‘Gemeenten worden onvoldoende vergoed voor inzameling verpakkingsafval’
Producenten van verpakkingen moeten wettelijk gezien instaan voor de financiering van de selectieve inzameling, sortering en recyclage van het huishoudelijk verpakkingsafval. Maar ondanks deze wettelijke verplichtingen ligt een deel van deze kosten nog altijd bij de gemeenten. Dat blijkt uit onderzoek van Recover, een samenwerkingsverband tussen elf afvalintercommunales en de stad Antwerpen.
Elke producent die verpakkingen op de markt brengt, moet voldoen aan wettelijke recyclagedoelstellingen voor verpakkingsafval en de daarbij horende kosten dragen. “Deze producenten kunnen kiezen om hun verpakkingen zelf in te zamelen of zich aan te sluiten bij een collectief systeem zoals Fost Plus”, legt Jos Boeckx van intercommunale Ivarem woensdag uit.
Fost Plus is de organisatie die in België instaat voor het beheer van het overgrote deel van huishoudelijk verpakkingsafval. “Fost Plus neemt in dergelijk geval de verantwoordelijkheid van zijn leden over om aan te tonen dat ze hun wettelijke recyclagedoelstellingen halen”, aldus Boeckx.
De erkende en volledig te vergoeden basisscenario’s, die al meer dan 20 jaar oud zijn, voldoen volgens Recover niet meer aan de behoeften van de bevolking. “Fost Plus werkt voor de selectieve inzameling samen met de intercommunales en gemeenten. Samen organiseren ze de selectieve inzameling van pmd, papier en karton en glas. De wetgeving zegt dat Fost Plus de lokale besturen moet vergoeden voor de inzameling van die verpakkingen”, benadrukt Boeckx.
Logisch
Het is volgens Recover logisch dat gemeenten die kiezen voor een minder rendabel systeem van inzameling de kosten daarvan niet zomaar kunnen doorschuiven naar de producenten.
“Er bestaat echter al lang discussie over welke inzamelsystemen dan wel als basisscenario aanvaard zouden moeten worden, én volledig vergoed door de producenten. Zo dragen die laatste vandaag bijvoorbeeld niet de volledige kosten van de inzameling van verpakkingsafval via ondergrondse containers, of glasinzameling aan huis of de in sommige gemeenten ingevoerde ‘roze zak’. Allemaal inzamelsystemen die hun deugdelijkheid en efficiëntie bewezen hebben, maar die slechts vergoed worden volgens de referentiekost van het goedkopere basisscenario”, aldus Boeckx.
Referentiekost
Als de gemeente of intercommunale beslist om de inzameling van verpakkingsafval in eigen beheer uit te voeren, dat wil zeggen met eigen personeel en ophaalwagens, moeten Fost Plus en de gemeente of intercommunale volgens Recover de te betalen kosten in onderling akkoord bepalen. “Bij de onderhandelingen hanteert Fost Plus de referentiekost als een maximum te vergoeden kost in plaats van een minimum, wat logischer zou zijn. Die werkwijze brengt de vergoedingen van de intercommunales en gemeenten in een neerwaartse spiraal”, legt Boeckx uit.
Om een idee te hebben van de werkelijke kost van inzameling, vergeleek Recover de huidige berekening van de referentiekost met het gemiddelde van de ingediende offertes. Recover kwam tot de conclusie dat de referentiekost gemiddeld 17,8 procent hoger moet liggen. “Bij papier en karton onderschatten we deze kost het meest, namelijk 27 procent. Voor een gemeente of intercommunale die alle inzamelingen van verpakkingsafval in eigen regie uitvoert, bedraagt de huidige onderfinanciering zo ongeveer 1,50 euro per inwoner. Of voor een stad als Antwerpen 750.000 euro per jaar.”