Win het respect van uw stakeholders

Ondernemers en bedrijfsleiders worden deze dagen met een scheef oog bekeken. Niet voor niets. Maar ze kunnen het respect van hun stakeholders winnen als ze wat meer spiritualiteit in hun leiderschap brengen. Wie zijn business vergeestelijkt, maakt pure winst.

Ondernemers die een kwartier ingetogen vertoeven in de grafkamer van pater Damiaan. Een oud-ondernemer die een bezinningsboerderij opent bij het Franse Vézelay, de hoofdstad van de Romaanse vergeestelijking. Michel Tilmant, de Belgische bonze van ING, die op een ethisch seminarie discussieert over leiderschap en spiritualiteit. Allemaal kneusjes?

Koen Raes, professor toegepaste ethiek aan de Universiteit Gent, blikt naar de tuin van het vroegere Gentse jezuïetencollege, het fraaiere deel van de rechtsfaculteit. “Ik ben nooit een naïeve idealist geweest, maar het bedrijfsleven is klaar voor een Marshall-plan in de ontwikkelingslanden,” lacht Raes. “Van een linkse verwacht men het niet, maar ik ken veel goede ondernemers, mensen die enthousiast en doodeerlijk hun business doen. Het zijn niet alleen de schuinsmarcheerders die scoren in zaken. Lees ‘ Passions within Reason‘ van de Amerikaanse econoom Robert Frank. Er zijn mensen die niet kunnen liegen, die meteen transpireren. Je zou denken dat die worden kapotgemaakt in het bedrijfsleven. Neen, die doen het goed omdat een ondernemer of een leverancier weet dat zijn tegenpartij niet kan liegen. Als hij met hem of haar een contract sluit, bespaart hij de kosten van het wantrouwen. Wantrouwen betekent controle en dus geld. Het casinokapitalisme heeft zijn tijd gehad.”

Raes’ jongste geschrift, ‘Wij zelven’, geurde naar drukinkt op de Boekenbeurs. De vrijdenker Koen Raes (48) doceert toegepaste ethiek, is links en verdedigt de markt. Hij sprak jaren over economie en ethiek voor allerhande verenigingen van bedrijfsleiders. “Vlaanderen is rijk aan die fauna en flora en ik werd een entertainer. Zoals de zogenaamde proost die vroeger na een rijkelijke maaltijd beschouwende woorden ten beste gaf.”

Jean-Marie Vanden Borre van de headhunter Korn/Ferry zoekt al een kwarteeuw toptalent voor Belgische en internationale bedrijven: “In de briefings van onze klanten duikt steeds vaker en uitdrukkelijker de eis op om leiders te zoeken met ethische geloofsbrieven. We duiken diep in hun CV om te zien of er nooit heibel was om steekpenningen, discriminatie, foute balansen. Vooral de Amerikaanse klanten zijn door Enron keihard geworden. Zijn de Belgische en de Europese ondernemers netter dan de Amerikaanse? Het grote verschil is dat de verlokking om een scheve pas te zetten in Europa zwakker is. Wij hebben een schijntje van de optieregelingen van de Amerikanen. Als een CEO in Amerika zijn koers omhoog kan krikken door gesjoemel met de cijfers wordt hij op een jaar 10 miljoen euro rijker door zijn aandelenopties.”

Contract tussen business en burger

De discussie over ethiek en business spettert vooral in Nederland, en wat bij de noorderburen begint breekt tien jaar later door in Vlaanderen, zegt Johan Verstraeten, moraaltheoloog en hoogleraar aan de KU Leuven. Verstraeten sprak onlangs op een residentiële ethische bezinning van de raad van bestuur van ING, waaronder Michel Tilmant, over leiderschap en spiritualiteit. Verstraeten: “Alle spirituele bronnen breken onze horizon open. De managementdenker Charles Handy roept om opnieuw kathedraalbouwers te worden en het leiden van een onderneming in te passen in een groots geestelijk geheel. Leiderschap is vooruitlopen op nieuwe kansen en spiritualiteit is geen zoeterigheid of klefheid of een vlucht uit de wereld, maar een verfijnder kijken naar de wereld.”

Het verbaasde Johan Verstraeten hoe open er door de bankiers gediscussieerd werd over heikele punten. “De ING-top wil anticiperen en spreekt over microkredieten en personeelsbeleid. ‘Water is een groot probleem voor de toekomst, dus laten we investeren in water’, zeiden ze. En: ‘wat doen we met Fair Trade en Max Havelaar-koffie voor onze 100.000 werknemers?’.”

Jef Van Gerwen s.j. overleed in de voorbije zomer, net geen vijftig. ‘Business en ethiek, spelregels voor ethisch ondernemen’, werd het laatste boek van Van Gerwen. Zijn co-auteur is Johan Verstraeten. De eerste versie haalde zeven drukken en 18.000 exemplaren. De herziene editie moet het referentiewerk voor Vlaanderen en Nederland blijven. Verstraeten: “Er zijn vandaag meer standaarden en codes. Het stakeholdermodel deint uit. Aan de ene kant beseffen ondernemers dat ze rekening moeten houden met de stakeholders, aan de andere kant is de druk van de financiële rendementen hoog. Zoals er een sociaal contract bestaat tussen burgers en politiek, verwacht ik een sociaal contract tussen de ondernemingen en de civiele maatschappij.”

Bedrijfsethiek werd een halszaak na Lernout & Hauspie, Enron, WorldCom en de instorting van het vertrouwen in de ondernemers. “Een vertrouwelijk gesprek met bedrijfsleiders gebeurt regelmatig. Ik krijg ook dwaze vragen, bijvoorbeeld: kan je tegen volgende week een bedrijfscode schrijven,” vertelt Verstraeten. Hij behoort niet tot het Centrum Ethiek en Economie van de KU Leuven, wel tot de faculteit godgeleerdheid en het European Ethics Network. Verstraeten: “Precies dát vindt men in Nederland interessant, omdat het denken over ethiek wordt losgekoppeld van de dagelijkse economie.” Verstraeten bemerkt een deugddoende verschuiving van het Amerikaanse codedenken naar creatieve oplossingen: “De bureaucratisering van de ethiek tot kookboekrecepten is kortzichtig. Je mag de mensen niet tot slaven maken van de ideologie van een onderneming. Bedrijven zijn een learning organisation, ook voor waarden en normen.”

Executive searcher Egon Zehnder zit in de topliga van de strijd om goudvinken. Guy Detrilles snelde al menig knappe kop. “De opdrachtgevers hebben steeds langere wensenlijstjes en het ethische gehalte van de kandidaat weegt voor de topvacatures steeds zwaarder. Parallel stijgt de druk om verantwoording af te leggen. In Amerika is de CEO verplicht om persoonlijk zijn handtekening te zetten onder de jaarcijfers en dat geldt nu per afgeleide eveneens voor de leiders van Amerikaanse dochters in België. In de executive search groeit de zorg om de privacy die wij moeten waarborgen bij het aanvullen en gebruiken van onze databanken. Je slingert die gegevens niet zomaar rond. Zelfs voor de uitwisseling van CV’s binnen onze organisatie, bijvoorbeeld tussen de kantoren in Brussel, Londen en New York, ontstaan er strikte regels.”

Het begint met transparantie

Bedrijfsethiek is een jonge wetenschap. Koen Raes situeert de geboorte ervan in het laatste kwart van de twintigste eeuw: “Er was wel de traditionele kapitalismekritiek, maar de eerste leerstoel business ethics ontstond op Harvard Business School op vraag van de New Yorkse beurs. De beurs zag een nieuw type van belegger, mensen die van het bedrijfsleven niets meer afwisten, beleggers die op basis van speculatie bedrijven de dam afduwden zonder dat andere factoren daartoe aanleiding gaven. De leerstoel bedrijfsethiek ontstond in een sfeer van zelfregulering. Die zelfreiniging verstevigt door de globalisering. De ondernemingen weten dat arrogantie zich tegen hen keert. Kijk naar Nike. Andere beroepsgroepen volgden dezelfde weg, bijvoorbeeld de artsen in het verleden.”

In de VS ontwikkelde de bedrijfsethiek snel en autonoom vanwege een concrete casus, zegt Raes. Het parlement verbood investeringen in Zuid-Afrika om de apartheid. Kloosterorden, universiteiten en Quakers reageerden positief. “Dat leidde indirect tot een grotere transparantie en dat spreekt mij aan als kind van de Verlichting en zoeker naar waarheid. Je krijgt de beste screenings in Amerika, de top-500 van de minst vervuilende bedrijven, de top-100 van de best aanwervende bedrijven. Dat is positief, want de basisvoorwaarde om aan ethiek te doen is transparantie. Als die ontbreekt, doe je de gekste uitspraken. Ik heb geprobeerd om dagelijks een handvol aandelen te volgen, dat vergt uren en is niet vol te houden voor een individu. Maar doe je het niet, dan kun je amper een zinnig oordeel vellen over de financiële wereld en dan krijg je cowboyverhalen over aandelen en bedrijven.”

Tien procent van het kapitaal in Wall Street zit in ethische aandelen. De Quakers zijn grootaandeelhouders van de speelgoedfabrikant Fisher Price. Raes: “Quakers zijn pacifisten en Fisher Price heeft geen speelgoedwapens in het aanbod. De aandeelhoudersdemocratie is in Amerika veel reëler dan bij ons.”

Ivo Clerix is directeur-generaal van het Verbond van Kristelijke Werkgevers en Kaderleden ( VKW): “Door onze christelijke wortels is ethiek een constante in onze actie en reflectie. We steunen bijvoorbeeld al jaren het Centrum voor Ethiek en Economie van de KU Leuven. Verantwoord ondernemen is het brood en de boter van het VKW en de leden zijn zich daar zeer sterk van bewust. We discussiëren over de aansprakelijkheid van bestuurders, over integriteit en duurzaamheid, over gevallen als Enron. We willen op die manier ook strijden tegen de slechte reputatie bij de publieke opinie van het ondernemen, die is schromelijk overdreven. Voor een nieuwe werkgroep personalisme is er belangstelling en in 2003 nodigen we opnieuw uit voor een residentieel seminarie over ethisch ondernemen.”

De Rijksuniversiteit Groningen organiseert voor de vierde maal de Comenius-leergang voor bedrijfsleiders. Twintig ondernemers bezoeken tijdens maanduitstappen van drie dagen zeven traditionele Europese universiteiten en zwemmen schoolslag in rechtsleer, zuivere wetenschappen, religie, filosofie, geschiedenis en geneeskunde. Johan Verstraeten coördineert de Leuvense module van de Comenius-leergang: “Voor de deelnemers, actieve zakenlui, is de leergang zwaar. Ze zijn zevenmaal op pad in Cambridge, Groningen, Heidelberg, Leuven enzovoort. Comenius is een opfrisbeurt van hun kennis van de humanities. In Leuven is filosofie en religie het thema. Ik leid onder meer een stadswandeling met een meditatie voor een Christushoofd en een kwartier stilte bij het graf van pater Damiaan. De deelnemers, en dat zijn niet per definitie christenen of gelovigen, zijn altijd diep onder de indruk. Ik gebruik en herlees voor zakenlui geregeld ‘ La messe sur le monde‘ van de Franse schrijver en religieus Teilhard de Chardin, een mysticus voor de 21ste eeuw. ‘La Messe sur le Monde’ pleit voor een amorisering van de wereld: liefde overwint en is het leidmotief van het christendom. Ik hanteer ook zijn boek ‘ Le milieu divin‘ om aan zakenmensen uit te leggen: uw dagelijkse leven en uw prozaïsche beslissingen passen in een wereld die niet puur seculier is. Jullie verwezenlijken mee de vergoddelijking van de wereld.”

Beslis nu, morgen sterf je

Een soort kloostergelofte voor CEO’s zou niet onaardig zijn, vindt Johan Verstraeten. “Dan ben je gedwongen tot ascese en raak je je opgeblazen ego als CEO kwijt. Je bent een sterfelijk wezen. Bij de Brabants-Zeeuwse Werkgevers liet ik een oefening maken: neem nu een aantal belangrijke beslissingen want morgen sterf je. Is dat morbide? Neen, je kan pas leven als je nadenkt, ook als ondernemer, over het einde.”

“De socioloog Max Weber vertrok in ‘ The Protestant Ethic and the Spirit of Capitalism‘ van de nederigheid,” weet Koen Raes. “De goede kapitalist spaarde en hield geen cent voor zichzelf over. Pralerige consumptie liet hij links liggen. Dat ethos is nog bij veel ondernemers aanwezig. Trouwens, zij die het geld door deuren en ramen smijten zullen woedende aandeelhouders en werknemers moeten trotseren.”

Bij de Wereldbank rapporteert een topambtenaar over ethische dilemma’s van de bank aan voorzitter James Wolfensohn. Verstraeten: “Ik vrees dat dit een uitzondering zal blijven, denk aan de ombudsmannen die het zo moeilijk hebben met hun opdracht. Beter is het te investeren in onafhankelijke ethici die werken rond morele vraagstukken en een vertrouwensrelatie opbouwen met bedrijven. Anders word je een ingehuurde legitimator, want het is verduiveld moeilijk als je zelf een deel bent van het probleem om daar open tegenover te staan.”

Zijn de ontkerstening en de laïcisering oorzaken van een zwakker ethisch besef? “We hebben van de christelijke God te lang een loutere morele scheidsrechter gemaakt,” reageert Verstraeten. “Hij was de alziende bestraffer van goed en kwaad. Deze tijd is niet decadent, de inspiratie door een transcendente God en de ethische besluiten daaruit zijn alleen verdrongen. Veel mensen hebben schrik om de dingen te zeggen die op hun achtertong liggen: ze denken te moeten doen zoals de anderen. Als je fundamentele dingen bespreekt, krijgen de toehoorders smaak en inspiratie, en herontdekken ze hun ethische grondslagen. Ik bedoel geen moreel reveil, je moet de vergeestelijking versterken en koesteren.”

Koen Raes waardeert het eerste en belangrijkste boek van Adam Smith. Deze Schot was voornamelijk hoogleraar moraal en publiceerde ‘ The Theory of Moral Sentiments‘ (1759), vóór ‘ The Wealth of Nations‘ (1776), als openingsschot in zijn worsteling met het nieuwe denken. Raes: “Laat het gezegd zijn door iemand van links. Smith, de vader van het laisser faire, is zwaar miskend en fout gecast. Voor Immanuel Kant volstond het om goede intenties te hebben om een goed mens te zijn, ook al stort de wereld in. Smith zei: neen, kijk naar de gevolgen, díé tellen. Goede intenties, zoals de planeconomie, garanderen geen goede consequenties. De Nobelprijswinnaar Amartya Sen heeft daarrond zijn hele leven opgebouwd. Hij is de moderne Adam Smith. De wet van Sen zegt: landen waar vrijheid van meningsuiting bestaat, zijn beter in staat om hongersnood te bestrijden dan landen waar er censuur is. Daarmee toont hij op een schitterende manier aan dat een zogenaamd luxerecht een basisrecht is. Sen bewees dat zowel het extreme libertarisme – van Robert Nozick en Friedrich Hayek – als het extreme utilitarisme zelfvernietigend zijn. Als je hun uitgangspunten doordenkt, ontstaat het totalitarisme. Sen is een verzoener en zegt bijvoorbeeld niet dat de producten van kinderarbeid totaal onaanvaardbaar zijn, daar help je de Derde Wereld niet mee. Hij zegt wel dat die kinderen onderwijs moeten krijgen en zo kan je ze stilaan op een goed pad houden. Hij komt uit Kerala, een arme en supergezonde deelstaat in India die investeerde in zowel onderwijs als gezondheidszorg.”

Ethiek of eigenbelang

Ethiek in zaken zit in de lift, observeert Koen Raes, en hij pleit voor het overstijgen van één drempel: “We leven in een cultuur die radicaal zegt: het is ethiek of eigenbelang. Als je zo redeneert, sluit dan de boeken. De absoluut rationele homo economicus heb ik nooit ontmoet en de absolute altruïst evenmin. Ik zweer bij het menselijke pragmatisme van Amartya Sen. Zo’n Ethibel met zijn morele screenings doet me denken aan de vroegere pauselijke aflaten. Wie kan zeggen welk aandeel ethisch is? Je kan wel zeggen welke onderneming milieuvriendelijk is. ( lacht) Exxon kreeg ooit dat label en prompt volgde de ramp met de tanker Exxon Valdez voor de kust van Alaska.”

Door de globalisering is een reeks nieuwe vragen opgedoken. Raes: “Wat is een postmodern bedrijf? Een bedrijf met een management, een zeer grote marketingafdeling en onderaannemers. De relaties met onderaannemers zijn anders dan die in de eigen onderneming, dus je moet werken via de consument om druk uit te oefenen op de ethiek van een onderneming. Zoals de twintigste eeuw getekend werd door het conflict tussen kapitaal en arbeid, zal de 21ste eeuw getekend worden door het conflict tussen kapitaal en consument. De consumenten zullen hun eisen opdringen.”

Waar woont het geweten in het lijf van de ondernemer? Johan Verstraeten: “Het geweten is niet iets vreemds dat je binnenhijst, het resulteert uit opvoeding, traditie, normen. Het is misschien modieus om het geweten te ontkennen, maar het heeft toekomst en behoort bij leiderschap.”

Frans Crols [{ssquf}], fcrols@trends.be

“Ondernemers die niet kunnen liegen, doen het goed.”

“Een soort kloostergelofte voor CEO’s zou niet onaardig zijn.”

“De 21ste eeuw zal worden getekend door het conflict tussen kapitaal en consument.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content