China blijft grootste nepproducent
Naarmate China rijker en innovatiever werd, zou het minder namaken, zo werd aangenomen. Dat dacht u maar!
Als u onlangs schoenen van Ferragamo kocht, bevond zich in de doos meer dan alleen maar elegant schoeisel. In de zool van de linkerschoen zit namelijk een passieve RFID-tag (radio-frequency identification, identificatie met radiogolven). Een zender-ontvanger kan een signaal sturen naar de tag en de reactie opvangen. Enkel authentieke Ferragamo-schoenen sturen de juiste respons terug. RFID’s zijn het jongste wapen van de Italiaanse schoenfabrikant in zijn campagne om zijn merk te behoeden voor namaak. De onderneming zegt dat ze, alleen al vorig jaar, tienduizenden advertenties voor vervalsingen van onlineveilingsites liet schrappen. Ze recupereerde of herriep 140 domeinnamen en websites die, naar eigen zeggen, een inbreuk pleegden op haar copyright. De meeste daarvan hoorden toe aan Chinese burgers of firma’s.
Het is al langer geweten dat vervalsingen en piraterij een reusachtige wereldwijde business uitmaken. Een rapport dat de OESO op 18 april uitbracht, laat verstaan dat, ondanks de invoering van dergelijke hoogtechnologische tegenmaatregelen, die business nog veel groter is dan gedacht. Het vorige rapport dateert van 2008. Het daaropvolgende jaar werd het geactualiseerd met gegevens van 2007. Het bepaalde toen de waarde van de grensoverschrijdende handel in namaakproducten op 250 miljard dollar of 1,8 procent van het totale goederenverkeer. Het jongste rapport schat dat die cijfers tegen 2013 opgeklommen zijn tot 461 miljard dollar en 2,5 procent.
Een deel van die stijging was voorspelbaar: de wereldhandel heeft zich na de financiële crisis herpakt en het is normaal dat de illegale handel dat ook gedaan heeft. Piotr Stryszowski, de hoofdauteur van het rapport, zegt dat hij zo’n hoge procentuele toename niet verwacht had. Die kan misschien toegeschreven worden aan betere data. Hij is niettemin van oordeel dat de stijging reëel is. De opkomst van e-commerce heeft het veel makkelijker gemaakt vervalsingen te verkopen en te verplaatsen. Bijna twee derde van de goederen die in beslag genomen worden, zijn postzendingen, meestal van goederen die online gekocht werden.
Geen wettelijk kader
Namaak en piraterij bestrijken een immense waaier, van synthetische kaneel tot valse Louis Vuitton-koffers en kopieën van de meest minutieus geprogrammeerde computersoftware ter wereld. Sommige makers en verdelers zijn regelrechte gangsters. Onderzoeken in de Verenigde Staten, Canada en Zweden hebben motorbendes gelinkt aan nepmedicijnen, meer bepaald middelen om erectiestoornissen te behandelen. Anderen zijn dan weer slinkse ondernemers. Een Chinese vrouw die ervan beschuldigd werd voor miljoenen dollars valse luxemerkproducten verkocht te hebben, werd vorig jaar aangetroffen in een rustig voorstadje in Californië, waar ze studeerde voor een universiteitsdiploma.
Afgaand op het aantal inbeslagnames door de douane was schoeisel de meest getroffen sector tussen 2011 tot 2013. Andere populaire artikelen voor oplichterij waren onder meer kleding, elektrische apparaten, lederwaren en horloges. Het land dat het meest te maken krijgt met merkinbreuken is natuurlijk de VS. Daarna komt Italië, een land dat geruime tijd bekend stond voor de aanmaak van namaakproducten, maar dat ook vele van de meest gegeerde merken ter wereld herbergt.
De globalisering maakt het voor trafikanten makkelijker om de ambtenarij de loef af te steken, zegt Candice Li, vicepresident van de lobbygroep International Anti-Counterfeiting Coalition (IACC). “Er bestaat geen internationaal wettelijk handhavingskader om het probleem aan te pakken”, zegt ze. Vervalsers kunnen onderdelen maken in één land, het product assembleren in een ander en het verpakken in een derde zonder in een van die landen de wet te overtreden.
En zelfs als de wet overtreden wordt, zijn de risico’s beperkt. “Er zit niemand in de gevangenis omdat hij valse shampoo of bouillonblokjes over de grens bracht”, zegt Hans Schwab, de oprichter van de website Illicit Trade Monitor. “Kartels in Zuid-Amerika verschuiven stilaan naar de namaak van consumptieartikelen omdat het lucratiever is en omdat steekpenningen of snelle boten en vliegtuigen dan niet langer nodig zijn.”
Het is niet gemakkelijk de oorsprong van internationaal verhandelde namaak of plagiaat te achterhalen. De verdelers zigzaggen door de wereld. Een lading van een nagemaakte versie van het kankermedicijn Avastin die in 2012 aangetroffen werd in de Verenigde Staten was door Turkije, Zwitserland, Denemarken en Groot-Brittannië gekomen. Vrijhandelszones genieten veruit de voorkeur als doorgangspunten, evenals pover geregeerde of door oorlog verscheurde gebieden, zoals Afghanistan, Syrië en Jemen.
China is sterproducent
Hoe dan ook, de gegevens van de inbeslagnames bevestigen Stryszowski’s conclusie dat “China de superproducent is in bijna elke sector”. Hongkong meegerekend, lag het aan de basis van 84 procent van de gevallen (zie grafiek). Ter vergelijking: in 2013 bedroeg het Chinese aandeel in de globale export van fabricaten slechts 17 procent. Een ander rapport, dat deze maand gepubliceerd werd door de Amerikaanse douane, noemt China ook als de primaire bron. Gesteld wordt dat het verantwoordelijk was voor meer dan de helft van de 1,35 miljard dollar aan vervalste producten die de dienst in het recentste belastingjaar in beslag genomen heeft.
Af en toe worden Chinese klanten ook het slachtoffer van buitenlandse fraudeurs. Chinese wijnverzamelaars waren de uitverkoren doelwitten van de beruchtste producent van valse zeldzame wijnen, Rudy Kurniawan, een Indonesiër die in Los Angeles woonde. Hij mengde zijn brouwsels in de gootsteen en drukte de labels van wijndomeinen als Château Pétrus af op zijn computer. Hij gaat op dit ogenblik in beroep tegen een veroordeling tot een gevangenisstraf van tien jaar wegens fraude en nog een ander misdrijf.
Toen China vijftien jaar geleden toetrad tot de Wereldhandelsorganisatie groeide de hoop dat het de inbreuken op de intellectuele eigendom zou aanpakken, vooral omdat zijn economie zich ontwikkelde en meer Chinese ondernemingen en kunstenaars waardevolle merken, octrooien en copyrights te beschermen hadden.
En inderdaad, Chinese ondernemers worden ook geleidelijk het slachtoffer naarmate hun merken meer glans krijgen. Maar de beslagname van vervalsingen van Chinese merken loopt op dit ogenblik amper op tot 1 procent van het totaal wereldwijd. Voor wie door de straten en langs de marktkraampjes in Peking kuiert, waar het krioelt van de gepirateerde dvd’s en nep-Rolexen, is het duidelijk dat ook de Chinese consumenten zelf vaak tot de aankoop van vervalsingen verlokt worden. Eerder deze maand brak het jongste schandaal uit toen het Chinese voedingsagentschap bekendmaakte dat een bedrieglijke onderneming 17.000 blikken van een merk voor babymelk had nagemaakt en in heel het land had gedistribueerd.
Namaak ontmoedigt innovatie
Bij zijn bezoek aan de Verenigde Staten deze maand zei Zhang Xiangchen, de Chinese vice-afgevaardigde voor internationale handel, dat het concept van intellectuele eigendomsrechten zelf vrij nieuw is voor China en dat er “nog heel wat ruimte voor verbetering” is – duidelijk een understatement. Er werd wel enige vooruitgang geboekt. Uit enquêtes blijkt dat buitenlandse firma’s nog altijd wijzen op inbreuken op de intellectuele eigendom als een van de belangrijkste belemmeringen voor hun bedrijf, maar velen zeggen ook dat de handhaving de jongste jaren is verbeterd.
Volgens juridische experts nemen het Chinese hooggerechtshof en de openbare aanklagers de kwestie ernstiger op. Ze hebben de procedures om zaken ontvankelijk te verklaren gestroomlijnd. De politie maakt soms een grote vertoning van het verbranden, verpulveren of verpletteren van in beslag genomen namaakgoederen. Vicepremier Wang Yang zei vorige maand dat het essentieel is de piraterij aan te pakken, wil China een door innovatie aangedreven economie worden. Hij beloofde hardhandig op te treden tegen nagemaakt landbouwmateriaal en gepirateerde software en een scherper toezicht op de export.
Houders van intellectuele-eigendomsrechten voeren aan dat het bedrog de innovatie ontmoedigt, de belastingdiensten bedot en terrorisme financiert (al zijn harde bewijzen daarvoor moeilijk te vinden). Maar in de ontwikkelingslanden beschouwen velen strikte intellectuele-eigendomswetten als een manier om arme landen onder de duim te houden. De discussie wordt verhit als het over farmaceutica gaat. Regeringen in arme landen en ngo’s zeggen dat de armen de dure Westerse gepatenteerde geneesmiddelen niet kunnen betalen en goedkope kopieën moeten kunnen kopen nog voor de patenten aflopen. Een poging in 2006 om een globale aanpak van nagemaakte medicijnen op poten te zetten, liep spaak omdat India en Brazilië zich verzetten.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft sindsdien de definitie van namaakgeneesmiddelen beperkt tot medicijnen die “bewust en frauduleus verkeerd gelabeld” zijn, in plaats van middelen die vakkundig aangemaakt werden zonder de toestemming van de uitvinder. Pillen die volgens de definitie van de WHO nep zijn, zijn vaak nutteloos of gevaarlijk. De meeste bevatten de verkeerde ingrediënten, onjuiste hoeveelheden van de juiste ingrediënten of, in een derde van de gevallen, helemaal geen van de aangegeven actieve ingrediënten. In 1995 leidden valse meningitisvaccins tot de dood van meer dan 2500 mensen in Niger.
Niet alleen medicijnen maar ook andere vervalsingen, zoals remschijven voor voertuigen en pesticiden, kunnen dodelijk zijn. Goederen vals merken is diefstal. Het holt de winst van de eigenaar uit, of zijn reputatie als de goederen slecht gemaakt zijn. Maar vervalsingen kunnen ook het merkbewustzijn verhogen. Naarmate mensen in opkomende markten rijker worden, zullen meer onder hen ongetwijfeld het echte spul willen kopen. Vooral voor software bouwen valse kopieën even goed als echte exemplaren merkentrouw op. Ze verdringen de concurrentie en scheppen een feitelijke standaard.
De bron afsluiten
De belangrijkste recente ontwikkeling in de oorlog tegen namaak komt uit een heel andere hoek. Alibaba, de grootste onlineretailer van China en tot nu toe de uitverkoren marktplaats voor vele Chinese producenten van namaakgoederen, trad op 13 april toe tot de IACC. Twee jaar eerder bestempelde Jack Ma, de oprichter en de CEO, namaakgoederen een “kanker” en zwoer hij die uit te roeien. Het nieuwe partnerschap – het eerste tussen een antinamaakgroep en een onlinehandelaar – lijkt aan te geven dat hij het ernstig meent.
Maar er zijn nog altijd machtige tegenkrachten aan het werk. Voor Chinese ambtenaren in lagere besturen, die verantwoordelijk zijn voor gezondheidszorg, pensioenen, huisvesting enzovoort, is het afdwingen van intellectuele-eigendomswetgeving nauwelijks een prioriteit. En omdat ze bijna uitsluitend geëvalueerd worden op hun economische prestatie, is het niet moeilijk in te zien waarom ze een fabriek gedogen die mensen werk geeft en belastingen betaalt _ ook al steelt ze andermans intellectuele eigendom.
The Economist
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier