De advocaat-generaal van het Europese Hof van Justitie wil dat de Europese justitie zich opnieuw buigt over het recht van AB InBev om de merknaam Bud in de hele Europese Unie te gebruiken.
De Braziliaans-Belgische brouwer ABInBev ging een juridische strijd om de merknaam Bud aan met de Tsjechische brouwer Budejovicky Budvar, nadat die werd overgenomen door Anheuser-Busch.
In een eerder vonnis had het Hof beslist dat het recht op ‘Bud’ niet kon worden afgedwongen voor de hele EU, maar dat de strijd op het niveau van de lidstaten moest worden uitgevochten.
AB InBev kon geen vrede nemen met dat vonnis en ging in hoger beroep tegen die beslissing van de rechtbank. Petro Cruz Villalon, advocaat-generaal van het Europees Hof, oordeelt nu in een niet-bindend advies dat de zaak moet herbekeken worden. Gewoonlijk wordt een niet-bindend advies wel gevolgd. AB InBev rekent er in ieder geval op.
Op dit moment bezit AB InBev al het recht op de merknaam ‘Bud’ – of voluit Budweiser – in 23 van de 27 lidstaten van de Europese Unie. Budejovicky Budvar houdt vast aan de merknaam, omdat zijn pils afkomstig is van Ceske Budejovice, in het Duits beter bekend als Budweis.
