Alain Mouton

Weg met het chequeboekfederalisme

Ondanks de nieuwe financieringswet zullen de deelstaten er niet toe worden aangezet een verantwoordelijk budgettair beleid te voeren.

De boodschap van het monitoringcomité is duidelijk. De regering-Di Rupo moet bij de begrotingscontrole 524 miljoen euro extra vinden. De deelstaten moeten op zoek naar 150 miljoen euro en de steden en gemeenten moeten hun begrotingsresultaat dit jaar met 1 miljard euro verbeteren. Volgend jaar moet de federale regering dan nog eens meer dan 3 miljard euro besparen, de regio’s 267 miljoen.

Goede afspraken en rekeningen maken goede vrienden, maar dat is in België allang niet meer het geval. Bij elke begrotingsoperatie vindt een cijfergevecht plaats tussen het federale niveau en de deelstaten (en vooral Vlaanderen). Met het oog op de sanering van de overheidsfinanciën vindt de federale regering steevast dat de deelstaten een grotere inspanning moeten doen omdat ze te weinig de hand op de knip houden.

De discussies tussen de overheden over een sanering van de overheidsfinanciën raken verhit door het perverse financieel federalisme, dat zo eigen is aan België. De deelstaten worden te weinig aangezet om een verantwoordelijk begrotingsbeleid te voeren. Ze worden in belangrijke mate gefinancierd door dotaties, geld dat van de federale overheid zomaar naar de deelstaten wordt doorgesluisd. Van de 100 miljard aan ontvangsten die de federale overheid int, komt 40 miljard euro direct als dotatie bij de deelstaten terecht.

Die Belgische financiële staatsstructuur maakt structurele besparingen op alle overheidsniveaus zeer moeilijk. Bij de staatshervormingen werden uitgavenbevoegdheden en activa overgedragen. De verantwoordelijkheid voor de financiering (fiscaliteit) en de passiva (de historische staatsschuld) bleven federaal.

De dotatiefinanciering wordt vooral in stand gehouden om de nooddruftige Franse Gemeenschap te herfinancieren. Het Franstalig onderwijs kost 6500 euro per leerling. Daarmee is het een van de duurste, maar ook minst performante stelsels van de OESO-landen. En aan Vlaamse kant is er geen haast om voor een efficiëntere overheid te zorgen omdat de regering haar geld toch niet zelf rechtstreeks verdient.

Alle studies over fiscaal federalisme zijn duidelijk: deelstaten zullen pas een verantwoordelijk beleid voeren gericht op efficiëntie als ze over grote fiscale autonomie beschikken. Mensen als CD&V-voorzitter Wouter Beke beweren dat dit met de nieuwe staatshervorming zal veranderen, aangezien de deelstaten meer belastingbevoegdheid krijgen. Het klopt dat de fiscale autonomie toeneemt, maar het is al bij al een mager beestje. Het chequeboekfederalisme blijft bestaan. Volgens berekeningen van de Leuvense econoom André Decoster stijgt de Vlaamse fiscale autonomie van 20 naar 34 procent. Onvoldoende om aan te zetten tot een efficiënter beleid. Zelfs de fiscale autonomie van de gemeenten en provincies ligt met 50 procent een stuk hoger.

Deze staatshervorming zal het Belgische fiscaal federalisme niet beter doen werken. Veeleer dan de mikmak die deze nieuwe financieringswet is, moet men bijvoorbeeld het gros van de personenbelasting overhevelen naar de deelstaten. Iets voor een zevende staatshervorming, die er sowieso moet komen. Want met het huidige consumptiefederalisme is de federale overheid virtueel failliet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content