Oliemaatschappijen BP en Anadarko Petroleum Corp. hebben een schikking getroffen over de aansprakelijkheid voor de olieramp van april vorig jaar in de Golf van Mexico.
BP krijgt 4 miljard dollar (circa 2,9 miljard euro) gemaakte kosten terug van Anadarko, voor zijn rol in het olielek. Het geld, dat binnen 45 dagen moet zijn overgemaakt, komt in het noodfonds dat BP heeft opgericht voor schadeclaims na de ramp met het boorplatform Deepwater Horizon.
Ook de overdracht van het aandeel van Anadarko in de Macondo-oliebron (25 procent) aan BP maakt deel uit van de schikking.
Door de schikking laat BP zijn claim van circa 6,1 miljard dollar op Anadarko vallen. BP benadrukt dat de deal geen enkele schuldbekentenis inhoudt.
Volgens BP zijn er nu geen claims meer tussen beide bedrijven met betrekking tot de ramp met de Deepwater Horizon. De oliemaatschappij ligt wel nog steeds in conflict met andere aannemers, waaronder Transocean en Halliburton, die betrokken waren bij het boren van de Macondobron.
De olieramp als gevolg van een explosie op het boorplatform Deep Horizon, waarbij 11 werkers omkwamen, was de ergste in de Amerikaanse geschiedenis. (KVDA)
