Asse is de beste zakengemeente
De beste zakengemeente van Vlaanderen grenst aan Brussel en ligt op het kruispunt van de belangrijkste snelwegen van het land. Maar de mobiliteitsproblematiek vreet aan de aantrekkelijkheid van die strategische ligging.
De titel van beste zakengemeente blijft in dezelfde regio. Vorig jaar was Aalst, met deelgemeente Erembodegem, aan het feest. Dit jaar mag buurgemeente Asse zich de primus van de Vlaamse zakengemeenten noemen.
Asse, met deelgemeenten Bekkerzeel, Kobbegem, Mollem, Relegem en Zellik, heeft die eerste plaats in de ranking vooral te danken aan een goede score (twaalfde plaats) in de deelranking ‘tewerkstelling’ (zie kader Methodologie). Ook in de deelranking ‘investeringen’ haalt de Vlaams-Brabantse gemeente een puike 26ste plaats.
Als we met burgemeester Koen Van Elsen (CD&V) het lijstje met belangrijkste bedrijven overlopen, valt het op dat bekende bedrijfsnamen Asse hebben uitgekozen. Belgische namen, zoals Eddy Merckx Cycles, Dandoy (transport), Roularta en Delhaize, dat met zijn meer dan 2000 werknemers in het distributiecentrum in Zellik de belangrijkste werkgever op het grondgebied van Asse is. En – voorlopig? – ook nog De Persgroep Publishing (zie kader De kwestie De Persgroep). Maar ook veel internationale bedrijven hebben de weg naar Asse gevonden. Michelin heeft er zijn hoofdzetel voor de Benelux en voor onder meer Man Truck & Bus, Mio, Miele, Rexel en Evobus is Asse de Belgische uitvalsbasis. De burgemeester hoeft niet ver te zoeken voor een verklaring. “Dat hebben we in grote mate te danken aan de nabijheid van Brussel.”
Knooppunt maar ook knelpunt
Brussel is inderdaad nooit ver weg in Asse. Deelgemeente Zellik ligt zelfs voor een deel binnen de Brusselse ring. Dat randgemeenten van grote steden het goed doen in deze ranking is geen nieuwigheid. De vorige laureaat, Aalst/Erembodegem, profileert zich als een satelliet van Brussel. Kruibeke, de winnaar van 2014, ligt in de invloedssfeer van Antwerpen. Hetzelfde geldt voor Melsele (Beveren), dat dit jaar de derde plaats inneemt. Professor emeritus George Allaert (UGent), specialist ruimtelijke economie en ruimtelijke planning, noemt dat het vliegwieleffect. Het zakelijke weefsel rond een grote stad profiteert mee van de dynamiek in het centrum. “Brussel is belangrijk, maar het is meer dan dat”, stelt Marc De Zutter, kernvoorzitter Zellik van het Verbond van West-Brabantse Ondernemingen (VWBO). “Het westen van Vlaams-Brabant is een heel centrale locatie in het land. Antwerpen en Gent liggen eigenlijk ook dichtbij.”
Een troef van Asse is volgens De Zutter “de uitstekende inbedding van kmo-zones in een residentiële gemeente”. Met Mollem, Broeikooi, Researchpark, Doornveld, Connexion en het bedrijfspark in Relegem telt Asse zes bedrijvenzones op zijn grondgebied, goed voor ongeveer 240 bedrijven. Marc De Zutter roemt ook het gezonde ondernemersklimaat in de regio. “We hebben hier een bovengemiddeld aantal familiale kmo’s”, stelt hij. “Bovendien is de verscheidenheid aan sectoren groot. Samen met die ondernemingsdynamiek maakt het deze regio goed bestand tegen de grillen van de economische conjunctuur.”
De strategische ligging heeft ook een belangrijke keerzijde. “Het mobiliteits-infarct in de regio begint stilaan te wegen op de aantrekkelijkheid als bedrijfslocatie”, stelt De Zutter. “Bij sollicitaties haken sommige kandidaten af omdat ze het dagelijkse fileleed niet willen trotseren. Dat is doodjammer, gezien het potentieel van deze regio.”
Burgemeester Koen Van Elsen is zich goed bewust van dat probleem. “De verbreding van de Brusselse ring is heel belangrijk voor de bereikbaarheid en de leefbaarheid van onze gemeente. We volgen dat dossier dus van nabij op.” Maar hij wijst ook op andere infrastructurele inspanningen. Zo is het Gewestelijk ExpresNet al gerealiseerd tot in Sint-Agatha-Berchem, een buurgemeente van Asse. En ook de fietssnelweg Asse-Brussel, deels nog in aanleg, moet helpen het fileleed iets te verzachten. “Die fietssnelweg passeert langs onze industriezones, zodat de fiets voor veel mensen die daar werken een alternatief kan bieden voor de auto. Vooral ook omdat de fietssnelweg verbonden is met het station van Zellik. Het laatste stukje kun je met een plooifiets afleggen.”
In Asse-centrum is de aanleg van de lokale ringweg een heikel thema. Een deel ervan is intussen gerealiseerd. “Dat heeft de verkeerssituatie duidelijk verbeterd”, vindt Gino Gailliaert, general manager van Sto Belgium, dat een stek heeft in de industriezone van Mollem. “Maar het werk is nog niet af. Voor een echte oplossing is een volledige ring noodzakelijk.”
Platteland boven, Kust onder
Vlaams-Brabant presteert ook in de breedte goed. In de top vijftig komen we twaalf Vlaams-Brabantse gemeenten tegen. Provinciehoofdplaats Leuven prijkt op de achtste stek. Met zestien gemeenten in de top vijftig is Oost-Vlaanderen opnieuw de ‘beste zakenprovincie’ van Vlaanderen. Vlaams-Brabant deelt de tweede plaats met West-Vlaanderen. De provincies Antwerpen en Limburg zijn de zwakke broertjes in de top vijftig. “De zwakke positie van de noordelijke en de oostelijke flank van Vlaanderen is misschien deels te verklaren door de toenemende dichtslibbing van de Antwerpse regio met uitloop over de Boudewijnautosnelweg richting Limburg”, oppert Georges Allaert.
Hij merkt ook op dat de plattelandsgemeenten uit West- en Oost-Vlaanderen sterk vertegenwoordigd zijn in de top tien. “Het is moeilijk te zeggen of sprake is van een wedergeboorte van het platteland”, becommentarieert hij. “Het moet gezegd dat de ondernemingsdynamiek ook vroeger sterk van de plattelandsgemeenten kwam. Dat is een historisch gegeven in Vlaanderen. Het platteland is altijd veel meer geweest dan de boerenstiel. Kijk maar naar de spin-off van de landbouw naar industriële ondernemingen en de distributiesector.”
Wenduine is dit jaar de rode lantaarn. En net zoals bij de voorbije edities presteert bijna de hele kustlijn bijzonder zwak. Professor Allaert is niet verrast. “Dat fenomeen is bekend en het wordt nog versterkt doordat de regio zich meer en meer ent op de vergrijzing en de bijbehorende zorgsector. Er is een revival nodig van de toeristische industrie. Helaas is een groot sociaaleconomisch masterplan voor de kust nog nooit van de grond gekomen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier