‘De rekruteerder dacht niet dat een vrouw de juiste kwaliteiten kon bezitten’
Raden van bestuur zijn niet langer voorbehouden voor rijke, blanke mannen in een krijtstrepen kostuum. Meer dan een kwart van de bestuursleden in beursgenoteerde bedrijven is ondertussen een vrouw. De wettelijk opgelegde quota werken dus, maar ze blijven – momenteel – nodig. Wij spraken met drie vrouwen aan de top.
‘Een vrouw is onvoldoende. Je moet er ministens drie hebben’
Trees Paelinck is General Manager bij Women on Board, een netwerk dat al tien jaar ijvert voor meer vrouwen in raden van bestuur. Ze is vier jaar lid van de raad van bestuur van Fairtrade Belgium, waarvan drie als voorzitter.
‘Een divers team is een winnend team’, zegt Paelinck. ‘Verschillende visies leiden tot betere bedrijfsresultaten en zorgen ervoor dat iedereen zijn talenten ten volle kan ontwikkelen.’
Volgens Paelinck is drie het magische getal. Dat blijkt uit verschillende internationale studies. Wat ze daar net mee bedoelt? Voor een vrouw in een raad van bestuur is die minderheidspositie niet optimaal. ‘De meerderheid neemt altijd het voortouw. Als enige vrouw in de raad van bestuur is het dan erg moeilijk om je visie door te drukken. Je wordt overrompeld of kan in de hoek worden gezet.’
Dat geldt niet alleen voor vrouwen, maar ook voor andere minderheidsgroepen. Denk daarbij aan jongeren, of personen met een andere etnische achtergrond. Pas wanneer zij met drie zijn, voelen ze zich samen anders, sterker. Dan zullen ze zich als een volwaardig lid van de raad van bestuur gedragen én zo behandeld worden. Pas dan wordt de diversiteit een echte sterkte.
Grote uitdaging
In 2011 werden quota ingevoerd voor het aantal vrouwen in de raad van bestuur van beursgenoteerde bedrijven. Minstens een op drie moet vrouwelijk zijn. Na een lange aanpassingsperiode kunnen bedrijven sinds januari 2019 ook bestraft worden als ze niet aan het quotum voldoen.
Uit principe is Paelinck tegen dat soort quota. ‘Zo’n verplichting ligt altijd moeilijk’, zegt ze. ‘Maar het heeft gewerkt. De beursgenoteerde vennootschappen voldoen nu aan de verwachtingen. Bij andere bedrijven ligt het soms nog moeilijk. Dat blijft een grote uitdaging.’
Waarom? Omdat leden van de raad van bestuur of aandeelhouders, uit gewoonte of omdat ze minder vrouwen in leidinggevende functies kennen, spontaan eerst aan mannen denken. Bijvoorbeeld bij het nemen van beslissingen, de financiële projecties of strategie bepalen.
Dat merkte Paelinck twee jaar geleden zelf. Een industrieel bedrijf was toen op zoek naar een nieuw bestuurslid en had een gesprek bij Women on Board. ‘Kijk, de industriële wereld is nog altijd overwegend mannelijk. De man die de aanwerving coördineerde, zei dat hij niet dacht een vrouw te vinden met de nodige ervaring en kwaliteiten. Dat is net het interessante: die vrouwen zijn er zeker en zouden vanuit hun ervaringen nieuwe en andere insteken kunnen geven dan de homogene groep mannen die de raad al telde.’
Gelukkig is dat ondertussen een minderheid geworden. ‘Vriendjespolitiek bij het samenstellen van de raad van bestuur is tegenwoordig uit den boze. De zoektocht naar leden verloopt nu veel professioneler en ernstiger’, aldus Paelinck.
Meer dan softe thema’s
Dankzij de quota zitten er tegenwoordig systematisch meer vrouwen in raden van bestuur. Volgens de General Manager is er daardoor meer ruimte voor bijkomende aandachtspunten, zoals talent management, de werkcultuur en lange termijnvisies binnen de bedrijven. Zijn dat per se softe thema’s? Allerminst. Vrouwen hebben ook oog voor nieuwe innovatieve technieken en technische processen. Het bedrijfsleven draait tegenwoordig om meer dan de financiële eindbalans. En vanuit dat oogpunt is voor vrouwen een belangrijke rol weggelegd.
Uit onderzoek van Women on Board blijkt nog dat een overgrote meerderheid van de Belgen voorstander is van een gelijke verdeling tussen mannen en vrouwen in raden van bestuur. ‘Bedrijven die weigerachtig staan tegenover vrouwen, kunnen dus beter twee keer nadenken bij hun volgende aanwerving. We krijgen heel veel positieve feedback van vennootschappen die overstag gegaan zijn. Zelfs bij personen die eerst – misschien onbewust – vooroordelen hadden.’
Bovendien reikt deze discussie over de aanwezigheid van vrouwen in het bedrijfsleven veel verder dan de bestuursvergaderingen. ‘Ook in directiecomités en andere topfuncties zijn vrouwen ondervertegenwoordigd. Daar is een op vijf een vrouw. Dat is dus het volgende werkpunt. We zijn op de goede weg, maar ze is nog lang.’
‘Het gaat niet om wie het hardst roept’
Veerle Limbos is Head of Global Channel Business Alignment bij IT-bedrijf Fujitsu. Sinds februari 2018 zetelt ze in de raad van bestuur van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW). Daarnaast zit ze ook in de algemene raad van de Antwerp Management School.
‘Als een bedrijf mij zou bellen om in een raad van bestuur te zetelen, alléén omdat ik een vrouw ben, dan wil ik dat gesprek zelfs niet voeren.’ Limbos zegt het stellig. ‘Binnen het VMSW heb ik de professionele aanwervingsprocedure doorlopen: cv opsturen, selectiegesprekken voeren, … Ik ben aangesteld dankzij mijn competenties. Niet op basis van mijn geslacht.’
Ook Limbos is tegen de opgelegde quota. ‘Maar vrouwen mogen gestimuleerd worden om zich kandidaat te stellen voor openstaande vacatures. Veel bedrijven vertrouwen nog altijd op hun bestaande netwerk. Als dat erg mannelijk is, dan is het logisch dat zij moeilijk vrouwen kunnen bereiken. Bovendien moet een raad van bestuur waken over een goede representatie van de maatschappij. De meeste bedrijven hebben ook een grote vrouwelijke doelgroep.’
Denk bijvoorbeeld aan een lingeriemerk met een volledig mannelijke raad van bestuur. Zij kennen de verzuchtingen in de paskamer niet en laten zo kansen liggen.
Daarom lijkt het ook gek dat er nog altijd raden van bestuur bestaan met uitsluitend mannen leden. ‘Ik ben zelf nooit terechtgekomen in een raad van bestuur met enkel mannen. Ik vermoed dat zij blijven vissen in hun bestaande netwerk, dat waarschijnlijk dominant mannelijk is. Bovendien geeft een raad van bestuur nog altijd een zeker aanzien. Ook dat is misschien aantrekkelijk voor sommigen.’
57-jarige blanke man
Limbos is ervan overtuigd dat het niet alleen om het geslacht draait, maar ook om leeftijd, etniciteit, reputatie, ervaring. Het gemiddelde lid in een raad van bestuur is een blanke man van 57 jaar. ‘Zij kijken allemaal op dezelfde manier naar een probleem. Breng variatie in de samenstelling en je krijgt een andere discussie.’
Ze illustreert het aan de hand van de digitale transformatie. ‘Laat dat over aan de jongere generatie. Twintigers en dertigers zijn opgegroeid met computers, apps en besturingssystemen. Zij kennen daar veel meer van, zullen dat bijgevolg beter kunnen uitleggen en overbrengen. Gebruik de talenten die voorhanden zijn. Een goede raad van bestuur vult elkaar aan.’
Net als mannen, kiezen vrouwen in hogere functies vaker voor een zitje in een raad van bestuur. Waarom? ‘Ik besefte dat ik mijn blik weer wilde verruimen. Zo kon ik mijn kennis uit de bedrijfswereld delen, en zelf nieuwe kennis opdoen. Dat werkt complementair. Mijn kennis uit de privésector gebruik ik binnen de VMSW, een overheidsorganisatie. Mijn toevoeging? Vanuit mijn achtergrond in de privé stel ik andere vragen dan iemand die na twintig jaar overheid een tunnelvisie heeft ontwikkeld.’
Dan moeten vrouwen het toch iets anderen aanpakken dan mannen? ‘Ik denk dat vrouwen vanuit een andere invalshoek naar problemen kijken en daardoor andere oplossingen kunnen aanreiken. Het draait bij ons niet om wie het hardst roept’, besluit Limbos.
‘De poule talentvolle vrouwen is groot’
Catherine Rutten is CEO van Pharma.be, de koepelorganisatie van ruim honderddertig innovatieve farmabedrijven in België. Ze zetelt in de raad van bestuur van Women on Board en sinds april ook in die van telecombedrijf Proximus.
Bij Proximus zetelen ongeveer evenveel mannen als vrouwen in de raad van bestuur, zegt Rutten, en daar is ze erg trots op. ‘Dit is het bewijs dat er perfect aan het opgelegde quotum kan worden voldaan. Een derde vrouwen in de raad van bestuur is zeker haalbaar, dat kan zelfs nog beter.’
Voor Rutten aan het hoofd van Pharma.be kwam, werkte ze aan de balie, binnen de Britse telecomsector en bij onze nationale telecomregulator BIPT. ‘Maar ik vond het belangrijk om meer te doen. Om actief deel uit te maken van andere bedrijven en organisaties.’
Begeleiding en vorming
De ervaring die ze in het verleden opdeed, wil ze nu overbrengen via de raden van bestuur. En besturen wil ze goed doen. Daarom volgde ze opleidingen bij Guberna, het Belgisch Instituut voor Bestuurders dat ondernemers helpt om goed te besturen. ‘Dat kan ik iedereen aanraden. Eigenlijk zouden alle bestuurders begeleid en goed gevormd moeten worden. Zetelen in een raad van bestuur brengt immers heel wat werk met zich mee en vraagt veel voorbereiding. Het is een meerwaarde om daarop te anticiperen.’
Ook Women on Board verzorgt zulke opleidingen. ‘Er is een groep Women on Track: deze vrouwen krijgen begeleiding op weg naar een zitje in een raad van bestuur. Zij komen nadien terecht in de poule van Board Ready Women die klaar zijn om een mandaat op de te nemen. Die groep bestaat al uit zo’n 290 vrouwen.’
Als bedrijven, vennootschappen of organisaties dus op zoek gaan naar competente kandidaten, weten ze dat die poule een grote vijver is om in te vissen. Maar ook Rutten benadrukt nogmaals dat het niet om het geslacht draait, wel om de kandidaat met de beste kwaliteiten voor de vacante positie. ‘Die poule bevestigt simpelweg dat er voldoende talentvolle vrouwen beschikbaar zijn. En ze zijn makkelijk te bereiken. Niemand kan zich nog achter dat excuus verstoppen.’
Dit zijn de best gelezen artikels van 2019 op TrendsStyle.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier