Redactie Trends
Zet het beest weer aan het werk
De menselijke creativiteit verbaast nu al eeuwenlang. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat die ultieme grondstof opgebruikt is.
Voor gewezen wereldkampioen schaken en Russisch politiek activist Garry Kasparov kan er maar weinig twijfel over bestaan: de terugval van de economische groei in het Westen heeft zeker met de financiële crisis en haar naweëen te maken, maar moet toch op de eerste plaats gezien worden als het gevolg van een soort structurele stagnatie in de mogelijkheden tot innovatie en technologische vooruitgang.
Kasparov licht die sombere thesis verder toe in een boek dat binnenkort verschijnt, maar waarvan nu al omvangrijke uittreksels circuleren. Kasparov schreef The Blueprint: Reviving Innovation, Rediscovering Risk, and Rescuing the Free Market samen met venture capitalist en entrepreneur Peter Thiel en Max Levchin, de medeoprichter van PayPal die onlangs aantrad als Googles vice president engineering.
Kasparov, Thiel en Levchin zijn drie opvallende intellectuelen die zich met hun sombere groeivoorspelling perfect in het hoekje bevinden waar bijvoorbeeld ook Robert Gordon, vooraanstaand econoom verbonden aan Northwestern University, dezer dagen hokt.
Gordon komt tot zijn conclusie op basis van historisch onderzoek. Bondig samengevat stelt hij dat de eerste en vooral de tweede industriële revolutie heel krachtige groei-impulsen voortbrachten.
De eerste industriële revolutie situeert hij tussen 1750 en 1830. De stoommachine en het spoor waren er de voornaamste exponenten van. De tweede industriële revolutie ontspon zich vooral tussen 1870 en 1900 via elektriciteit, de verbrandingsmotor, chemie, stromend water enzovoort. Nu bevinden we ons volgens Gordons analyseschema in de derde industriële revolutie, waar de nadruk ligt op computers, internet, mobiele telefonie en dies meer.
Robert Gordon komt tot de conclusie dat de groei-impulsen die uitgingen van de eerste twee industriële revoluties veel krachtiger en vooral langduriger waren dan die van de derde industriële revolutie.
Bovendien moeten de innovatie en technologische vooruitgang vandaag in het Westen afrekenen met zes krachtige tegenwinden: demografie, de gevolgen van de financiële crisis en de schuldophoping, opvoeding, ongelijkheid, ecologie en globalisering.
In de analyse van Gordon zijn die tegenwinden zo krachtig dat de economische groei onvermijdelijk zal terugkeren naar het tempo van voor 1750, zijnde nauwelijks boven 0 procent per jaar.
De gloom and doom van Kasparov, Thiel, Levchin en Gordon staat in schril contrast met de thesissen ontwikkeld door onder meer Marco Annunziata en Peter Evans en het Britse kwaliteitsweekblad The Economist. Annunziata en Evans zijn respectievelijk hoofdeconoom van General Electric en directeur globale strategie en planning bij de General Electric-dochter GE Energy.
In de studie Industrial Internet: Pushing the Boundaries of Minds and Machines – die twee weken geleden verscheen – argumenteren zij dat vooral het zogenaamde industriële internet grote mogelijkheden tot doorgedreven technologische vooruitgang, efficiëntiewinsten en economische groei biedt.
Vooral de interactie van mensen met intelligente machines en nieuwe software zal tot merkwaardige vooruitgang leiden, menen Annunziata en Evans. Zo zal bijvoorbeeld het grotere analytische vermogen van nieuwe software tot grote stappen voorwaarts leiden in de prestaties van verbrandingsmotoren. Zowel in brandstofverbruik als in onderhoudskosten zal dat meer dan een slok op de borrel schelen.
The Economist pakte enkele maanden geleden uit met een omvangrijk en buitengewoon sterk gestoffeerd dossier over wat het omschreef als The Third Industrial Revolution.
Ontwikkelingen in bijvoorbeeld 3D-printing, nanotechnologie, software, nieuwe materialen en internettoepassingen zullen opnieuw innovatie en vooruitgang op grote schaal met zich brengen, luidde de conclusie van The Economist.
Er zullen heel wat tumult en aanpassingspijn aan te pas komen, maar het finale resultaat zou wel neerkomen op een nieuwe, forse toename van de wereldwijde welvaart.
Zullen de pessimisten à la Kasparov en Gordon het gelijk aan hun kant krijgen, of eerder de optimisten à la Marco Annunziata en The Economist? Lees het nu twee jaar oude boek The Rational Optimist: How Prosperity Evolves van Matt Ridley en de conclusie ligt voor de hand: de optimisten zullen het halen.
De menselijke creativiteit verbaast nu al eeuwenlang. Een eindeloze reeks onheilsvoorspellingen verdween steevast in de vergeetput van de geschiedenis. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat die ultieme grondstof opgebruikt is, integendeel zelfs.
Nog nooit eerder in de geschiedenis van de mens waren zo veel mensen tegelijk en verspreid over de hele wereld met innovatie en technologische kennis bezig. De omgevingsfactoren zitten vooral in het Westen dezer dagen wat tegen, maar er is niet veel verandering in positieve zin nodig om het beest van de technologische innovatie opnieuw in volle glorie aan het werk te krijgen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier