“Wil Vlaanderen een kadaver aan zijn voordeur?”

Henegouwen gokt op een nieuwe Europese miljardenstroom aan subsidies. Wellicht beslist de Europese top van vandaag en morgen, 16 en 17 juni. Het afgelopen decennium kreeg de provincie al ruim 1 miljard euro Europees manna. Was dat ook goed besteed? Trends onderzocht de begrotingsboeken.

eXtra informatie op www.trends.be

Dinsdag 17 mei 2005. De Grote Markt in Bergen maakt zich op voor het jaarlijkse grote feest. Doudou, het koosnaampje van de draak die door Saint-Georges werd overwonnen, is alom aanwezig. Terwijl de stadsdiensten de tribune optrekken, ontmoeten we Pino Carlino, de gewezen CSC-topman in Wallonië. “Er is meer nodig dan Saint-Georges om het monster van de werkloosheid te verslaan. Werkloosheid is een permanente kanker. De Europese subsidies zijn voor ons cruciaal. Subsidies zijn de baxter van de Henegouwse economie. Zoniet zit je na enkele jaren opgescheept met een rottend lijk. Wil Vlaanderen misschien een kadaver aan zijn voordeur?”

Vandaag, donderdag 16 juni, valt op de Europese top misschien al het verdict over een verlenging van de subsidiestroom voor Henegouwen (zie kader: Valt Henegouwen alweer in de prijzen?). De term baxter is voor de provincie niet eens overdreven. Volgens de huidige budgettaire opmaak zal in de periode tussen 1994 en 2006 ten minste 4206 miljoen euro in Henegouwen worden gepompt. Het is geld van de Europese, Waalse en federale overheden, maar ook van de privé (zie grafiek). Het totale bedrag tot eind 2006 zou volgens recente cijfers van het kabinet van Waals minister-president Jean-Claude Van Cauwenberghe (PS) afstevenen op 5030 miljoen euro, waarvan 2250 miljoen euro via de privé. Van Cau is bevoegd voor de Europese geldstromen.

“De industriële aftakeling van Henegouwen is nog niet achter de rug. Zonder de Europese subsidies zou het nog veel erger zijn. Het is dus bijzonder belangrijk dat er een derde subsidieronde komt. Dat zal de modernisering voltooien. Want we gaan erop vooruit. In 1994 had Hensies, een deelgemeente van Bergen aan de Franse grens, veel weg van Kosovo. Een grauwe plek met overal ruïnes,” vertelt Patrice Thiry. Hij komt uit Luik, maar bleef na zijn universitaire studies hangen in Bergen. Daar leidt hij La Maison de l’Entreprise, een adviescentrum voor jonge, innovatieve bedrijven in Henegouwen.

Waar het leven drie jaar korter is…

Werkt Henegouwen echt zo verwoestend op het gestel? De curve over de bevolkingsevolutie spreekt boekdelen. Het aantal inwoners in Henegouwen klom van geen half miljoen in 1800 naar 1.142.954 in 1900. In 2000 telde de provincie 1.279.823 inwoners. Het leven viel zo goed als stil in Henegouwen, terwijl in dezelfde eeuw België een groei kende van 35 %. De gemiddelde levensverwachting ligt er met een leeftijd van 76,5 jaar drie jaar lager dan in het Vlaams gewest. Ook in de oude lidstaten van de Europese Unie leeft men minimaal twee jaar langer. Henegouwen neigt naar de levensverwachting in de nieuwe Oost-Europese lidstaten. Een professor in sociale demografie catalogiseert de provincie ronduit als rampgebied.

In 1989 kwam Henegouwen voor het eerst in het vizier van de Europese Commissie. Dat is voor een groot stuk het werk van Philippe de Schoutheete de Tervarent, gewezen ambassadeur van België bij de Europese Unie. “Hele regio’s in Henegouwen zaten eind jaren tachtig in het slop. Binnen de Commissie was niet iedereen geneigd om er geld voor vrij te maken. Ik heb toen diplomatiek doorgeduwd en coalities afgesloten. Bepaalde streken kwamen vanaf 1989 binnen Doelstelling 2. Ik beschouw dat nog altijd als een van mijn grootste diplomatieke successen.”

In 1994 wint de provincie de grote jackpot. Het hele gebied wordt Doelstelling I. Een baxter van ruim 2,5 miljard euro voedt 15.000 nieuwe banen. Vijf grote assen rollen een ontwikkelingsplan voor de provincie uit. Een combinatie van privé- en overheidsgeld moet het productieapparaat versterken. Grote infrastructuurwerken worden uitgeschreven, het toerisme wordt gepromoot. Geld vloeit naar opleidingen, de stimulering van onderzoek en ontwikkeling. Er komen durfkapitaalfondsen, investeringen in de landbouw worden betoelaagd. De netwerking tussen bedrijven wordt gestimuleerd. En er komen maatregelen tegen de milieuvervuiling.

Kleppers zijn de renovatie van mijnsteden zoals Le Grand Hornu in de Borinage en Bois-du-Luc in La Louvière. Het Waalse Bokrijk wordt omgevormd tot een museum voor moderne kunst en een sociaal wooncomplex. Sporen van Doelstelling I zijn het wetenschapspark Initialis in Bergen en de autoweg A8 tussen Brussel en Doornik. Ook de privé-sector lonkt naar de subsidies. Ten minste 20 % van een investering wordt gesubsidieerd. Moeskroen plaatst zich over de taalgrens op de kaart met opvallende delokalisaties.

Weggegooid geld?

Critici gewagen evenwel van weggegooid geld. De meeste indicatoren wijzen hooguit op een stabilisering van de economie (zie grafieken). De jeugdwerkloosheid bleef in 2002 steken op 32 %, even hoog als in 1995. Dat is twee keer meer dan het gemiddelde van de vijftien oude lidstaten. Vooral scholing en talenkennis blijven een probleem. Het bruto binnenlands product (BBP) per inwoner daalde van 77 % van het gemiddelde van de vijftien oude lidstaten van de Europese Unie in 1994, naar geen 69 % in 2002. Dat BBP is de totale som van wat binnen de provinciegrenzen wordt geproduceerd. Die 69 % houdt echter rekening met de uitbreiding tot 25 lidstaten (zie kader: Valt Henegouwen alweer in de prijzen?). “Henegouwen kreeg subsidies op een moment dat bedrijven naar China trekken,” nuanceert vakbondsman Pino Carlino. “Handenarbeid is in China tot tien keer goedkoper. Daar kunnen wij niet tegenop. Ierland, bijvoorbeeld, kreeg Europese steun op een moment dat de wereldeconomie boomde.”

Het regionalisme is een van de boosdoeners. Het resulteerde in een versnippering van de middelen. De subsidies werden verdeeld via de intercommunales Idea (Bergen), Ideta (Doornik), IEG (Moeskroen) en Igretec (Charleroi). “Eigenlijk bestaat Henegouwen niet,” stipt Pino Carlino aan. “Charleroi, Bergen, Le Centre hebben hun eigen geschiedenis, hun eigen identiteit. Komen, Doornik en Moeskroen zijn meer Vlaanderen dan Wallonië. Ze hebben een typische middenklassenmentaliteit. In de andere streken heerst nog de idee dat een KMO tot niets dient. En al die subregio’s hebben politici die alleen naar de lokale kiezer kijken. Die baronieën gebruiken al hun lobbymacht om miljoenen naar hun regio te krijgen, zelfs als die niet echt efficiënt zijn. Er werd dus veel geld over de balk gegooid.”

Een van die projecten waar menig criticus vraagtekens bij plaatste, is het Parc d’Aventures Scientifiques (PASS) in Frameries. Een oude steenkoolmijn werd omgetoverd in een wetenschapspark. Zonder zware subsidies zou de vennootschap morgen de boeken moeten dichtdoen. Vorig boekjaar waren er 8,9 miljoen euro bedrijfskosten tegenover amper 1,19 miljoen euro omzet. Alleen het subsidiebedrag via diverse posten voor 9,2 miljoen euro stelpte de bloeding. Het park lokte 137.000 bezoekers. Even vergelijken: het Vlaamse wetenschapspark Technopolis in Mechelen moest het in 2004 stellen met een subsidie van 2,4 miljoen euro. De eigen inkomsten waren goed voor 2,6 miljoen euro, bij een kwart miljoen bezoekers. Maar een zegsman van Technopolis vindt een vergelijking met het PASS weinig zinvol. En de Waalse overheid wijst erop dat het wetenschapspark een didactische functie heeft. Het was nooit de bedoeling om winst te maken. “Waarom zijn sommige Vlamingen geschokt omdat we investeren in een wetenschapspark?” vraagt Nicolas Martin, de kabinetschef van Jean-Claude Van Cauwenberghe. “Doelstelling I was in Henegouwen geen miljardenverslindende machine. Europa besteedde 88 euro per Henegouwer. Spaanse, Italiaanse en Portugese regio’s kregen tot vijf keer meer.”

Henegouwen, het nieuwe vakantieland

Toch heeft de Waalse overheid wel aandacht voor de aanzwellende kritiek. Met de tweede subsidieronde, de Phasing Out (2000-2006), veranderde het investeringsbeleid. Middelen werden gebundeld, er vloeit meer geld naar onderzoekscentra en bedrijvenclusters. Onder Doelstelling I stond de heropbouw van de structuur nog centraal. “We hebben de lokale aanpak stopgezet,” verkondigt Nicolas Martin. “Volgens de Europese Commissie werden de subsidies te versnipperd uitgedeeld. Tientallen mensen hielden zich gespreid bezig met advies aan ondernemingen en de stimulering van onderzoek. We hebben die lokale visies geïntegreerd in een allesomvattende strategie. Dat kwam neer op een kleine revolutie.”

Het jaarverslag 2003 van Phasing Out – dat van 2004 is pas eind juni beschikbaar – wijst op een aantal lichtpunten. Met 151 nieuwe bedrijven eind 2003 getuigt Henegouwen van ondernemingsdynamiek. Het streefdoel, 115 nieuwelingen eind 2008, is al overschreden. De export en de aanvraag van nieuwe octrooien en licenties gaan erop vooruit. Ook het toerisme boert goed, met anderhalf miljoen toeristen in 2003. De aanpak van het toerisme toont het effect van een bundeling van de middelen. De centrale aanpak resulteert in een promotiebudget van 6 miljoen euro. Voor het zomerseizoen van 2003 werd een toeristische brochure gedrukt op 1,4 miljoen exemplaren (tegenover amper 350.000 van de brochure Vlaanderen Vakantieland, maar toch ook 1,4 miljoen voor de programmakrant van Antwerpen 93) “Investeringen in toerisme zijn een goede zaak,” vindt Nicolas Martin. “Kijk naar Leipzig. Het renoveerde de binnenstad en werd een aantrekkelijke stad voor grote ondernemingen en hun kaderleden. Die wonen liever niet in een veredelde ruïne. En met succes. DHL en BMW doen er miljoeneninvesteringen.”

Dure paardensport

De tweede golf van Europees manna via de Phasing Out leidde tot diverse initiatieven die getuigen van fantasie. Circuswonder Franco Dragone uit La Louvière werd verblijd met Europese subsidies. Zijn kostuumatelier, waar drie mensen werken, kreeg een subsidie van 73.386 euro. En er wordt nog meer gevierd in Henegouwen. In de subsidiepot met maatregelen tegen sociale uitsluiting stak eind 2003 bijna 62 miljoen euro. Daarmee worden onder meer opleidingen tot circusartiest gefinancierd.

Al even speels is een project rond zuiniger energieverbruik, ter waarde van bijna 3 miljoen euro. Het project bezorgt sociale woningen energievriendelijke installaties. Bovendien wordt het energieverbruik van de bewoners gevolgd. Dan was er nog de bouw van het Centrum voor Dramatische Kunst van Henegouwen, goed voor bijna 5 miljoen euro. Nogal wat steden werden gerenoveerd. Bergen werd goed bediend, met in totaal 13,7 miljoen euro.

Een van de belangrijke posten met ruim 246 miljoen euro is de uitbouw van de kenniseconomie. Een paradepaardje is de vzw Multitel. Het onderzoekscentrum uit Bergen is een van de aandeelhouders van Babel Technologies, “het Waalse Lernout & Hauspie.” Babel redde een aantal activa uit het Vlaamse faillissement. Multitel krijgt 24,3 miljoen euro, volgens critici een enorm bedrag. Maar voor kabinetschef Nicolas Martin is dat nog te weinig. “Onderzoek rond informatietechnologie is duur. We hebben alle middelen rond die specialiteit geconcentreerd binnen Multitel. Met als resultaat twaalf technologiebedrijven als spin-off. En kijk eens naar Imec, het onderzoekscentrum rond de KU Leuven. Daar krijgen ze veel meer geld. Dat is nu eenmaal noodzakelijk als een onderzoekscentrum voldoende schaalgrootte wil bereiken.” Een woordvoerder van Imec vindt een vergelijking tussen beide instituten niet relevant. Imec verricht andere activiteiten, met technologieën rond het chipproces. Bij Imec werken 1300 mensen, bij Multitel amper 80. In 2005 krijgt Imec 34 miljoen euro van de Vlaamse overheid.

Ook landbouw wordt bedeeld, met een pot van bijna 58 miljoen euro. De renovatie van de paardenrenbaan in Ghlin leidt tot enig gemor in Vlaamse middens. De privé droeg 1,2 miljoen euro bij voor een investering ter waarde van 3,7 miljoen euro. Die grootse middelen in de buurt van Bergen wekken jaloezie. Steeds meer Vlaamse dravers trekken richting Bergen, want de prijzenpot ligt er dubbel zo hoog. Met dank aan Europa, fluisteren critici. Die bewering wordt weggelachen door Nicolas Martin. “Waar halen ze het! Europa zou nooit toelaten dat we die prijzenpot subsidiëren.”

Op la Grand Place in Mons ledigt Pino Carlino de bodem van zijn inmiddels koude koffie, onder het grimmige oog van Doudou. “Zonder een nieuwe subsidiestroom zijn we eraan,” klinkt het zuchtend. “Ik hoop dat Vlaanderen ons steunt. Onze werkloosheid is structureel. Die Europese steun is dus broodnodig. Maar ook Vlaamse steun! Een hele generatie arbeiders is afgeschreven en leeft op kosten van de overheid. Er is toch geen alternatief! Ik word dus erg kwaad als ik hoor dat Vlaanderen de controle op Waalse werklozen wil opdrijven. Want hier is geen werk!”

Hans Brockmans – Wolfgang Riepl

“Subsidies zijn de baxter van de Henegouwse economie.”

“Ik word dus erg kwaad als ik hoor dat Vlaanderen de controle op Waalse werklozen wil opdrijven. Want hier is geen werk!”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content