“Wij zijn geen behangpapier om als toets te dienen voor het zoveelste idee”
Unizotopman Karel Van Eetvelt maakte de vakbonden kwaad met zijn opmerkingen over nepsollicitaties. Caroline Copers van het ABVV neemt de handschoen op.
Vorige week zorgde Karel Van Eetvelt, gedelegeerd bestuurder van Unizo, voor keet in de tent. De ondernemers hebben te veel last van nepsollicitaties: werklozen die komen solliciteren, maar enkel uit zijn op een attest om aan te tonen dat ze echt werk zoeken. De vakbonden reageerden dezelfde dag nog boos. Ze vonden dat de werklozen geschoffeerd werden.
De Unizotopman had eerder ook al de vakbonden de gordijnen in gejaagd door een tijdsbeperking voor de werkloosheidsuitkeringen te vragen. Dreigt het sociale overleg in Vlaanderen vast te lopen? Tijd om Karel Van Eetvelt te confronteren met Caroline Copers, de topvrouw van het ABVV in Vlaanderen.
TRENDS. Hoe erg is het gesteld met die nepsollicitaties?
KAREL VAN EETVELT (UNIZO). “Uit onze barometerenquête bij 700 kmo’s bleek dat de helft van de bedrijven die sollicitaties plaatsen, 60 % van de 700, ermee wordt geconfronteerd. Bijna een derde zeer regelmatig zelfs. Het gaat om pure sociale fraude. Als je dat tolereert, bedrieg je mensen die het wel goed doen, en dat is gelukkig nog altijd de meerderheid.
“Sociale fraude is niet te tolereren. Wij hebben in het verleden ook altijd ondernemers die frauderen aangeklaagd. Ik ga ervan uit dat niemand er een probleem mee heeft dat je sociale fraude aanpakt. Over de manier waarop willen we discussiëren. We willen geen Oost-Duits systeem, geen kliksysteem. We hebben bij ons bezoek aan VDAB Oostende gemerkt dat hun kordate manier de goede aanpak is. Een begeleidster zei me dat haar grootste succes een jonge kerel was die ze regelmatig belde en aanmoedigde om te solliciteren. En die zei op een bepaald moment: ‘Ik ben uw gezaag zo beu dat ik werk ga zoeken. ‘”
Mevrouw Copers, u bent ook niet voor sociale fraude en toch bent u het niet eens met Unizo.
CAROLINE COPERS (ABVV). “Nee, omdat het een genuanceerder verhaal is. Waarom is Oostende succesvol? Men is daar eerst bij de lokale werkgevers gaan kijken wat ze hebben aan aanbod. Het heeft geen zin om mensen die al lang werkloos zijn te motiveren voor een traject waarbij aan het einde geen job staat. Dat werkt alleen maar meer demotiverend.
“Iedereen weet dat er altijd werklozen zullen zijn die proberen er de kantjes van af te lopen. Zoals er altijd werkgevers zijn die dat proberen. Maar een groot stuk van het probleem ligt aan de aanbodzijde. Er is ook de niet-aanwerving door discriminatie. Of de affiches in winkels: ‘jobstudent gevraagd met ervaring’. Dat is absurd. Als je van elke jongere verwacht dat hij met ervaring binnenkomt, ga je problemen blijven hebben op je arbeidsmarkt. Er zijn ook werklozen die geconfronteerd worden met nepvacatures die enkel dienen als pr voor het bedrijf. Of die geen antwoord krijgen als ze solliciteren.”
VAN EETVELT. “Caroline heeft gelijk, het is maar een element uit een geheel. Maar we vinden wel dat de mensen die bewust de kantjes ervan aflopen eruit moeten, want ze halen het systeem onderuit. Bij de nepsollicitaties gaat het vooral om jongeren. Ze weten potverdorie goed hoe ze het systeem kunnen misbruiken. Ze weten dat als ze op een gesprek komen, de werkgever verplicht is een attest te geven. De meeste sollicitanten weten dat niet.”
Vandaar ook uw oproep om de uitkeringen te beperken in de tijd?
VAN EETVELT. “Dat heeft een ander doel. De werking van de VDAB is de laatste twee jaar enorm verbeterd en dat begint zijn vruchten af te werpen. Maar toch blijf je met groepen zitten die je niet kan leiden naar de normale economie. Moet je die mensen in het systeem van de werkloosheid houden? Wij zeggen van niet. In Oostende was ook het OCMW aanwezig en zij vertelden over hoe ze drugsverslaafden begeleiden. Die mensen moet je meer naar de sociale economie begeleiden. Toen ik jong was, hadden gemeenten meer personeel die bepaalde dingen deden zoals de straat proper houden. Vandaag is dat minder aanwezig. Dat was eigenlijk een vorm van sociale economie, het waren mensen die niet in de normale economie inschakelbaar waren.”
Ik dacht dat de werkgevers pleitten voor een slanke overheid. Nu pleit u voor meer gemeentepersoneel.
VAN EETVELT. “We pleiten zeker voor een slanke overheid. Maar er is een groep mensen die je niet aan een job kan helpen omdat ze niet de juiste competenties hebben. Onze economie is zo geëvolueerd dat ze niet meer mee kunnen. Voor hen moeten we andere oplossingen zoeken. Het OCMW heeft een negatieve bijklank. Spijtig, want die mensen doen veel goede zaken. Het leefloon moet wel volwaardig zijn. We zijn het er samen over eens dat de uitkeringen aan de lage kant zijn, om het zacht uit te drukken.”
Mevrouw Copers, gaat u akkoord dat die groep een aparte aanpak moet krijgen?
COPERS. “Dat gebeurt vandaag al. De VDAB noemt dat de curatieve groep. Het gaat vaak om mensen van oudere leeftijd of jongeren die door ongeschooldheid of laaggeschooldheid moeilijk inschakelbaar zijn.”
VAN EETVELT. “Daar ben ik het niet mee eens. De vacatures die het langst openblijven, zijn de vacatures voor laaggeschoolden.”
COPERS. “Maar de werkgevers eisen te veel. Zijn ze bereid om in opleiding te investeren? Bij alternerend leren is er een gebrek aan stageplaatsen. Bij individuele beroepsopleiding is er discussie over de kwaliteit van de begeleiding. De sociale partners zijn het eens dat er inspanningen moeten gebeuren, maar op het terrein gebeurt dat niet. Bedrijven moeten daarin investeren.
“Minister Peter Vanvelthoven ( nvdr – federaal minister van Werk) heeft onlangs verwezen naar een brief van een 24-jarige die een opleiding heeft gekregen als vrachtwagenbestuurder en die vervolgens nergens aan de bak raakt omdat hij geen ervaring heeft. Dit is een knelpuntberoep waarvoor men mensen uit het buitenland aantrekt die wel ervaring hebben. De wereld staat dan toch op zijn kop.”
VAN EETVELT. “Peter heeft dat voorbeeld gegeven voor een zaal van ondernemers in Limburg waar toevallig de lokale voorzitter van Unizo aanwezig was. Die zit in twee raden van bestuur van transportondernemingen. Hij zei onmiddellijk: ‘Dat kan niet. We zoeken in die twee bedrijven dertig man. Geef me die jongen, maar hij moet wel morgen om zes uur komen. ‘ Dat bleek een probleem te zijn.
“We moeten de werkgevers duidelijk maken wat de instrumenten zijn. Ik ben niet doof geweest voor de reactie van de vakbonden dat heel wat vacatures niet beantwoord worden. De minste vorm van beleefdheid is dat je antwoordt als iemand solliciteert. Die code moeten we er bij onze werkgevers doorduwen. Maar ik verwacht hetzelfde van de vakbonden als wij een probleem van nepsollicitaties op tafel leggen. Ik was verbolgen dat er een negatieve reactie kwam. Ik hoop dat jullie als uitbetalende instelling duidelijk maken aan de werklozen dat dit niet te tolereren is. Als iedereen voor zijn eigen deur kuist, gaan we veel beter vooruit komen.”
COPERS. “Wij hebben ons Bijblijfproject, waarmee we de moeilijkste werklozen proberen de eerste stap richting VDAB te laten zetten. Het is ook voor ons duidelijk dat een werkloze die een specifieke opleiding volgt, niet aan het einde van de rit kan zeggen dat de aangeboden job in de sector hem niet interesseert.”
Straks moeten de sociale partners een advies geven over de welvaartsvastheid van de uitkeringen. Moeten die opgetrokken worden?
COPERS. “Officieel bedraagt de werkloosheidsuitkering 60 % van het laatst verdiende loon. Maar dat is wel van een geplafonneerd loon. De maximale werkloosheidsvergoeding voor een gezinshoofd is 1036 euro. Voor een alleenstaande ook, maar die valt het tweede jaar terug op 872 euro. Een samenwonende start op 959 euro en valt het tweede jaar terug op 697 euro en het derde jaar op 397 euro. De gemiddelde werkloosheidsuitkering bedraagt 27 % van het gemiddelde loon. Er is een ongelooflijk grote kloof ontstaan, omdat er de laatste tien jaar geen aanpassingen meer gebeurd zijn.”
VAN EETVELT. “We moeten vermijden dat mensen onvoldoende inkomen hebben via een uitkering en daarom de neiging krijgen om ze via een alternatief circuit bij te spijkeren. Daarom moet de uitkering hoger in het begin, maar niet voor te lang.
“We mogen ons niet fixeren op alleen de uitkering. Een alleenstaande ouder krijgt circa 1000 euro. Maar van het alimentatiefonds ontvangt hij nog eens 175 euro per kind per maand. Hij heeft ook dubbel kindergeld, 640 euro als je twee kinderen hebt. Je komt snel aan een uitkering van boven de 2000 euro. Dat is een serieuze werkloosheidsval. Een alleenstaande ouder met kinderen heeft meer inkomen nodig, maar het mag niet zo zijn dat hij niet meer gemotiveerd is om te werken. We moeten niet zomaar dingen afschaffen, maar voor mensen die te lang in het systeem blijven, moet er een zeer groot rood knipperlicht branden.”
Hoe gaan de sociale partners de welvaartvastheid aanpakken?
COPERS. “Federaal moeten we tegen 15 september een advies geven aan de regering. Wat je niet moet doen, is mikken op één dossier. Iedereen een forfaitair bedrag enkel in de pensioenen is geen goede keuze.”
VAN EETVELT. “Er zijn binnenkort verkiezingen, hé.”
COPERS. “Er moet ook iets gebeuren op het vlak van de werkloosheidsuitkeringen. Ik denk dat dit verdedigbaar is als je het koppelt aan de sluitende aanpak.”
VAN EETVELT. “Het zou geen slechte zaak zijn dat de sociale partners afspraken maken op lange termijn, waarbij we een bepaald percentage van ons bbp voorzien voor solidariteit. Wat komt daarvan uit fiscaliteit en wat uit lasten op arbeid? Hoe herverdelen we de middelen? De oplossingen van veertig jaar geleden werken niet meer. Het belangrijkste is dat de uitgaven niet meer stijgen. We zitten nu al bijna aan 24 % van het bbp. Daarom gaan wij zo hard in tegen de misbruiken. Als die verdwijnen, besparen we al een heel stuk op het budget.”
De welvaartsbonus van pensioenminister Bruno Tobback (SP.A) kiest voor ‘centen in plaats van procenten’. Is dat te verkiezen?
COPERS. “Het zou eerlijker zijn de welvaartsbonus procentueel groter te maken voor wie het meer nodig heeft en kleiner voor wie het minder nodig heeft. De hogere pensioenen die er 90 euro bij krijgen, zullen er geen boterham meer of minder door eten. En bij de minimumpensioenen zal 55 of 90 euro extra op jaarbasis niet helpen. Het vangnet raakt meer en meer uitgehold.”
Maar dient het nu niet vooral voor te veel andere zaken?
VAN EETVELT. “We moeten naar de essentie teruggaan. De inkomsten worden voor van alles en nog wat gebruikt. Kijk maar wat er de voorbije jaren bijgekomen is. Een voorbeeld: de premies voor tijdskrediet. Mijn vrouw werkt deeltijds en krijgt daarvoor een premie, maar wij hebben dat niet nodig. En een alleenstaande moeder die deeltijds werkt moet het met diezelfde premie rooien.”
Is het niet een moeilijke periode om zoiets op tafel te leggen? De groei valt mee en de loonkosten zijn minder sterk gestegen dan verwacht. Het huis staat nog niet in brand.
VAN EETVELT. “Het huis staat wél in brand. We hebben met de vakbonden twee of drie maanden geleden onze verantwoordelijkheid genomen met de nieuwe samenstelling van de gezondheidsindexkorf. Ik denk dat dit overal wordt geapprecieerd. We zullen met de loonkosten inderdaad onder de norm van 4,5 % eindigen. Maar ik zie dat er rondom ons meer gebeurd is. De buurlanden zitten niet stil.”
COPERS. “Niemand van de sociale partners zet nu weer de oogkleppen op, ook niet aan syndicale kant.”
Wat vindt u van het businessplan Vlaanderen dat eraan komt?
COPERS. “Wat is daar de bedoeling van? Wordt het enkel een pr-stunt van de Vlaamse regering? Dan zijn we beter af met meer concrete zaken zoals het meerbanenplan. Ik heb begrepen dat dit businessplan begin juli wordt gelanceerd. Er is hierover geen overleg geweest met de sociale partners. Wij mogen wel eens geherwaardeerd worden op Vlaams niveau. Wij zijn geen behangpapier om als toets te dienen voor het zoveelste idee. Een geïntegreerde visie is verder kijken dan de volgende verkiezingen. We moeten een plan hebben voor een termijn van tien tot vijftien jaar.”
Dan moet je als sociale partners wel eensgezind zijn. Jullie maken hier geen ruzie, maar er zijn ook niet veel punten waar jullie op dezelfde lijn zitten.
VAN EETVELT. “Je moet ons de tijd geven om van gedachten te wisselen. Over vorming en innovatie zijn de meningsverschillen zeer beperkt. Ik denk dat de bereidheid er op Vlaams niveau is om als sociale partners mee te werken aan een langetermijnvisie.”
De vakbond in de kmo blijft een heikel thema. Het ACV diende onlangs op Europees niveau een klacht in. Vreest u een veroordeling?
VAN EETVELT. “Als je dat politiek regelt zonder overleg, heb je problemen. Als wij morgen aan de regering vragen om de veertigurenweek in te voeren en dat gebeurt zonder overleg…
COPERS. “… Dan krijg je ambras.”
Alain Mouton – Guido Muelenaer
Alain Mouton – Guido Muelenaer
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier