AG Insurance verlaagt gegarandeerde rente groepsverzekering
De grootste verzekeraar van ons land zet vanaf 1 april opnieuw het mes in de gegarandeerde rente van de groepsverzekeringen. Voor het grootste deel van de contracten zakt de gegarandeerde rente van 2,25 naar 1,5 procent.
AG Insurance snoeit binnen vier maanden stevig in de gegarandeerde rentevoeten voor de groepsverzekeringen. De marktleider maakt sinds twee jaar een onderscheid tussen ‘oude’ groepsverzekeringen met een gegarandeerde rente op zowel de reserves als de nieuwe stortingen en ‘nieuwe’ groepsverzekeringen met enkel een gegarandeerde rente op de reserves. Voor de oude contracten zakt de gegarandeerde rente voor nieuwe stortingen vanaf 1 april van 1,75 naar 1 procent. Voor de nieuwe contracten zakt de rente op dat moment van 2,25 naar 1,5 procent. Daar komt wel nog eventueel een winstdeelname bovenop.
“Twee jaar geleden hebben we de gegarandeerde rente op de groepsverzekeringen verlaagd, omdat Belgische overheidsobligaties met een looptijd van 20 jaar minder dan 3,25 procent rendeerden”, zegt Jean-Michel Kupper, bestuurder bij AG Insurance. “Vandaag zitten we opnieuw in dezelfde situatie. De Belgische lange rente is onder het niveau van 2,25 procent gezakt. Daarom moeten we vandaag opnieuw onze tarieven verlagen.”
Werkgevers moeten bijpassen
Er rust een veel zwaardere verplichting op de werkgevers, die een groepsverzekering aanbieden aan hun werknemers. Zij moeten 3,25 procent gemiddeld jaarlijks rendement garanderen op hun stortingen. Het verschil tussen wat de verzekeraars aan rendement geven en die wettelijk verplichte minimumgarantie moeten de werkgevers bijpassen.
Een deel van de reserves – én een deel van de nieuwe stortingen in de zogenoemde oude contracten – brengt nog altijd 3,25 procent of zelfs 4,75 procent op. Daarvoor is vandaag geen enkel probleem. Er is daar zelfs nog wat overschot. Voor de nieuwe premies, premieverhogingen of nieuw aangesloten werknemers is er duidelijk wel een probleem.
Voorlopige oplossing
Om de werkgevers te helpen, heeft AG Insurance gesleuteld aan zijn winstdeelnameplan. AG Insurance legde op basis van de positieve financiële resultaten van 2012 en 2013 een provisie aan om – ondanks de lage rentevoeten – zijn klanten een gemiddeld totaalrendement van 3,25 procent te kunnen beloven voor 2014, 2015 en 2016. Het totaalrendement is samengesteld uit de gegarandeerde rente en de winstdeelname. Die belofte van AG Insurance geldt per aangeslotene en per pensioenplan.
Het is slechts een voorlopige oplossing. Kuppers hoopt dat er op de lange termijn een structurele oplossing komt uit het sociaal overleg. De verzekeraars pleiten voor een gegarandeerd minimumrendement afhankelijk van de marktrente.
AG Insurance beheert naar eigen zeggen een kwart van de circa 65 miljard euro in de tweede pijler van het pensioen. Die pijler omvat het aanvullende pensioen dat werknemers via de werkgever kunnen opbouwen met een groepsverzekering of een pensioenfonds. De andere verzekeraars op de Belgische markt en de pensioenfondsen beheren elk nog eens een kwart van het geld.
De pensioenfondsen hebben op dit moment geen grote problemen om te voldoen aan het wettelijke minimumrendement. Heel wat fondsen moesten wel na de beurscrash in 2008-2009 bij de werkgevers aankloppen voor bijkomende stortingen. Volgens Kupper werken vooral multinationals met een pensioenfonds. “99 procent van de werkgevers heeft voor een groepsverzekering gekozen”, zegt hij.
Kupper heeft naar eigen zeggen geen weet van concurrenten met gelijkaardige initiatieven als AG Insurance. Sommige bedrijven hebben een provisie aangelegd voor toekomstige tekorten in de groepsverzekering, maar lang niet allemaal. Er is volgens AG Insurance discussie onder revisoren of een provisie nodig is of niet. Het is een kwestie van interpretatie van de boekhoudwetgeving.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier