Edwin Moses (CEO Ablynx): ‘Een overname door de verkeerde is het ergste dat kan gebeuren’
Edwin Moses staat als CEO al bijna twaalf jaar op de barricaden bij Ablynx. Het Gentse biotechbedrijf blijkt plots bijna 4 miljard euro waard. “Onafhankelijk zijn is leuk, maar de mogelijkheden die Sanofi biedt, zetten alles in een ander perspectief.”
In de wereld van de biotech kan het heel snel gaan. Begin dit jaar was CEO Edwin Moses er nog stellig van overtuigd dat Ablynx onafhankelijk zou blijven.
Maar behalve als er nog een spectaculair tegenbod komt, is het Gentse bedrijf dat wordt geroemd om zijn technologie op basis van nanobody’s (kleine antilichamen van lama’s), nog voor de zomer eigendom van Sanofi.
Het Franse farmaconcern legt 3,9 miljard euro op tafel voor Ablynx en tekent voor veruit de grootste overname in de geschiedenis van de Belgische biotech. Moses zal de integratie van Ablynx in Sanofi in goede banen leiden. Daarna neemt de 63-jarige Welshman afscheid van het bedrijf dat hij sinds 2006 met strakke hand leidt.
Hoe is het akkoord met Sanofi tot stand gekomen?
EDWIN MOSES. “Vorige zomer sloten we een akkoord om samen geneesmiddelen tegen ontstekingsziektes te ontwikkelen. Voor die deal deed Sanofi een boekenonderzoek. Zo leerde het veel over ons bedrijf. We sloten ons enkele dagen samen op in een hotelkamer in New York. Ik besef dat het wat klinkt als een sprookje, maar we hadden er gewoon een heel goed gevoel bij. We wisten dat ze interesse hadden om onze nanobody’s te testen voor andere ziektebeelden. We zouden daarover in januari vergaderen op de biotechconferentie van JP Morgan in San Francisco.
“Maar bij de start van die conferentie kondigde het Deense Novo Nordisk aan dat het een overnamebod had uitgebracht. Onze adviseurs namen meteen contact op met mogelijke witte ridders. Sanofi reageerde razendsnel. Het maakte meteen zijn topmensen beschikbaar en bood twee dagen later een superakkoord aan. Tegen het bod van Novo Nordisk waren we niet van plan te verkopen.”
Het bod van Novo Nordisk is het beste dat jullie kon overkomen?
MOSES. “Veel mensen gingen ervan uit dat we kwaad waren, maar zo zie ik het niet. Dat we dat bod publiek maakten, was ongebruikelijk, maar als je kijkt naar de geschiedenis van Novo Nordisk, zie je dat het de voorbije dertig jaar niets heeft overgenomen. Voor hen was dat nieuw.”
Dom?
MOSES. “Ongewoon. Het is gemakkelijk te zeggen dat ze niet heel slim bezig waren. Ze waren waarschijnlijk gefrustreerd, want ze hielden echt van ons belangrijkste programma, caplacizumab (een medicijn tegen de zeldzame bloedziekte TTP, dat dit jaar op de markt komt, nvdr). Dus deden ze een bod dat helaas niet de waarde van het bedrijf weerspiegelde.”
Hebt u sindsdien met Novo Nordisk gesproken?
MOSES. “Nee, en dat ben ik ook niet van plan. Ze hebben aangekondigd dat ze veel andere doelwitten najagen. Ik wens hen veel geluk daarmee.”
Als ik u zo hoor over die superpartner Sanofi, zou een tegenbod heel ongelegen komen?
MOSES. “Ik denk niet dat het een slechte zaak zou zijn, maar we focussen nu volledig op Sanofi. Volgens de Belgische regels mag iemand een hoger bod uitbrengen, maar dat is niet waar we naar kijken.”
U hebt eerder gezegd dat Ablynx het potentieel heeft om een wereldbedrijf als Amgen of Genentech te worden. Die deur sluit u nu wel.
MOSES. “We hadden jaren geleden een vergadering waar duidelijk werd dat het nachtmerriescenario voor de mensen hier was dat onze technologie niet zou worden vertaald in geneesmiddelen. Wat ik dus vooral goed vind aan dit akkoord, is dat het potentieel om met nanobody’s mensen te behandelen veel groter wordt. Het is leuk onafhankelijk te zijn, maar de mogelijkheden die Sanofi biedt, zetten alles in een ander perspectief.”
België is goed in onderzoek en ontwikkeling, maar misschien niet in verkoop en marketing?
MOSES. “Ik zie daar geen bewijs van. Wij hebben dat probleem alvast niet ervaren. We stonden dicht bij de lancering van ons eerste product. We zouden het zelf verkopen in Europa en de Verenigde Staten. Sanofi kan het nu wel beter verdelen in andere werelddelen.”
U hebt veel rechtstreeks onderhandeld met Olivier Brandicourt, de CEO van Sanofi.
MOSES. “Ja. Het laatste weekend van de onderhandelingen maakte hij zich heel de tijd vrij. We hebben heel wat uren samen in één kamer gezeten. Dat de topman van zo’n organisatie, die zo veel andere dingen aan zijn hoofd heeft, zich volledig inzet voor ons, geeft veel vertrouwen. Natuurlijk betekent dit verandering en maakt het onze mensen zenuwachtig. Ze vragen of hun baan veilig is.”
En?
MOSES. “Daar konden ze zelfs niet zeker van zijn als we onafhankelijk waren gebleven. Maar Ablynx is voortdurend gegroeid. Hier werken intussen 480 mensen. Spreek met om het even welke CEO in biotech en hij zal je zeggen dat de focus altijd ligt op talent. Binnen Sanofi zullen er veel kansen zijn voor onze mensen.”
Blijven het onderzoek en de ontwikkeling van nanobody’s in Gent?
MOSES. “Waarom zouden we die activiteiten verstoren? Dat zou zinloos zijn. Niemand kan iets zeggen over de verre toekomst, maar zoals er nu naar wordt gekeken, gaat de organisatie hier gewoon verder.”
Maar de naam zal allicht verdwijnen? Dat deed Sanofi ook met Genzyme in Geel.
MOSES. “Ik verwacht niet dat zoiets snel zal gebeuren. Maar op termijn is een naamswijziging inderdaad mogelijk.”
Hoe snel kan Ablynx worden geïntegreerd?
MOSES. “Brandicourt vroeg me meteen hoe hij ons kon helpen om goed te kunnen blijven werken. Mijn antwoord was ons zo veel mogelijk met rust te laten. We hebben zowat vier maanden voor de deal kan worden afgerond. Vanaf juni of juli kunnen we echt focussen op de integratie. Ik verwacht dat we daarin tegen het jaareinde grote stappen hebben gezet. Er zullen hier veel mensen van Sanofi komen die meer willen leren over nanobody’s en die met fantastische ideeën komen, omdat ze meer kennis van ziektes hebben dan wij. Niet verwonderlijk, er werken daar meer dan 100.000 mensen.”
Ablynx wordt overgenomen door een Frans bedrijf. Die kunnen zeer autoritair zijn. Had Ablynx niet beter gepast bij een Amerikaans bedrijf?
MOSES. “Het hoofdkwartier van Sanofi is gevestigd in Parijs, maar in zijn benadering is het uiterst internationaal. Vergeleken met andere Europese bedrijven, die ik niet zal noemen, hebben ze een Angelsaksische can do-stijl, Daarmee bedoel ik dat als je iets nodig hebt, je dat ‘s nachts of de dag erna al krijgt. Zo belde ik vorige zaterdagnacht met hun CFO. Zoiets zou onmogelijk zijn bij sommige andere farmabedrijven in Europa waarmee ik vroeger te maken had. En doordat ze via Genzyme al een productievestiging in Vlaanderen hebben, waren ze ook meteen mee toen we spraken over belastingtechnische zaken. Als je die wilt uitleggen aan een Amerikaans bedrijf, good luck!”
U hebt met Brandicourt ook gesproken over uw toekomst. Wat is het scenario?
MOSES. “Misschien ben ik anders dan anderen, maar ik denk niet eerst aan mezelf. Ik heb genoeg vertrouwen om iets te vinden waarmee ik me kan bezighouden. Ik heb vroeger al bedrijven verkocht waarvan ik CEO was, zoals Oxford Asymmetry. Ook toen was het duidelijk dat ik na de overname geen CEO meer zou zijn.”
U kunt blijven?
MOSES. “Ik ben niet van plan snel weg te rennen, ik heb het hier naar mijn zin. Ik heb me bij Olivier geëngageerd dat ik ervoor zou zorgen dat de transitie perfect zou verlopen. Ik zal er dus zijn als ze me eind dit jaar nog nodig hebben. Maar ik denk niet dat dit allemaal veronderstelt dat ik hier nog twee jaar blijf. De integratie zal veel sneller gebeuren.
“Kijk, ik heb lang geleden al geleerd dat een CEO vaak denkt dat hij cruciaal is voor zo’n integratieproces. Maar je leert zeer snel dat de organisatie heel goed verder kan zonder jou. Dat heb ik vaak ook ervaren toen mensen dit bedrijf hebben verlaten. Dan dacht ik: hoe kan ik in godsnaam zonder hen? Maar de dag nadien bleek dat alles bleef werken.”
Ablynx had twee opties: onafhankelijk blijven of overgenomen worden. Is deze weg de gemakkelijkste voor u?
MOSES. “Nadat ik elf jaar 24 uur per dag heb gewerkt, zou ik het niet omschrijven als gemakkelijker. Het is de juiste weg. We moeten flexibel zijn. We zouden ons als dinosaurussen hebben gedragen als we gewoon hadden weggekeken van dit bod.”
U hebt de reputatie niet de gemakkelijkste te zijn.
MOSES. “Je hebt weer met mijn vrouw gesproken, hè?” ( lacht).
Zij zei ooit dat u ook grumpy (knorrig) kunt zijn.
MOSES. “Grumpy, ik? ( Lacht). Ik ben juist heel leuk.”
Moet u als CEO van een biotechbedrijf niet koppig zijn?
MOSES. “Ik heb liever dat je vastberaden zegt. Koppig heeft een pejoratieve connotatie. Het zou betekenen dat ik niet wil luisteren en veranderen. Je moet altijd bereid zijn je mening te herzien. En je moet in biotech accepteren dat de ups en downs spectaculair kunnen zijn. Klinische tests slagen of mislukken, het is heel binair. Maar als je gelooft in je technologisch platform, zul je er geraken. Wij hebben onze ups en downs gehad, vaak niet door onze schuld, maar door externe beslissingen van partners die afhaakten. Maar daarmee moet je gewoon omgaan en voortwerken.”
Knorrig zijn is niet meer nodig. Alles loopt op wieltjes.
MOSES. “Ik raak nog altijd gefrustreerd als dingen niet snel genoeg gaan naar mijn zin. Ik wil dat de klinische tests sneller gaan en dat het registratieproces sneller verloopt. Dat ongeduld moet je hebben als baas in biotech. De mensen hier weten dat als ze zeggen dat ze iets zullen doen tegen volgende maandag, ik hen zal vragen of het al niet kan tegen vrijdag. Dat maakt deel uit van mijn werk, niet om belachelijk te doen, maar om te challengen.”
Wat was uw grootste gok sinds u bij Ablynx bent gekomen?
MOSES. “Verhuizen naar Gent ( lacht). Serieus, je gokt iedere keer als je in biotech manoeuvreert en je een klinische test voor een potentieel geneesmiddel start. Je moet bereid zijn risico’s te nemen. En toegegeven, ik houd van een gokje. Maak je geen zorgen, niet dat ik ‘s avonds laat de casino’s onveilig maak. In Groot-Brittannië hebben we de traditie van gokken op paardenraces. Dat deed ik al als student. Heel leuk, maar altijd op een kleine schaal. Ik zet geen huis in. Ik houd ervan hoe mensen berekenen waarom een bepaald paard moet winnen. En als ze verliezen, zeggen ze: volgende keer beter. Ik houd van dat eeuwige optimisme. Dat vind je ook in biotech. Je verliest, je vergeet en je gaat verder.”
Vroeger werd gedacht aan een fusie tussen Galapagos en Ablynx. Misschien had de combinatie Ablynx en argenx ook gekund. Dat bedrijf werkt ook met antilichamen van lama’s en het is even ambitieus.
MOSES. “Ik denk niet dat dit erg zinvol zou zijn. Het management van argenx komt trouwens van hier. Zij geloofden dat de gewone antilichamen van lama’s ook tot geneesmiddelen kunnen leiden. Niet dat we niet akkoord waren, maar we wilden ons volledig focussen op nanobody’s. Wat me wel deugd doet, is die spin-out van Ablynx-mensen, zoals die van Tim van Hauwermeiren naar argenx en Cedric Ververken naar Confo Therapeutics. Ablynx was een kleine businessschool voor CEO’s van biotechbedrijven en moet dus ook worden herinnerd voor de goede mensen die het heeft voortgebracht.”
Zijn de relaties met die CEO’s nog goed? Of neemt u het iemand als Van Hauwermeiren kwalijk dat hij vertrok?
MOSES. “Nee, hij is op een uitstekende manier vertrokken. Ik ben onder de indruk, want hij heeft het fantastisch gedaan, samen met de anderen die hier vroeger werkten.”
Er wordt druk gespeculeerd over wie als volgende wordt overgenomen.
MOSES. ( blaast) “Geen idee. Als je me zeven weken geleden had gevraagd of Ablynx overgenomen zou worden, had ik dat weggelachen. En hier staan we dan. Galapagos en argenx werken ook aan een onafhankelijke toekomst, maar ze zijn uiteraard ook aantrekkelijk.”
Niemand is veilig?
MOSES. “Iemand zei me dat overgenomen worden het ergste is wat kan gebeuren. Mijn antwoord was: volledig akkoord, als je wordt overgenomen door de verkeerde partner. Met de juiste is het perfect. Een slechte overname is wanneer je de verkeerde mensen hebt die het bedrijf overnemen voor de verkeerde redenen. Sanofi is het juiste bedrijf dat ons overneemt voor al de juiste redenen.”
U hebt nergens spijt van?
MOSES. “Na Oxford Asymmetry deed ik veel niet-uitvoerend werk. In 2004 werd ik voorzitter van Ablynx. We vonden maar geen CEO en in 2006 vroegen enkele durfkapitalisten of ik het zelf wilde doen. Ik had er eerlijk gezegd nooit aan gedacht. Ik herinner me dat ik antwoordde dat ik het aan mijn vrouw moest vragen. We waren een jaar daarvoor getrouwd. Ze zei: dat zou leuk kunnen zijn, waarom niet? Het was pas toen ik eraan begon dat ik besefte hoeveel ik het had gemist fulltime actief te zijn in een bedrijf.”
U strijkt door de overname ruim 23 miljoen euro op, alleen al aan aandelen. Wat verandert dat voor u?
MOSES. “Niets. Ik had al het voordeel dat ik succes had in andere biotechbedrijven voordat ik bij Ablynx kwam. Wij zullen dus niets anders doen dan we voordien al deden. Ik ga graag met mijn vrouw op restaurant, ik ga minstens een keer per jaar skiën en ik houd van een zomervakantie. Ik doe dit niet voor het geld.”
Geen extravagante bezigheden voor u?
MOSES. “Ik heb een fiets en twee honden, dat is het zowat. Ik kom uit een eenvoudig arbeidersgezin. Mijn ouders werkten in fabrieken. Ik heb in beide fabrieken een zomer lang gewerkt om me eraan te herinneren dat ik dat nooit wilde doen. Ik heb heel hard gewerkt om dat te vermijden. We hadden thuis geen vakantie, geen auto, zelfs geen telefoon. Dat klinkt zielig, maar ik heb die zaken nooit gemist. Wij hadden een goed leven. Het enige wat ik wilde toen ik in bedrijfsleven stapte, is geen schulden hebben. Dus toen ik voor het eerst geld verdiende, in 1998, loste ik mijn hypotheek af. Sindsdien heb ik nooit meer schulden gemaakt, fantastisch.”
U kunt nu uw kennis en ervaring ten dienste stellen van andere bedrijven, als bestuurder.
MOSES. “Dat heb ik al gedaan, voor mijn Ablynx-periode. Mijn vrouw en ik overwegen trouwens een yogastudio of een restaurant te starten. Ik beoefen al zes jaar bikramyoga (waarbij oefeningen worden uitgevoerd bij 40 graden Celsius en in een verhoogde luchtvochtigheid, nvdr). Iedereen heeft zo zijn manier van ontspannen, en dit werkt. Ik denk dat zo’n studio uitbaten heel leuk zou zijn. Of een restaurant kopen en uitbaten. Als ik niet zo grumpy zou zijn, zou ik het onthaal kunnen doen ( lacht). En ik kan niet koken, maar misschien kan ik het managen. Ik moet zien hoe ik me nuttig kan maken. Maar we zijn niet gehaast. Biotech is geweldig, maar voor mij hoeft het echt geen biotech te zijn. Er zijn nog andere dingen in het leven.”
Regel nummer één: cash
“We hebben er constant op gelet dat we veel cash hadden”, zegt Edwin Moses. “Als we dan een probleem hadden, hoefden we ons geen zorgen maken over hoeveel we op de bank hadden staan. Vaak zie je dat kleine biotechbedrijven net genoeg geld ophalen voor de volgende stap. Als die tegenvalt, moeten ze terug naar hun investeerders stappen. Die hebben je dan bij de keel. Veel Amerikaanse biotech-CEO’s zorgen agressief voor financiële zekerheid. Volgens mij zijn ze daardoor succesvoller.”
“Mijn boodschap is dat je als CEO moedig moet zijn als je kapitaal ophaalt en dat je niet zomaar moet inbinden als een investeerder niet over de brug komt. Er is niets mis mee dat je ambitieus bent. Soms zie je dat Amerikaanse CEO’s luidkeels aankondigen dat ze de beste zijn, terwijl ze niets in handen hebben. Daar moeten wij van leren. We moeten geen gebakken lucht verkopen, maar kunnen wel beter worden in Europa in het verkopen van onze deals.”
Oost-Europa, twintig jaar geleden
Ondanks het groeiend aantal succesverhalen ziet Edwin Moses nog ruimte voor verbetering in de Vlaamse biotechsector. “We moeten de ambitie blijven aandrijven. De sectorfederatie in Vlaanderen is soms te veel naar binnen gericht en neemt niet altijd het heft in handen. Dit is een technologiepark dat wordt beheerd door de universiteit. Maar kijk naar de bordjes die de weg naar de bedrijven aangeven. Je kunt amper de naam Ablynx lezen als je hier arriveert, terwijl we toch spreken over een topbedrijf.”
“Als je hier rondrijdt, voelt het voor een stuk alsof je je bevindt in het Oost-Europa van twintig jaar geleden. Een hightechcampus in de Verenigde Staten ziet er heel anders uit. De presentatie behoort tot de essentie van een bedrijf. Toen we naar dit gebouw verhuisden, moesten we zelfs vechten om de naam Ablynx op de gevel te krijgen.”
Het prachtigste schilderij
“Ik moest intern uitleggen waarom Novo Nordisk 28 euro per aandeel bood, en Sanofi 45 euro”, zegt Edwin Moses. “Kijk, als je Bill Gates heet, je het prachtigste schilderij ziet en je dat absoluut wil voor je woning, begin je niet met een laag bod in de hoop een koopje te kunnen doen. Met Sanofi hebben we een groot farmabedrijf dat iets unieks ziet, en dat dus niet gaat bikkelen over een euro hier en daar. Als je gelooft dat die aankoop strategisch belangrijk is voor je bedrijf, is de prijs niet het belangrijkste.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
Ablynx
-
Maatschappelijke zetel:
Zwijnaarde
-
Sector:
Farmaceutische nijverheid
-
Toegevoegde waarde:
186276129