Efeso Belgium, het best bewaarde geheim in de consultancy

Didier Brackenier en Marcia De Troyer leiden al twintig jaar Efeso Belgium, een consultancybedrijf dat focust op de begeleiding van veranderingstrajecten in industriële bedrijven. Solvay, Port of Antwerp Bruges, Elia, DSM zitten in de klantenportefeuille. De bezorgdheid over de Europese industrie neemt wel toe.

De transformatie van Port of Antwerp opstarten en uitrollen en vervolgens de fusie met Port of Zeebrugge vormgeven. Jarenlang de belangrijkste transformatieprojecten van bpost begeleiden. Het zijn slechts twee van de opdrachten die de voorbije jaren in het orderboekje van de consultant Efeso Belgium stonden, nochtans niet zo’n bekende naam. “Men noemt ons wel eens ‘het best bewaarde geheim in de wereld van de consultancy’. We hebben loyale klanten, maar we werken dikwijls op de achtergrond en we investeren weinig in naamsbekendheid”, zegt Didier Brackenier die samen met Marcia De Troyer en de andere leden van het managementteam in België een dertigtal consultants aanstuurt. “Wij zijn niet het type consultants dat enkel powerpointpresenties maakt. We laten het management van het bedrijf niet met de handen in het haar achter. Neen, wij voeren samen het plan ook uit en de klant mag ons afrekenen op de resultaten. We blijven tot de verbetering een feit is.”

Beiden zijn als specialisten in transformatieprocessen en veranderingstrajecten in industriële operaties al meer dan 25 jaar aan de slag in innovatie, productontwikkeling, productie en supplychain.

Enkel consulting dus, geen belastingadvies of accounting. In 2004 richtten Brackenier en De Troyer samen met twee andere vennoten Empact op. Om de slagkracht door sectorspecialisatie en door investeringen in digitale transformatie en industrie 4.0 te vergroten, ging het in 2015 op in de Europese Efeso. Die telt wereldwijd zo’n 1.000 consultants, verdubbelde de omzet in de jongst evier jaar tot 200 miljoen euro en is actief in meer dan 50 landen. Efeso Belgium haalde vorig jaar een omzet van 11 miljoen euro, boekte een ebitda van 929.000 euro en een nettowinst van 758.000 euro.

Praten met CEO en nachtploeg

Efeso Belgium werkt vooral voor industriële ondernemingen. “We focussen op zaken die we kunnen vastnemen”, zegt Didier Brackenier. “We zijn in staat het topmanagement te connecteren met de werkvloer. Voor bpost hebben we de transitie naar de volautomatische sorteercentra gerealiseerd en de performantie van de pakjesbusiness verbeterd. Ik praatte zowel met de CEO, Johnny Thijs, als met de nachtarbeiders in het sorteercentrum. Als je dat niet doet, zakken de slaagkansen enorm”. “Efeso komt vaak na de strategische consultants”, vult Marcia De Troyer aan. “We werken samen met het management om een plan met impact te maken, en zorgen ervoor dat het gerealiseerd wordt in nauwe samenwerking met het middenkader en de teams op de vloer. Er is een goede relatie met de vakbonden. Alleen dan haal je het beste resultaat.”

Dat de industrie in België onder druk staat, baart het duo zorgen. De Troyer: “Onderschat de situatie niet. Je hebt de hoge loon- en energiekosten. De druk op bedrijven om performant te zijn en voor duurzaamheid science based targets te halen wordt veel groter. SBT’s zijn op de wetenschap gebaseerde doelen die voor een grondige analyse van de uitstoot zorgen. Wij vechten samen met onze klanten om dat te realiseren. Vergeet niet dat Europa de eerste van de klas wil zijn richting klimaatneutraliteit. Maar als de rest van de wereld daarin niet meegaat, krijg je een competitief nadeel. En een industrie die in verdrukking komt, ondergraaft onze welvaart.”

Liever appartementen dan recyclagefabriek

Efeso Belgium kijkt met enig wantrouwen naar de internationale subsidierace. De VS gooien met de Inflation Reduction Act (IRA) met geld. “Om competitief te zijn hebben de Europese bedrijven nood aan een gunstige investeringscontext”, waarschuwt Marcia De Troyer, “Het zou al een goede stap zijn om bedrijven eerder te belonen dan te bestraffen. Onlangs waren een aantal start-ups in Antwerpen bij de grote industriespelers aan het polsen voor verdere expansie. Toen de IRA van kracht werd, is een meerderheid van die bedrijven naar de VS of Canada vertrokken. Een ander voorbeeld: op het Word Economic Forum in Davos werden baanbrekende Belgische innovaties gepresenteerd. Men wil dat hier opzetten, maar ze krijgen geen vergunning. Want die wordt lokaal toegekend door een burgemeester die liever een appartementsgebouw zet dan een recyclagefabriek.” “Om onze welvaart te behouden, moeten we beter samenwerken over de landsgrenzen én de bedrijfsgrenzen heen”, vult Didier Brackenier aan.

“Internationale groepen maken zich misschien minder zorgen, omdat ze kunnen bewegen. Daarnaast heb je bedrijven die echt aan het vechten zijn om de industrie hier te houden. Neem de voedingsindustrie die uitzonderlijke kwaliteitsnormen koppelt aan een hoge automatisatiegraad. Die is wereldtop. In Antwerpen probeert het havenbedrijf het voorbestaan van de chemische cluster te garanderen. Concurrenten werken daarvoor samen. Elke investering zoals die van Ineos telt en versterkt het ecosysteem.”

Europese verankering

Daarom wil Efeso niet te negatief zijn. Brackenier en De Troyer geven het voorbeeld van een consultancy-opdracht die geholpen heeft om een bedrijf in Europa te houden. Het gaat om DSM-Firmenich, actief in voeding, gezondheid, schoonheids- en verzorgingsproducten. Op de site in Franse Seclin houdt het zich voornamelijk bezig met innovatie, productie en combinatie van essentiële voedingsstoffen, smaak- en geurstoffen. Het bedrijf produceert er enzymes, een belangrijk basisingrediënt in de productie van brood, kaas, wijn, bier, yoghurt, …. Om te kunnen voldoen aan de stijgende vraag op de Europese markt moest DSM-Firmenich de output van de installaties in Seclin met minstens 40 procent te verhogen in maximaal twaalf maanden tijd. Brackenier: “In nauwe samenwerking met het management en de operationeel verantwoordelijken hebben we performantie van de site substantieel en blijvend verbeterd. De doelstelling werd overtroffen. De klanten vroegen om de output met 40 procent te verhogen. Na zes maanden zat het bedrijf al aan plus 65 procent. De mensen waren gewoon voortgegaan op het elan.” De site is nu één van de best presterende van de groep. Daardoor is een geplande vervangingsinvestering in de VS afgeblazen. De verankering in Europa werd voor lange termijn verzekerd.