Weinig enthousiasme voor bouw

Vanaf januari wordt de bouwsector opengesteld voor interimarbeid. Maar de uitzendbedrijven zijn maar matig geïnteresseerd in deze nieuwe markt.

Bouillon weet wat het is om uitzendkrachten in de bouwsector in te zetten. “Ik heb op dat vlak enige ervaring opgedaan in Frankrijk. Acht tot tien jaar geleden werkten we daar al met heel lage marges. In België zal het niet anders zijn. Dat wordt een prijzenslag tot en met.”

Bij Adecco, de nummer twee in België, heerst eveneens een dubbel gevoel. “Wij zijn blij dat er weer een stuk van de markt wordt opengesteld voor uitzendarbeid,” zegt topman Erik Van Assche. “De negatieve kant van de zaak is dat we die nieuwe markt niet goed kennen. Bovendien zijn er een aantal restricties ingebouwd. Je moet bijvoorbeeld een aparte vennootschap oprichten wil je werknemers in de bouwsector plaatsen. We betalen ook hoge premies voor de arbeidsongevallenverzekering. Het is een markt waar minder te verdienen valt, want de marges liggen lager en de kosten hoger. Je kan ook niet alle kosten doorrekenen aan de klanten.”

De vraag om de bouwsector open te stellen voor interimkrachten komt vooral van de sector zelf. “De bouwsector kampt al jaren met een structureel tekort aan arbeidskrachten,” zegt Marc Dillen van de Vlaamse Confederatie Bouw ( VCB). “Hij steunt daarbij intensief het bouwonderwijs, maar ziet met lede ogen aan dat ongeveer 30% van de afgestudeerden niet in de bouwsector terechtkomt. Voor jongeren is gewoon het vinden van een job belangrijker dan de sector waarin ze werken. En aangezien uitzendbureaus een belangrijk kanaal zijn voor wie een eerste werkervaring wil opdoen, ging een belangrijk potentieel van arbeidskrachten voor de bouwsector verloren.”

Daar zal vanaf januari dus verandering in komen, hoopt Dillen. “En wat ze ook mogen zeggen: bij de VCB voelen we wel degelijk dat uitzendbureaus belangstelling tonen.”

A.M.