Zijn maaltijdcheques nog wel voordelig?
Maaltijdcheques zijn een van de populairste extralegale voordelen. Vraag is of dat zo blijft, nu het Hof van Cassatie heeft beslist dat werkgevers ze niet langer als beroepskosten mogen aftrekken.
Maaltijdcheques werden in de jaren zestig ingevoerd als alternatieve oplossing voor werkgevers zonder bedrijfsrestaurant. Met de cheques kunnen werknemers buitenshuis eten of in een winkel voedingswaren kopen. Maar ook bedrijven mét een restaurant mogen maaltijdcheques aan hun werknemers geven. De cheques zijn echter alleen vrijgesteld van belastingen als de werknemer zijn maaltijd niet in het bedrijfsrestaurant nuttigt, het bedrijfsrestaurant de maaltijden ten minste tegen kostprijs (vastgesteld op 4,46 euro) verschaft, of wanneer de werknemer in het bedrijfsrestaurant een maaltijd koopt waarvoor minder moet worden betaald dan de kostprijs en hij de volledige maaltijdcheque gebruikt voor de betaling ervan.
Sociaal voordeel
Werknemers krijgen met de maaltijdcheque een bijkomend inkomen, dat vrijgesteld is van belastingen en sociale lasten. Dat sociale voordeel is alleen van toepassing als aan enkele voorwaarden voldaan wordt.
1. Maaltijdcheques zijn maar vrijgesteld van belastingen als de werknemer minimaal 1,09 euro per maaltijdcheque bijdraagt. Het bedrag dat de werkgever neertelt, mag nooit 4,46 euro per cheque overschrijden. De waarde van een maaltijdcheque schommelt meestal tussen de 4,95 en de 6,19 euro.
2. Maaltijdcheques zijn geen individueel voordeel. Ze moeten aan álle werknemers of aan een duidelijk omschreven groep toegekend worden. De werknemer ontvangt één cheque per gewerkte dag, ongeacht de duur ervan. Te weinig of te veel toegekende maaltijdcheques worden als loon beschouwd. De cheques zijn bedoeld als extraatje voor de werknemer, en mogen dus onder geen beding gegeven worden om een loonsverhoging, om premies of voordelen in natura te vervangen.
Vrij van socialezekerheidsbijdragen
Maaltijdcheques worden vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen, ten minste als ook hier enkele regels nageleefd worden.
1. De toekenning van maaltijdcheques moet in een collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen worden die op sectoraal vlak of op ondernemingsniveau geldt.
2. Op de cheque moet behalve de naam van de werknemer duidelijk staan dat hij maar drie maanden geldig is en alleen voor de aankoop van maaltijden of voedingswaren kan worden gebruikt.
3. De werkgever moet op zijn aangifte aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid ook vermelden hoeveel werknemers de maaltijdcheques ontvangen, hoeveel maaltijdcheques toegekend zijn en wat het totale bedrag van het werkgeversaandeel in deze maaltijdcheques is.
Niet aftrekbaar
Tot zover niets dan positief nieuws voor werknemers en werkgevers. De werknemer wordt niet belast op zijn maaltijdcheques en de werkgever wordt, onder afgelijnde voorwaarden, vrijgesteld van patronale lasten en socialezekerheidsbijdragen. Maar de fiscale administratie is van oordeel dat de maaltijdcheque als een sociaal voordeel niet aftrekbaar is als beroepskost voor de werkgever. De 4,46 euro die de werkgever betaalt, wordt dus als een verworpen uitgave beschouwd.
Twee arresten van het hof van beroep betwistten dit. Het hof oordeelde dat de werkgever de maaltijdcheques wél fiscaal kon aftrekken, omdat er geen sprake is van een sociaal voordeel als de werknemer zelf 1,09 euro moet bijpassen. Er zou dan ook geen reden zijn om de aftrekbaarheid van maaltijdcheques te weigeren. Volgens het hof werd er ook met twee maten en twee gewichten gewerkt: maaltijden verstrekken in een bedrijfsrestaurant is wel volledig aftrekbaar, maaltijdcheques niet. Beide zijn vergelijkbare voordelen en moeten dus op dezelfde manier behandeld worden. Op de 1,09 euro die de werknemer betaalt na, mag de werkgever de maaltijdcheques volledig aftrekken.
Dat was op zijn minst een verrassende uitspraak. Voor bedrijven was het plots nog aantrekkelijker en goedkoper om maaltijdcheques aan de werknemers uit te delen.
De fiscus liet het daar echter niet bij en trok naar Cassatie. Het Hof van Cassatie ging ervan uit dat maaltijdcheques wel degelijk een sociaal voordeel zijn, en weigerde de aftrekbaarheid ervan. Voor de werkgever behoren maaltijdcheques dus opnieuw tot de verworpen uitgaven. Alles blijft dus bij het oude. Toch hoeven werkgevers het uitdelen van maaltijdcheques niet af te schaffen. Ze zijn een minstens even motiverende oplossing als een loonsverhoging.
Melanie De Vrieze
Werkgevers hoeven het uitdelen van maaltijdcheques nog niet af te schaffen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier