Zeepbel of koopkans?

Is de recente correctie van de goudprijs een voorbode van nog lagere prijzen of biedt ze een nieuwe koopkans?

Toen de goudprijs in september voor de derde keer de grens van 1000 USD per troy ounce doorbrak, ging het plots erg snel. In geen tijd stond er 1200 USD op de tabellen en bereikte het goud ook in andere munten (Brits pond, euro, Indiase roepie…) een nieuw hoogtepunt. De voorlopige top kwam er op 4 december en een dag later begon er een daling die de prijs van het gele metaal in amper vier handelssessies meer dan 100 USD lager stuurde.

Hoger-lager

De goudprijs kreeg pas echt een boost na de bekendmaking van de aankoop van 200 ton goud door de centrale bank van India. Verkoper was het Internationaal Monetair Fonds (IMF), dat eerder aankondigde 403,3 ton goud te zullen verkopen om de werkingsmiddelen te verhogen. Nadien kochten ook Sri Lanka (10 ton) en Mauritius (2 ton) nog een (klein) deeltje van het IMF-goud, maar die aankopen kregen veel minder media-aandacht. De aankoop van de centrale banken kan als een trendbreuk worden be-schouwd nadat er de voorbije decennia vooral goud verkocht werd. Eerder dit jaar liet ook China al weten dat het sinds 2003 meer dan 450 ton goud kocht.

Wat was dan de aanleiding van de correctie? Zoals steeds ging het niet om één factor maar om een combinatie van factoren. Een eerste indicatie was de toegenomen media-aandacht voor goud. Kranten en weekbladen die normaal zelden of nooit over goud berichten, pakten de voorbije weken vrijwel dagelijks uit met de nieuwe records. Daarbij werd meestal gemakkelijkheidhalve voorbijgegaan aan het feit dat goud in 1980 dubbel zo duur was als nu indien we rekening houden met de inflatie. Ook kwamen er allerlei ‘specialisten’ aan het woord die het gele metaal de voorbije jaren marginaliseerden. Goud op alle voorpagina’s is vrijwel altijd een perfecte contra-indicator op korte termijn. Een ander element dat negatief werd geïnterpreteerd, was de mededeling van Barrick Gold. De grootste goudproducent ter wereld liet weten dat het hedgeboek (de voorwaartse goudverkopen aan een vaste prijs die onder de marktprijs ligt) vervroegd werd afgesloten. Op zich is dat positief nieuws, want het toont aan dat het management er eindelijk van overtuigd is dat de goudprijs in de toekomst nog verder zal stijgen. Tegelijk betekent dat ook dat de dehedging (het afbouwen of volledig elimineren van hedgeboeken) aan de vraagzijde minder zwaar zal wegen. Van alle grote goudproducenten blijft nu alleen nog AngloGold Ashanti met een (relatief) omvangrijk hedgeboek.

Signalen uit de technische analyse wezen eveneens op een nakende correctie. Na de omvang van de prijsstijging was de koers sterk afgeweken van het (200 daagse) langetermijngemiddelde. Dat was een aanwijzing dat er eerder vroeg dan laat een terugval zou volgen.

Daarnaast was er nog de uitspraak van de vicepresident van de Chinese centrale bank, die waarschuwde voor zeepbellen bij bepaalde activa. Hij voegde er fijntjes aan toe dat China momenteel niet in de markt was om de resterende hoeveelheid van het IMF-goud (191,3 ton) te kopen. Dat werd geïnterpreteerd als zouden de Chinezen het goud momenteel te duur vinden.

Goud is willens nillens ook de speelbal van de carrytrades op de financiële markten. Bij carrytrades wordt geld goedkoop ontleend in munten waarin de rente heel laag is (bijvoorbeeld de USD). Dat geld wordt vervolgens geïnvesteerd in andere activa, zoals aandelen of goud. Dat is erg lucratief zolang de munt waarin geleend werd minder waard wordt en de activa waarin men het geld investeert in waarde toenemen. Wanneer de munt echter terug duurder wordt, zal de trade worden omgekeerd en vloeit het geld terug weg uit de activa. Het is onmogelijk te becijferen hoeveel geld er precies omgaat in de carrytrades. Het is wel een feit dat het fenomeen in beide richtingen werkt en zowel opwaarts als neerwaarts het prijseffect versterkt. Het excuus dat uiteindelijk effectief tot winstnemingen heeft geleid, was het Amerikaanse arbeidsmarktrapport. Op basis van voorlopige cijfers bleek namelijk dat de Amerikaanse werkloosheid in november ‘slechts’ op 10 % uitkwam, terwijl er 10,2 % werd verwacht. Dat er bij de berekening van het cijfer geen rekening wordt gehouden met grote groepen werklozen, deed blijkbaar niet ter zake. Zo worden ‘ontmoedigde’ werklozen die verondersteld worden geen baan meer te zoeken, netjes uit de statistieken gehouden. Het echte werkloosheidcijfer wordt door Shadow Government Statistics (www.shadowstats.com) op 22 % geschat. Niettemin gaf het rapport aanleiding tot een flink herstel van de USD en een correctie van de goudprijs. De markt interpreteerde de lagere werkloosheid als een indicatie dat het economisch opnieuw wat beter gaat en dat bijgevolg de rente binnenkort verhoogd zal moeten worden. De duurdere USD zette een omgekeerde carrytrade in werking, waardoor goud goedkoper werd.

TINA voor goud

Wanneer het over de beurs gaat, halen analisten er vaak ‘Tina’ bij: ‘There is no alternative’, of ‘er is geen alternatief’. Meestal wordt die slogan gebruikt om beleggers richting aandelen te sturen, met als argument dat er door de lage rente gewoon geen alternatief is om een hoger rendement te behalen. Welnu, er is inderdaad geen alternatief… voor goud. Er zijn tal van redenen waarom goud geen zeepbel is en zelfs nog veel duurder zal worden.

Goud is de barometer die het vertrouwen in het financiële systeem aanwijst. Dat systeem is ondanks de gestegen activaprijzen en het toegenomen vertrouwen bij investeerders en consumenten nog steeds erg kwetsbaar. De fundamentele problemen worden onder de mat geveegd door een golf van stimuleringsmaatregelen die de (nominale) economische groei opnieuw moeten aanzwengelen. Die maatregelen worden verpakt onder de noemer quantitative easing, of monetaire verruiming, wat eigenlijk betekent dat de centrale banken geld bijdrukken en de overheden zich garant stellen voor de ver-plichtingen van de banken. De crisis van 2008 was niet zomaar een recessie zoals die om de zoveel jaar voorkomt. Het gaat om iets veel fundamentelers, namelijk een crisis van het financiële systeem dat gebaseerd is op een stelselmatige opbouw van onproductieve schulden gedurende meerdere decennia. Die scheefgetrokken situatie proberen recht te trekken door er nog meer schulden tegenaan te gooien, kan op termijn onmogelijk een goede oplossing zijn. Wat is nu de link met goud? Het gele metaal is al eeuwenlang een universeel betaalmiddel en zal dat ook nog eeuwenlang blijven. Bij een systeemcrisis biedt goud daarom ontegensprekelijk de beste bescherming. De historische prijsevolutie van goud brengt een andere invalshoek aan om die bescherming beter te begrijpen. Een gram goud blijft een gram goud, terwijl valuta steeds in waarde dalen. Zo kon men een eeuw geleden voor 1000 USD exact 20 gram goud kopen. Tien jaar geleden was dat nog maar 4 gram. Aan de huidige goudprijs is dat amper 0,88 gram. De kans is daarom erg groot dat goud eerder vroeg dan laat opnieuw zijn rol van ‘anker’ in het monetaire systeem zal opnemen. De (verborgen of openlijke) accumulatie van goud door verschillende centrale banken, die tegelijk hun reserves in USD afbouwen, is een eerste stap in die richting.

Conclusie

In dit blad wordt investeren in goud al sinds 2002 consequent aangeraden. We hebben daarbij onze voorkeur voor fysiek goud nooit onder stoelen of banken gestoken. Alleen het metaal zelf heeft geen tegenpartij die in gebreke kan blijven. Trackers (zelfs deze die in fysiek goud investeren), warrants, turbo’s, alle andere afgeleide producten en tot op zekere hoogte zelfs goudmijnaandelen (zie kader) catalogeren we onder ‘papieren’ goud, dat nooit helemaal vrij is van tegenpartijrisico. Trackers kunnen met geleend goud als onderpand werken en dat op hun beurt weer uitlenen. Daarom wordt fysieke levering ook onmogelijk gemaakt, hoewel u er ‘op papier’ recht op hebt. Bij producten die investeren in termijncontracten of een index bestaat er een kredietrisico bij de uitgever van de index. Waar de recente prijsdaling tot stilstand zal komen, kunnen we niet voorspellen. Koerstechnisch mag de goudprijs zelfs tot onder 1000 USD terugvallen zonder de trend op lange termijn in gevaar te brengen. Toch achten we de kans klein dat het ooit nog zover komt. Wanneer goud van de voorpagina’s van de kwaliteitskranten is verbannen en de ‘specialisten’ op de televisie geen praatjes meer komen verkopen over goud, is meestal het moment aangebroken voor de investeerder om opnieuw toe te slaan. Goud is altijd koopwaardig als behoeder van de koopkracht en als instrument om uw reserves in te parkeren, bij voorkeur bij tussentijdse correcties zoals we er nu een meemaken. Wie goud (al dan niet in papieren vorm) beschouwt als een tradinginstrument, brandt vroeg of laat zijn vingers. (C)

Door Koen Lauwers

Er zijn veel redenen waarom goud geen zeepbel is en zelfs nog duurder zal worden.

Goud is altijd koopwaardig als behoeder van de koopkracht en als instrument om uw reserves in te parkeren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content