Budweiser is van AB InBev

© belga
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

AB InBev mag de merknaam Budweiser van het Europese Hof van Justitie dan toch gebruiken in de Europese Unie. Daarmee komt mogelijk een eind aan een dispuut dat al aansleept sinds 1907.

AB InBev mag de merknaam Budweiser van het Europese Hof van Justitie dan toch gebruiken in de Europese Unie. Daarmee komt mogelijk een eind aan een dispuut dat al aansleept sinds 1907.

Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft AB Inbev in beroep gelijk gegeven in een dispuut over het gebruik van de merknaam Budweiser. De Tsjechische brouwer Budejovicky Budvar vond dat AB Inbev het recht niet had om het bier in de Europese Unie te verkopen. De merknaam Budweiser wordt al betwist sinds 1907.

De stichter van ‘the King of Beers’ was een Duitse immigrant in de Verenigde Staten, Adolphus Busch. Nadat hij Anheuser-Busch had opgestart, bleef hij veel reizen in Europa. Zo bezocht hij onder meer Budejovice in Bohemen, dat in de negentiende eeuw nog bekendstond als Budweis. De pils uit die streek werd verkocht tot in Wenen, Beieren en Kroatië. En zelfs in New York, onder de merknaam Budweiser.

Adolphus verkreeg de rechten op de merknaam Budweiser, nadat de Amerikaanse importeur in 1882 failliet was gegaan. Jarenlang bleven die rechten in de lade liggen. In 1907 liet Anheuser-Busch het merk officieel registreren in de Verenigde Staten. Prompt volgde een klacht van een Duitse brouwer. Die beriep er zich op dat hij de naam als eerste had gebruikt. Bovendien was Budweiser een geografische naam, die volgens hem niet mocht worden gebruikt door een brouwer in het Amerikaanse St Louis, het bolwerk van Anheuser-Busch. Het dispuut werd in 1911 opgelost via een afkoopsom.

In 1911 werd ook een vergelijk getroffen met een brouwer in Ceske Budejovice. Volgens dat akkoord mocht Anheuser-Busch de merknaam Budweiser alleen gebruiken voor de verkoop in de Verenigde Staten. Het mocht het bier dus niet verkopen in Europa. In 1937 wilde de Tsjechische brouwer zijn Budweiser verkopen in de Verenigde Staten. Anheuser-Busch wilde dat eerst verhinderen, maar liet dat verzet varen na een juridisch advies. Maar de Tsjechische brouwer kon niet op tegen zijn Amerikaanse concurrent. In 1939 kreeg Anheuser-Busch het alleenrecht voor de verkoop in Noord-Amerika.

De onenigheid over het recht op het merk bleef in Europa de volgende decennia aanslepen. De Tsjechen weigerden een bod in cash van de Amerikaanse reus en wezen ook een gezamenlijke productie en een nieuwe territoriale verdeling af. De problemen bleven duren tot vandaag. In zijn jaarverslag van 2011 had AB InBev het over 74 rechtszaken in 23 rechtsgebieden.

Het Europese Hof van Justitie heeft de wereldbrouwer nu in beroep gelijk gegeven. Het bevestigt daarmee een vonnis van maart 2011. AB InBev mag de merknaam Budweiser wel degelijk gebruiken in de Europese Unie, omdat Budejovicky Budvar zijn product buiten Tsjechië alleen verkoopt in Frankrijk en Oostenrijk. Volgens het Hof kan het niet dat een brouwer de rechten op een merknaam blokkeert in de hele Europese Unie. Bovendien mag de brouwer een andere brouwer niet hinderen in zijn commerciële activiteiten.

Het is de vraag of de zaak daarmee definitief is beklonken. Vorige week haalde Budejovicky Budvar nog zijn slag thuis voor het Britse Hooggerechtshof. AB InBev had het alleenrecht opgeëist voor het gebruik van de merknaam Budweiser in het Verenigd Koninkrijk. Het stootte op een njet van het Britse Hooggerechtshof. In de praktijk kon AB Inbev Budweiser al wel verkopen in de meeste Europese lidstaten.

Budejovicky Budvar brouwde in 2011 amper 1,3 miljoen hectoliter bier, tegenover de 353 miljoen hectoliter bier van de wereldwijde marktleider AB InBev. Met ongeveer 96 miljoen hectoliter was Budweiser – en aanverwante bieren, zoals Bud Light – in 2011 het meest gedronken bier in de wereld (cijfers voor 2012 zijn er nog niet).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content