Christian Reinaudo (CEO Agfa-Gevaert): ‘Wat betekent dat, vette jaren?’

Christian Reinaudo staat zeven jaar aan het hoofd van het beursgenoteerde Agfa-Gevaert. Nu de fundamenten van de beeldvormingsgroep weer stabiel lijken, blikt de Fransman vooruit. Zijn werk is nog niet af. “Nu moeten we onze groeimotoren versterken”, zegt de CEO.

De feestvlaggen wapperen aan de hoofdzetel van Agfa-Gevaert in Mortsel. Het is in september 150 jaar geleden dat de eerste Agfa-fabriek in Rummelsburg, bij Berlijn, werd opgericht. Die lokale producent van verven en kleurstoffen was de bakermat van wat zou uitgroeien tot een mondiale beeldvormingsgroep.

Vandaag is Agfa wereldwijd actief met meer dan 10.000 medewerkers. In 2016 boekte de groep 80 miljoen euro nettowinst op een omzet van 2,5 miljard euro. Agfa Graphics, met een breed aanbod voor drukkers, is de grootste divisie van de groep, goed voor bijna de helft van de groepsomzet. Agfa HealthCare, actief in medische beeldvorming en IT-systemen voor ziekenhuizen, genereert 43 procent van de omzet, en de businessunit Specialty Products (met onder meer polymeren en synthetisch papier) tekent voor 7 procent.

Sinds 2010 leidt de Franse ingenieur Christian Reinaudo de complexe groep. De CEO moest onder meer afrekenen met hoge schulden, zware pensioenlasten, krimpende markten, volatiele grondstoffenprijzen en sociale onrust. Vandaag is heel wat puin geruimd. De omzet is meer gestabiliseerd, de rendabiliteit opgekrikt en de schulden weggewerkt. Reinaudo, een zestiger, denkt nog niet meteen aan uitbollen. Zijn grootste opdracht voor de komende jaren is groei realiseren.

Hoe gaat het met Agfa? De economie doet het goed, maar het eerste kwartaal stelde teleur. De winst daalde met 23 procent.

Christian Reinaudo: “We zitten in een langdurige, vrij complexe transformatie. Het ene kwartaal kan beter zijn dan het andere, je moet kijken naar de onderliggende tendens. Het eerste kwartaal werd verpest door onze filmactiviteit in de medische divisie in China. Het gaat om één land, één business. Dat zal nog een tijdje spelen, want we reorganiseren daar ons distributiesysteem. De markten reageerden nerveus, maar dat is niet verontrustend. Onze basis blijft solide. Onze groeimotoren draaien goed en genereren meer winst. Maar het is nog niet gedaan. Een belangrijk deel van onze activiteiten zit in een structureel dalende markt. Ons doel om binnen twee jaar weer aan te knopen met groei, blijft overeind.”

Bent u ongerust over de volatiele grondstoffenprijzen?

Christian Reinaudo: “We zijn dat gewoon. De zilverprijs is geen grote zorg omdat we veel minder zilver gebruiken dan vroeger. We hebben ook geleerd uit de crisis van 2010-2011. We werken met contracten waarmee we ons beschermen tegen belangrijke prijsfluctuaties. Voor aluminium is het anders, die prijs is aan het stijgen. Met bepaalde klanten zijn we contractueel ingedekt, maar we blijven blootgesteld. Het komt erop aan slim in te kopen.”

De eerste Agfa-fabriek is 150 jaar geleden opgericht. Hoe ziet u de toekomst van de groep?

Christian Reinaudo: “De groep is nu beter gewapend voor de toekomst dan voorheen. De jaren 2008-2011 waren moeilijk met de economische crisis en de zilverprijs die door het dak ging. Sinds 2011 hebben we heel wat werk verricht. We zijn klaar voor de toekomst. We hebben de financiële schulden aangezuiverd, de winstgevendheid verbeterd en gewerkt aan verschillende processen van de groep. Ook onze producten hebben we goed uitgewerkt. Onze klanten evolueren naar meer digitale technologie. Dat hebben we goed begrepen. De helft van de producten die we nu verkopen, bestond drie jaar geleden niet.”

De tech-entrepreneur Peter Hinssen sprak op het verjaardagsfeest. Heeft Agfa meer behoefte aan een start-upcultuur om mee te zijn met de digitale toekomst?

Christian Reinaudo: “In Agfa HealthCare werken we met procedures die geïnspireerd zijn op wat start-ups doen. In de innovatieweek organiseren we ook hackatons om te experimenteren met nieuwe systemen. We werken met microkredieten om innovatieve ideeën uit te werken. En we hebben een ideeëngenerator gelanceerd. Wat kan beter? Hoe kunnen we creatiever zijn? Neem de inkten, waarmee het 150 jaar geleden begon. Hoe kunnen we onze kennis in nanotechnologie inzetten om betere inkten te produceren? Technologisch zijn we echt een innovatief bedrijf. Agfa is de op een na grootste patentaanvrager in België. Door innovatie zijn we de leider in verschillende markten. Als je actief bent in Europa, kun je niet alleen spelen op de prijs, je moet echt kwaliteit en meerwaarde brengen om het verschil te maken. Op dat gebied doet Agfa het goed.”

U staat zeven jaar aan het hoofd van Agfa. Hoe kijkt u terug op die zeven magere jaren?

Christian Reinaudo: “Er zijn verschillende manieren om op die periode terug te kijken. Ik ben een optimistische fatalist. Voor zaken waar ik geen impact op heb, ben ik een fatalist. Kijk naar de zilver- en aluminiumprijs. Het bedrijf moet de prijsevoluties van die grondstoffen ondergaan. Ik ben optimistisch over de oplossingen die we hebben gevonden voor onze problemen.

“De complexiteit waarmee een CEO van Agfa wordt geconfronteerd, kan niet overschat worden. We zijn actief op zeer verschillende markten en het bedrijf kent ook heel wat complexiteit in zijn financiële balans. Met de pensioenverplichtingen in verschillende landen, financiële schulden, onderhandelingen met de banken. We hebben een kapitaalverhoging tot een goed einde gebracht. Ook technisch is het complex, maar daar hou ik van, ik ben een ingenieur. Anderzijds heb ik ook heel wat fabrieken moeten sluiten in die jaren.

“Er waren hoogtes en laagtes. We hebben opnieuw een evenwicht gecreëerd voor de groep. Dat is mooi werk, maar dat is niet alleen mijn verdienste. De mensen die hier werken beantwoorden de vele uitdagingen op een buitengewone wijze.”

U blijft aan boord, uw taak zit er nog niet op?

Christian Reinaudo: “Ik wil graag mijn taak volbrengen. Langs de ene kant is dat Agfa stabiliseren. Aan de andere kant is het mijn taak het bedrijf in al zijn componenten duurzaam solide te maken. Vandaag zijn we solide, maar onze groeimotoren moeten sterker worden. Een probleem met de films in China volstaat voor een minder goed kwartaal, en dat heeft gevolgen voor de omzet van de hele groep. Voordat ik sereen kan vertrekken, moet de groep gestabiliseerd zijn. De volatiele elementen moeten eruit.”

U hebt moeilijke jaren gekend met de vakbonden. Hoe is het sociaal klimaat in het bedrijf nu?

Christian Reinaudo: “Dat moet je in de fabrieken vragen. Van bepaalde mensen zul je horen dat we streng en hard zijn. Het is waar dat we de teugels niet laten vieren en de kosten in de hand houden. We moeten dan ook een bedrijf leiden dat nog altijd krimpt. Maar er zijn geen grote conflicten. We proberen onze strategie zo goed mogelijk te communiceren. Wat we gaan doen, kondigen we op voorhand aan. Er zijn geen verrassingen. We proberen de herstructureringen op een sociaal verantwoordelijke manier door te voeren.”

U bent optimistisch, maar de vette jaren komen niet meer terug?

Christian Reinaudo: “Het hangt ervan af wat u de vette jaren noemt. Als de vette jaren de jaren van de analoge fotografie waren toen Agfa een van de grote spelers was, dan klopt uw stelling. Maar dat is zo voor heel veel bedrijven. Er zijn maar weinig ondernemingen die jaarlijks een cashflow genereren zoals Apple dat doet. Wat betekent dat, vette jaren? Ik denk dat de volgende tien jaren voor Agfa beter zullen zijn dan de jongste tien.”

2016 was een sterk jaar, maar de omzet bleef dalen. Hoe kan Agfa weer aanknopen met groei?

Christian Reinaudo: “Dat is niet gemakkelijk. Een groot deel van onze omzet en onze cashflow komt nog van onze historische activiteiten en die zijn nu eenmaal dalend. Het is geen strategische fout dat we producten maken voor drukkers en radiologen. We moeten een groeiritme vinden in de nieuwe activiteiten om de erosie te compenseren. We moeten de groeimotoren snel genoeg laten draaien om de groep voort te transformeren in de goede richting. Innovatie is van groot belang.”

Beschikt Agfa over voldoende groeimotoren?

Christian Reinaudo: “Het aantal groeimotoren telt niet, het gaat om de kracht van de motoren. De IT-oplossingen voor de ziekenhuizen doen het heel goed. Ook in de medische beeldverwerking zijn we top. Dat stelt me gerust. De andere groeimotoren zijn nog wat fragiel. In de grafische-inkjetmarkt hebben we nog wat achterstand in te lopen op de concurrentie. Een derde groeimotor zijn onze systemen voor digitale radiografie. Bij mijn aantreden in 2008 hadden we geen aanbod in dat segment. We zijn daarmee onmiddellijk gestart in 2009. Onze vierde groeimotor is nog klein, dat is alles wat met chemie te maken heeft. Het gaat om synthetisch papier, producten voor de elektronicasector. Als je een scherm van een iPhone aanraakt, kom je in contact met een Agfa-product. Op een dag zal een van die niches uitgroeien tot een grote activiteit. We investeren jaarlijks ongeveer 10 miljoen euro in O&O voor Specialty Products.”

Groeien kan ook door overnames. Is het nu een goed moment voor een acquisitie?

Christian Reinaudo: “Ja en nee. Agfa heeft een belangrijke sociale schuld, de pensioenverplichtingen. Dat pakket is vandaag volledig beheersbaar in termen van cashflow. Het is geen gigantisch probleem, maar toch willen we geen nieuwe schulden aangaan. In theorie zouden we 500 miljoen euro kunnen uitgeven aan een overname. Maar dat zou de groep opnieuw verzwakken. Als er dan iets onverwachts gebeurt, riskeert ze een klap. Onze capaciteit om overnames te doen is dus gelimiteerd tot de cashflow van de groep, jaarlijks 60 à 80 miljoen ongeveer. Met dat bedrag kun je geen snelle transformatie realiseren. Overnames zijn zeker een instrument om groei te realiseren, maar niet het belangrijkste. We zoeken kleine, slimme acquisities, dat is onze strategie. We zijn geen acquisitiemachine. We creëren vooral groei met onze innovatiecapaciteit. De twee samen doen, is moeilijk.”