele optiewaarde werd toegekend aan aanwezige reserves.

In elk normaal land zouden de overheden en autoriteiten zoals FSMA dit dossier grondig bekijken, onderzoeken starten en voorwaarden stellen voor zulke transacties. Snel en krachtdadig, vooraleer het kalf verdronken is. In het geval van Nyrstar gaat het niet alleen over strategische belangen met mogelijkheden tot verdere investeringen, maar ook over schendingen van de corporate-governanceprincipes en de belangen van de minderheidsaandeelhouders. In een land als het onze dat alleen bekommerd lijkt om de korte termijn, ontbreekt elke daadkracht en verontwaardiging.

Dit is geen pleidooi voor protectionisme. Wij leven van in- en uitvoer en hebben alle belang bij een vrije wereldhandel. Maar het is wel een waarschuwing tegen de al te grote naïviteit en laksheid. Of moeten we het eerder een gebrek aan moed en dus lafheid noemen?

Reflectie

Iedereen heeft tegenwoordig de mond vol over maatschappelijk verantwoord ondernemen of ESG-doelstellingen (environmental, social, governance). En terecht. Die vlag dekt vele ladingen: duurzaamheid, klimaatdoelstellingen, sociale verantwoordelijkheid, ethisch ondernemen,… Maar ook eerlijke en transparante corporate governance en bescherming van minderheidsaandeelhouders.

Laten we de Nyrstar-case aangrijpen om een ernstige reflectie te voeren over het mandaat en de daadkracht die we mogen verwachten van de instellingen die moeten waken over de belangen van de minderheden en uiteindelijk van onze welvaart. En wellicht moeten we ons ook eens buigen over de verantwoordelijkheid van sommige professionele dienstverleners die dubieuze constructies onderbouwen met zogenaamd objectieve rapporten die dikwijls op maat geschreven worden van hun broodheren.

Reactie Trafigura

Trafigura heeft op geen enkel ogenblik ‘zijn positie gebruikt om het bedrijf van binnenuit te verzwakken’. Sinds zijn investering in 2015 heeft Trafigura Nyrstar altijd gesteund als investeerder en als commerciële partner. In 2019 werd Nyrstar geconfronteerd met een solvabiliteitscrisis als gevolg van slecht getimede investeringen in kapitaalintensieve activa van slechte kwaliteit, vertragingen in het ontwikkelingsproject in Port Pirie en een wereldwijde daling van de zinkprijzen en verwerkingslonen, naast nog andere redenen. Dit is zeer goed en publiekelijk gedocumenteerd.

• De liquiditeitscrisis die ‘in 2019 volgde […] omdat toegezegde kredietlijnen werden ingehouden’ was een gevolg van obligaties die in september 2019 vervielen, waardoor Nyrstar in een positie van grote financiële stress kwam te verkeren. Toen de liquiditeit verslechterde als gevolg van de intrekking en inkrimping van handelskredietlijnen van banken en het onvermogen van Nyrstar om vervallende vooruitbetalingsregelingen te vervangen, maakte dit insolventie of een herstructurering tot de enige beschikbare opties voor de onderneming, ongeacht de waardering of de metriek. Dit standpunt werd bevestigd door vele onafhankelijke financiële adviseurs (JP Morgan, Rothschild’s, Grant Thornton, Duff & Phelps, Freshfields, A&O) en financiële analisten (in het bijzonder ABN AMRO).

• Trafigura heeft Nyrstar niet ‘voor een prijsje volledig [kunnen] inlijven en de operationele activiteiten overhevelen naar een nieuw bedrijf in het Verenigd Koninkrijk’. De herstructurering die plaatsvond, was het enige alternatief voor een faillissement. Trafigura investeerde meer dan 2 miljard euro in ruil voor de operationele ondernemingen van Nyrstar en – een essentieel punt dat in het opiniestuk opvallend genoeg wordt weggelaten – hun schulden.

De andere aandeelhouders bleven niet ‘verweesd achter met een lege schelp’. Trafigura, de banken en obligatiehouders stemden er op verzoek van de raad van bestuur van Nyrstar mee in om Nyrstar NV een belang van 2% in de operationele activa te laten, met een putoptie die voor 20 miljoen euro kan worden uitgeoefend. Dit is minstens 20 miljoen euro meer dan waarop de aandeelhouders recht zouden hebben gehad bij een faillissement, dat – zonder de steun van Trafigura, de banken en de obligatiehouders – onvermijdelijk en nakend was.

• ‘Het dossier Nyrstar/Trafigura is het zoveelste voorbeeld van een uitverkoop die niet alleen vele minderheidsaandeelhouders bekaaid achterlaat, maar ons ook op oneigenlijke wijze een multinational met zijn hoofdkwartier ontneemt‘ is fout, aangezien op het moment van de herstructurering het wereldwijde hoofdkantoor van Nyrstar in Zwitserland was gevestigd.

• Finally, Nyrstar’s investering in Ironbank is geen ‘recent nieuws’. Ironbank Zinc Limited is een ASX-genoteerde naamloze vennootschap waarin Nyrstar NV al sinds 2009 publiek aandelen bezit. Dit is geen nieuwe ontwikkeling die voor aandeelhouders verborgen werd gehouden, maar was al lang voor de herstructurering vrij beschikbare informatie. Het bezit van dit minderheidsbelang had overduidelijk geen invloed op de liquiditeit of solvabiliteit van de onderneming op het moment van de herstructurering.

Victoria Dix, Head of Media Relations – Corporate Affairs van Trafigura

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content